12 JUNI 2018. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 12 juni 2008 betreffende de planning van het medisch aanbod
Art. 1-3
BIJLAGEN.
Art. N1-N3
Artikel 1. In het koninklijk besluit van 12 juni 2008 betreffende de planning van het medisch aanbod, wordt een artikel 3/1 ingevoegd, luidende:
"Art. 3/1. § 1. Het maximaal aantal Kandidaten geattesteerd door de universiteiten vallend onder de bevoegdheid van de Vlaamse Gemeenschap, wordt vastgesteld op :
1° 859 voor het jaar 2024. Dit aantal wordt, in uitvoering van artikel 92/1, § 2, van de wet betreffende de uitoefening van de gezondheidszorgberoepen, gecoördineerd op 10 mei 2015, verhoogd met 69;
§ 2. Het maximaal aantal kandidaten geattesteerd door de universiteiten vallend onder de bevoegdheid van de Franse Gemeenschap, wordt vastgesteld op :
1° 586 voor het jaar 2024. Dit aantal wordt, in uitvoering van artikel 92/1, § 1, van de wet betreffende de uitoefening van de gezondheidszorgberoepen, gecoördineerd op 10 mei 2015, verminderd met 81."
Art.2. Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.
Art.3. De minister bevoegd voor Sociale Zaken en de minister bevoegd voor Volksgezondheid zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.
BIJLAGEN.
Art. N1. Formeel advies 2017- 03 van de Planningscommissie - Medisch aanbod
PLANCOM Advies met betrekking tot het herstellen van het evenwicht per gemeenschap van de saldo's aan het einde van de afvlakkingsperiode
Overeenkomstig artikel 91 § 2 van de gecoördineerde wet van 10 mei 2015 met betrekking tot de uitoefening van de gezondheidszorgberoepen;
Overeenkomstig artikel 10, § 1 van het koninklijk besluit van 2 juli 1996 tot vaststelling van de regels met betrekking tot de samenstelling en de werking van de Planningscommissie medisch aanbod;
Na geldige beraadslaging brengt de Planningscommissie-medisch aanbod het volgende advies uit:
PLANCOM advies met betrekking tot het herstellen van het evenwicht van het saldo aan het einde van de afvlakkingsperiode.
Aantal bladzijden (inclusief dit blad): 3
Dit advies werd aanvaard met de volgende quorums:
Aanwezige stemgerechtigde leden:
Stemmen voor: 8
Stemmen tegen: 0
Onthouding: 6
Plaats en datum van de vergadering:
Brussel, 7 maart 2017.
Brigitte Velkeniers
Voorzitter
Aurélia Somer
Secretaris
De planningscommissie stelt voor dat het saldo op het einde van de lissage-periode op de volgende manier terug in evenwicht wordt gebracht :
- In de Franse gemeenschap wordt de wegwerking van het overschot aan opgeleide artsen vastgelegd op 17 % van het jaarlijkse quota.
Elk jaar, vanaf 2023, wordt het quota verminderd met 17 %, tot op het moment dat het positieve saldo is vereffend. De duur van deze wegwerking zal afhangen van het definitieve lissage-saldo.
- In de Vlaamse gemeenschap wordt de wegwerking van het tekort aan artsen vastgelegd op 8 % van het jaarlijkse quota.
Elk jaar, vanaf 2023, zal het quota verhoogd worden met 8 %, tot op het moment dat het negatieve saldo is vereffend. De duur van deze wegwerking zal afhangen van het definitieve lissage-saldo.
De leden herinneren eraan dat de finale saldo's van de afvlakkingsperiode moeten worden vastgesteld aan de hand van de geobserveerde cijfers aan nieuw gediplomeerden, en niet op basis van schattingen. Het is dus noodzakelijk dat een opvolging van dit systeem ter herstel van het evenwicht wordt uitgevoerd na het volgende PlanCad Artsen.
