Details



Externe links:

Justel
Reflex
Staatsblad pdf



Titel:

14 JUNI 2018. - Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering tot wijziging van artikel 32bis van het koninklijk besluit van 15 maart 1968 houdende algemeen reglement op de technische eisen waaraan de auto's, hun aanhangwagens, hun onderdelen en hun veiligheidstoebehoren moeten voldoen voor wat betreft de maximaal toegelaten massa en massa's over de assen van de voertuigen die gebruik maken van de openbare wegen



Inhoudstafel:

HOOFDSTUK 1. - Onderwerp en definities
Art. 1
HOOFDSTUK 2. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 15 maart 1968 houdende algemeen reglement op de technische eisen waaraan de auto's, hun aanhangwagens, hun onderdelen en hun veiligheidstoebehoren moeten voldoen
Art. 2-3



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:

1968031501 



Uitvoeringsbesluit(en):



Artikels:

HOOFDSTUK 1. - Onderwerp en definities
Artikel 1. Dit besluit voorziet in de gedeeltelijke omzetting van Richtlijn 2015/719/UE van het Europees Parlement en de Raad van 29 april, gewijzigd bij Richtlijnen 96/53/CE van de Raad houdende vaststelling, voor bepaalde aan het verkeer binnen de Gemeenschap deelnemende wegvoertuigen, van de in het nationale en het internationale verkeer maximaal toegestane afmetingen, en van de in het internationale verkeer maximaal toegestane gewichten.

