29 MEI 2018. - Ministerieel besluit tot wijziging van het ministerieel besluit van 23 mei 2017 tot vaststelling van de bijzondere criteria voor de erkenning van arts-specialisten, stagemeesters en stagediensten klinische genetica
Art. 1-10
Artikel 1. In artikel 2 van het ministerieel besluit van 23 mei 2017 tot vaststelling van de bijzondere criteria voor de erkenning van arts-specialisten, stagemeesters en stagediensten klinische genetica wordt de bepaling onder 3° opgeheven.
Art.2. Artikel 3 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt:
"De kandidaat-specialist kan worden erkend als arts-specialist in de klinische genetica na het volgen van een stage van zes jaar.
Twee jaar van de in het eerste lid bedoelde stage betreft een algemene klinische vorming in een erkende stagedienst van een niveau 2 beroepstitel vermeld in artikel 1 van het koninklijk besluit van 25 november 1991 houdende de lijst van bijzondere beroepstitels voorbehouden aan de beoefenaars van de geneeskunde, met inbegrip van de tandheelkunde.
Vier jaar van de in het eerste lid bedoelde stage betreft een opleiding in de klinische genetica in een centrum voor menselijke erfelijkheid dat beschikt over een erkenning als stagedienst klinische genetica. Minstens twaalf maanden en hoogstens vierentwintig maanden van deze vierjarige opleiding bestaan uit een opleiding in een laboratorium, verbonden met dit centrum voor menselijke erfelijkheid, waarin genetische en moleculaire testen worden verricht binnen het kader van de terugbetalingsregelen zoals voorzien door de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen gecoördineerd op 14 juli 1994, onverminderd artikel 11 en artikel 11/1 van het algemene criteriabesluit.
In afwijking van het eerste lid beperkt de stage zich tot de in het derde lid bedoelde vierjarige opleiding, indien de kandidaat-specialist voorafgaandelijk een titel van niveau 2 heeft bekomen binnen dewelke hij tijdens zijn opleiding tenminste een twee jaar durende algemene klinische vorming heeft doorlopen in een erkende stagedienst.".
Art.3. Artikelen 4 en 5 van hetzelfde besluit worden opgeheven.
Art.4. In artikel 6 van hetzelfde besluit worden de woorden "artikel 5" vervangen door de woorden "artikel 3".
Art.5. In artikel 7 van hetzelfde besluit worden de woorden "een coördinerend stagemeester" vervangen door de woorden "de stagemeester".
Art.6. In artikel 8 van hetzelfde besluit worden de woorden "de coördinerend stagemeester" vervangen door de woorden "de stagemeester".
Art.7. In artikel 12 van hetzelfde besluit wordt het eerste lid vervangen als volgt:
"De stagedienst beschikt over een stageteam, bestaande uit drie voltijds equivalent artsen-specialisten in de klinische genetica, met inbegrip van de stagemeester.".
Art.8. In artikel 13 van hetzelfde besluit worden de woorden "alsook van de voortgezette opleiding" opgeheven.
Art.9. Artikel 14 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt:
"De stagemeester mag kandidaat-specialisten opleiden met een maximum van één kandidaat per voltijds equivalenten arts-specialist binnen het stageteam.
Het stageteam heeft een activiteit van ten minste 500 patiëntencontacten voor erfelijkheidsadvisering per kandidaat en per jaar en supervisie van ten minste 1000 cytogenetische en/of moleculaire genetische tests per kandidaat en per jaar.".
Art. 10. In hetzelfde besluit wordt een artikel 15/1 ingevoegd, luidende:
"Artikel 24 van het algemene criteriabesluit wordt buiten toepassing gelaten tot en met 31 mei 2025.
Artikel 24/1 van hetzelfde besluit wordt buiten toepassing gelaten tot en met 31 mei 2022".