Om deze evenwichtsherstellende rates te bekomen, hebben de leden van de commissie de berekening van het saldo verlengd tot het jaar 2021, zich baserend op de berekenings-methodologie van het aantal artsen dat een stageplan mag aanvatten, rekening houdend met de artsen die niet actief zijn bij het RIZIV (zie advies AFA-2017-1) :
- in de Franse gemeenschap worden er 896 gediplomeerden verwacht in 2021, wat ten opzichte van het gecorrigeerde contingent op basis van de inactiviteit resulteert in een stijging van het positief saldo aan gediplomeerden ter grootte van 214 eenheden
Of 896-682=214
- in de Vlaamse gemeenschap worden 818 gediplomeerden verwacht in 2021, wat ten opzichte van het gecorrigeerde contingent op basis van de inactiviteit resulteert in een stijging van het negatief saldo aan gediplomeerden ter grootte van 128 eenheden
Of 818-946 = -128
Het saldo voor de periode 2004-2021 bedraagt dus :
- een positief saldo in de Franse gemeenschap van 1317+214 of 1531;
- een negatief saldo In de Vlaamse gemeenschap van 912+128 of 1040.
Een periode van 15 jaar wordt voorzien voor de wegwerking van deze saldo's.
- In de Franse gemeenschap wordt de wegwerking bijgevolg uitgevoerd aan een ritme van -102/jaar (-1531/15= 102/jaar);
- In de Vlaamse gemeenschap volgt de wegwerking een ritme van +69/jaar (+1040/15= 69/jaar).
Deze wegwerking leidt tot een aanpassing van de in het advies AFA-2017-4 vastgelegde quota, voor de jaren 2023 tot 2026 :
- In de Franse gemeenschap verandert het jaarlijkse quota voor de periode 2023-2026 van 607 naar 505;
- In de Vlaamse gemeenschap verandert het jaarlijkse quota voor de periode 2023-2026 van 838 naar 907.
Het betreft dus een herstel van het evenwicht ten belope van -17 % in de Franse gemeenschap (102/607) en +8 % (69/907) in de Vlaamse gemeenschap.
De Planningscommissie vestigt de aandacht van de Gemeenschappen op het belang van het beheersen van de instroom aan studenten geneeskunde om zo federaal vastgelegde toegangsquota tot de opleiding te respecteren.
Art. N2. Formeel advies 2018-03 van de Planningscommissie - Medisch aanbod
Overeenkomstig artikel 91, § 2 van de gecoördineerde wet van 10 mei 2015 met betrekking tot de uitoefening van de gezondheidszorgberoepen;
Overeenkomstig artikel 10, § 1 van het koninklijk besluit van 2 juli 1996 tot vaststelling van de regels met betrekking tot de samenstelling en de werking van de Planningscommissie medisch aanbod;
Gelet op de wet betreffende de uitoefening van de gezondheidszorgberoepen, gecoördineerd op 10 mei 2015, artikel 92, § 1, 1°, vervangen bij de wet van 22 maart 2018;
Na geldige beraadslaging brengt de Planningscommissie-medisch aanbod het volgende advies uit :
Advies betreffende de contingentering van de artsen : federaal quota voor het jaar 2024 tot wijziging van het KB van 12 juni 2008 betreffende de planning van het medisch aanbod.
Aantal bladzijden (inclusief dit blad) : 5
Dit advies werd aanvaard met de volgende quorums :
Aanwezige stemgerechtigde leden :
Stemmen voor : 11
Stemmen tegen : 0
Onthouding : 0
Plaats en datum van de vergadering :
Brussel, 17 april 2018.
Brigitte Velkeniers
Voorzitter
Aurélia Somer
Secretaris
Art. N3. Advies betreffende de contingentering van de artsen : de federale quota voor het jaar 2024 tot wijziging van het KB van 12 juni 2008 betreffende de planning van het medisch aanbod.
Federaal quota Artsen 2024
De Planningscommissie adviseert het volgend federaal quota met betrekking tot het aantal geattesteerde kandidaten dat jaarlijks toegang krijgt tot de opleiding die leidt naar één van de beroepstitels in kwestie (KB van 12 juni 2008 betreffende de planning van het medisch aanbod).
Het federaal quota wordt vastgelegd op :
Voor België,
Voor het jaar 2024 : 1.445
Toelichting en methode
Sinds de publicatie van het formele advies 2017-04 voerde de planningscommissie geen activiteiten uit ter inzameling van nieuwe gegevens met het oog op een bijwerking van de projecties. Deze activiteiten zullen aanvangen in het tweede semester van 2018.