HOOFDSTUK 2. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 15 maart 1968 houdende algemeen reglement op de technische eisen waaraan de auto's, hun aanhangwagens, hun onderdelen en hun veiligheidstoebehoren moeten voldoen
Art.2. In artikel 32bis van het koninklijk besluit van 15 maart 1968 houdende algemeen reglement op de technische eisen waaraan de auto's, hun aanhangwagens, hun onderdelen en hun veiligheidstoebehoren moeten voldoen, gewijzigd bij koninklijk besluiten van 13 september 1985, 21 mei 1987, 22 mei 1989, 9 april 1990, 23 september 1991, 15 december 1998, 17 december 2008 en 10 juli 2015, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  1° Voor het eerste lid worden twee leden ingevoegd, die luiden als volgt:
  "Definities
  In dit artikel wordt verstaan onder:
  1° " alternatieve brandstoffen " : brandstoffen of energiebronnen die, op zijn minst gedeeltelijk, dienen als vervanging van fossiele oliebronnen in de energievoorziening voor vervoer en ertoe kunnen bijdragen dat de energievoorziening koolstofvrij wordt en de milieuprestaties van de wegvervoersector beter worden.
  2° " intermodale vervoersverrichting " :
  a) gecombineerd vervoer als gedefinieerd in artikel 1 van Richtlijn 92/106/EEG van de Raad (*) voor het vervoer van een of meer containers of wissellaadbakken, met een totale lengte van ten hoogste 45 voet, of
  b) het vervoer van een of meer containers of wissellaadbakken, met een totale lengte van ten hoogste 45 voet, waarbij gebruik wordt gemaakt van vervoer over water, op voorwaarde dat de afstand van het begin- of het eindvervoer over de weg op het grondgebied van de Unie niet groter is dan 150 km. De bovenvermelde afstand van 150 km mag worden overschreden om de dichtstbij gelegen, geschikte vervoersterminal voor de voorgenomen dienst te bereiken, indien het vervoer wordt verricht met:
  i) voertuigen die voldoen aan bijlage I, punt 2.2.2, onder a) of onder b), of
  ii) voertuigen die voldoen aan bijlage I, punt 2.2.2, onder c) of onder d), indien dergelijke afstanden zijn toegelaten in de betrokken lidstaat.
  Voor intermodale vervoersverrichtingen kan de dichtstbij gelegen, geschikte vervoersterminal die de dienst verleent, gelegen zijn in een andere lidstaat dan de lidstaat waarin de zending werd ingeladen of uitgeladen.
  3° " door alternatieve brandstoffen aangedreven voertuig " : een motorvoertuig dat geheel of gedeeltelijk wordt aangedreven op basis van een alternatieve brandstof en dat is goedgekeurd in het kader van Richtlijn 2007/46/EG ;
  4° "verlader": een juridische entiteit of een natuurlijke of rechtspersoon die op de vrachtbrief of op een gelijkwaardig vervoersdocument (zoals de "doorvoer"-vrachtbrief) als verlader wordt genoemd en/of in wiens naam of voor wiens rekening een vervoersovereenkomst is gesloten met de vervoersonderneming ;
  2° Algemene specificaties - afmetingen en massa's van voertuigen
  er worden een punt 1.4.2.3 tot en met 1.4.2.6 ingevoegd, die luiden als volgt :
  "1.4.2.3. De maximaal toegelaten massa van door alternatieve brandstoffen aangedreven motorvoertuigen met twee assen, met uitzondering van autobussen, kan worden verhoogd met het extra gewicht dat vereist is voor de alternatieve brandstoftechnologie, met een maximum van 1 000 kg.
  1.4.2.4. De maximaal toegelaten massa van door alternatieve brandstoffen aangedreven motorvoertuigen met drie assen kan worden verhoogd met het extra gewicht dat vereist is voor de alternatieve brandstoftechnologie, met een maximum van 1000 kg.
  1.4.2.5. De maximaal toegelaten massa van door alternatieve brandstoffen aangedreven gelede autobussen met drie assen kan worden verhoogd met het extra gewicht dat vereist is voor de alternatieve brandstoftechnologie, met een maximum van 1000 kg.
  1.4.2.6. Het bijkomende gewicht dat voor door alternatieve brandstoffen aangedreven voertuigen nodig is, moet worden bepaald op basis van de documentatie die de fabrikant bij de goedkeuring van het voertuig in kwestie verstrekt. Dat bijkomende gewicht wordt vermeld op de officiële documenten.";
  3° punt 1.6.1 wordt vervangen door wat volgt :
  "1.6.1. De massa per wiel wordt beperkt door de capaciteit van de banden en mag maximaal 6500 kg bedragen";
  4° punt 2.2. wordt vervangen door wat volgt:
  "2.2. Massa's.
  De volgende maximale toegelaten massa's zijn van toepassing op de volgende voertuigen:
  * voor enkelvoudige voertuigen met twee assen: 19.500 kg;
  * voor enkelvoudige voertuigen met drie assen: 26.000 kg;
  * voor gelede voertuigen met drie assen: 28.000 kg.";
  5° punt 3.2.1. wordt vervangen door wat volgt:
  "3.2.1. De volgende maximale toegelaten massa's zijn van toepassing op de volgende motorvoertuigen:
  * motorvoertuigen met twee assen : 19.000 kg;
  * motorvoertuigen met drie assen : 26.000 kg;
  * motorvoertuigen met vier of meer assen : 32.000 kg.";
  6° punt 3.2.3 en punt 3.2.4 worden vervangen door wat volgt:
  "3.2.3. De volgende maximale toegelaten massa's zijn van toepassing op de volgende gelede voertuigen, die bestaan uit:
  * een trekkend voertuig met twee assen en een oplegger met één as: 29.000 kg;
  * een trekkend voertuig met twee assen en een oplegger met twee assen: 39.000 kg;
  * een trekkend voertuig met twee assen en een oplegger met drie assen en met een van de volgende soorten ophanging:
  a) met mechanische ophanging: 43.000 kg;
  b) met pneumatische ophanging: 44.000 kg;
  * een trekkend voertuig met twee assen en een oplegger met drie assen die bij intermodale vervoersverrichtingen een of meer containers of wissellaadbakken vervoert, met een totale lengte van ten hoogste 45 voet en met een van de volgende soorten ophanging:
  a) met mechanische ophanging: 43.000 kg;
  b) met pneumatische ophanging: 44.000 kg
  * een trekkend voertuig met drie assen en een oplegger met twee assen: 44.000 kg;
  * een trekkend voertuig met drie assen en een oplegger met drie assen: 44.000 kg;
  * een trekkend voertuig met drie assen en een oplegger met twee of drie assen die bij intermodale vervoersverrichtingen een of meer containers of wissellaadbakken vervoert, met een totale lengte van ten hoogste 45 voet: 44.000 kg.
  3.2.4. De volgende maximale toegelaten massa's zijn van toepassing op de volgende gelede voertuigen, die bestaan uit:
  * een motorvoertuig met twee assen en een aanhangwagen met één enkele as: 29.000 kg;
  * een motorvoertuig met twee assen en een aanhangwagen met tandem: 36.000 kg;
  * een motorvoertuig met twee assen en een aanhangwagen met twee assen: 39.000 kg;
  * een motorvoertuig met twee assen en een aanhangwagen met tridem: 40.000 kg;
  * een motorvoertuig met twee assen en een aanhangwagen met drie assen: 44.000 kg;
  * een motorvoertuig met drie assen en een aanhangwagen met één as: 36.000 kg;
  * een motorvoertuig met drie assen en een aanhangwagen met tandem of tridem en met een van de volgende soorten ophanging:
  a) met mechanische ophanging: 42.000 kg;
  b) met pneumatische ophanging: 44.000 kg;
  * een motorvoertuig met drie assen en een aanhangwagen met twee assen: 44.000 kg;
  * een motorvoertuig met drie assen en een aanhangwagen met drie assen: 44.000 kg."

Art. 3. De Brusselse minister, bevoegd voor het mobiliteitsbeleid, de openbare werken en het vervoer, en de Brussels Staatssecretaris, bevoegd voor het verkeersveiligheidsbeleid, zijn, ieder wat hem of haar betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.