De leden van de planningscommissie beschikken dus niet over nieuw objectief cijfermateriaal dat hen toelaat de in het advies 2017-04 vastgelegde Artsenquota te herzien, een advies dat voorstelde om de artsenquota voor een periode van 4 jaar vast te leggen, voor de periode 2023 tot 2026.
De commissie adviseert dus het voorgestelde, globale cijfer uit het advies 2017-04 te hernemen, met name dat in 2024 1.445 artsen de toegang krijgen tot een opleiding die leidt tot één van de beroepstitels in kwestie.
Dit quota werd vastgelegd met behulp van alternatieve arbeidskracht-toekomstscenario's, ontwikkeld met behulp van een wiskundig projectiemodel.
De alternatieve scenario's verschillen op de volgende punten van de basisscenario's (standaard scenario's die de geobserveerde trends onveranderd laten doorlopen) die in 2016 werden ontwikkeld bij de voorbereiding van het quota-advies 2022.
- Het effect van een toegangsfilter voor de studies geneeskunde binnen de Franstalige gemeenschap, ingaand vanaf het academiejaar 2018-2019;
- Een vermindering van de arbeidstijd ten gevolge van maatschappelijke evoluties naar een betere werk-privé balans;
- Een toenemende verhoging van het aandeel aan stagiairs dat kiest voor de huisartsgeneeskunde op het moment van de opleiding die leidt naar het behalen van een bijzonder beroepstitel;
- Een aanpassing van het gehanteerde zorgconsumptie-patroon : de commissie schuift een visie van een langere levensverwachting in goede gezondheid naar voor en past dit aangepast zorgpatroon toe in de projecties voor de betrokken specialismen.
Net als de basisscenario's houden de alternatieve scenario's rekening met alle beschikbare gegevens wat betreft de nieuw gediplomeerden in België en in het buitenland, de stocks, de activiteit van de professionals, de Belgische bevolking en haar zorgconsumptie. Op die manier worden niet enkel ook de bestaande quota-overschrijdingen in rekening gebracht, maar ook de instroom van buitenlanders (die een basisopleiding geneeskunde komen volgen en/of een specialisatie of reeds beschikken over in het buitenland behaalde diploma's). Dit maakt het mogelijk de waargenomen en verwachte trends (projecties) op het vlak van de evolutie van het aantal actieve beroepsbeoefenaars in het kader van de verplichte ziekte- en invaliditeitsverzekering, hun dichtheid ten opzichte van de bevolking en hun gewogen dichtheid rekening houdend met de zorgvraag van de bevolking. De uit het model resulterende gegevens worden daarnaast ook uitgedrukt in termen van het activiteitsniveau (of VTE).
Om het globaal quota te kunnen bepalen, heeft de Planningscommissie de evolutie van het aantal actieve artsen per specialisme onderzocht die voortvloeit uit het opgestelde scenario en nagegaan welke van deze evoluties problematisch zijn (overschot of tekort).
Met het oog op het waarborgen van een zo groot mogelijke toegankelijkheid tot de eerstelijnsgezondheidszorg voor de Belgische bevolking, hebben de leden er bewust voor gekozen in de eerste plaats het aantal huisartsen te verhogen.
De vermelde subquota voor de huisartsgeneeskunde dienen geïnterpreteerd te worden als een te realiseren minimum. Ze houden rekening met de opleidingscapaciteit.
Voor elk specialisme werd het effect van 6 verschillende instroom-niveaus wat betreft het aantal kandidaten dat het specialisme aanvangt bestudeerd: een instroom op basis van een voortzetting van het advies-quota 2022, een instroom volgens het binnen de werkgroep ontwikkelde alternatief scenario, en vier instroomniveaus die zich in een vork rond deze laatste instroom bevinden (typische waarden -50%, -25%, +25%, +50%).
Bijzondere aandacht werd in dit kader besteed aan de geprojecteerde evoluties van de gewogen VTE- dichtheid resulterend uit deze geteste instroom-niveaus. Deze indicator combineert verschillende effecten, met name de verwachte evolutie van het activiteitsniveau en de verwachte evolutie van de zorgvraag van de bevolking.
De werkgroep Artsen van de Planningscommissie bestudeerde op deze manier het effect van de 6 instroom-niveaus en woog deze af tegenover de verwachte trends binnen elk medisch specialisme, en dit op basis van haar expertise en terreinkennis. Deze discussie mondde uit in de vastlegging van een instroom-niveau (quota) voor de periode 2023-2026 voor elke geanalyseerde specialisme-groep en dit per gemeenschap.
VL Gem. | FR. Gem. | Tot. | Comm. FL | Comm. FR | Tot. | ||
Huisartsgeneeskunde | 362 | 266 | 628 | Médecine générale | 362 | 266 | 628 |
Psychiatrie (3 titels) | 36 | 27 | 63 | Psychiatrie (3 titres) | 36 | 27 | 63 |
Acute en urgentie-geneeskunde | 43 | 38 | 81 | Médecine d'urgence et médecine aiguë | 43 | 38 | 81 |
Geriatrie | 25 | 15 | 40 | Gériatrie | 25 | 15 | 40 |
Reumatologie | 11 | 9 | 20 | Rhumatologie | 11 | 9 | 20 |
Klinische biologie | 12 | 8 | 20 | Biologie clinique | 12 | 8 | 20 |
Pathologische anatomie | 9 | 6 | 15 | Anatomie pathologique | 9 | 6 | 15 |
Oftalmologie | 22 | 14 | 36 | Ophtalmologie | 22 | 14 | 36 |
Otorinolaryngologie | 12 | 8 | 20 | Otorhinolaryngologie | 12 | 8 | 20 |
Dermato-venereologie | 9 | 9 | 18 | Dermato-vénéréologie | 9 | 9 | 18 |
Inwendige geneeskunde | 45 | 35 | 80 | Médecine interne | 45 | 35 | 80 |
Cardiologie | 12 | 8 | 20 | Cardiologie | 12 | 8 | 20 |
Gastro-enterologie | 15 | 8 | 23 | Gastro-entérologie | 15 | 8 | 23 |
Pneumologie | 10 | 6 | 16 | Pneumologie | 10 | 6 | 16 |
Fysische geneeskunde en revalidatie | 11 | 7 | 18 | Médecine physique et réadaptation | 11 | 7 | 18 |
Medische oncologie | 7 | 7 | 14 | Oncologie médicale | 7 | 7 | 14 |
Anesthesie-reanimatie | 50 | 35 | 85 | Anesthésie-réanimation | 50 | 35 | 85 |
Plastische heelkunde | 5 | 3 | 8 | Chirurgie plastique | 5 | 3 | 8 |
Neurochirurgie | 4 | 3 | 7 | Neurochirurgie | 4 | 3 | 7 |
Stomatologie | 6 | 3 | 9 | Stomatologie | 6 | 3 | 9 |
Orthopedische heelkunde | 15 | 10 | 25 | Chirurgie orthopédique | 15 | 10 | 25 |
Urologie | 10 | 5 | 15 | Urologie | 10 | 5 | 15 |
Nucleaire geneeskunde | 6 | 5 | 11 | Médecine nucléaire | 6 | 5 | 11 |
Neuropsychiatrie en Neurologie | 24 | 15 | 39 | Neuropsychiatrie et Neurologie | 24 | 15 | 39 |
Gynaecologie-verloskunde | 19 | 15 | 34 | Gynécologie- obstétrique | 19 | 15 | 34 |
Pediatrie | 20 | 15 | 35 | Pédiatrie | 20 | 15 | 35 |
Radiotherapie-oncologie | 3 | 2 | 5 | Radiothérapie-oncologie | 3 | 2 | 5 |
Radiodiagnose | 15 | 10 | 25 | Radiodiagnostic | 15 | 10 | 25 |
Heelkunde | 20 | 15 | 35 | Chirurgie | 20 | 15 | 35 |
FEDERAAL QUOTA | 838 | 607 | 1445 | QUOTA FEDERAL | 838 | 607 | 1445 |