29 MEI 2018. - Koninklijk besluit betreffende de vergoeding van de leden van de Commissie voor Verzekeringen(NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 07-06-2018 en tekstbijwerking tot 07-08-2018)
Art. 1-7
Artikel 1.Het bedrag van de vergoeding die wordt toegekend aan de Voorzitter van de Commissie voor Verzekeringen, wordt vastgesteld op [1 24.359,55 euro]1 per jaar.
----------
(1)<KB 2018-07-30/05, art. 1, 002; Inwerkingtreding : 17-06-2018>
Art.2. Aan de leden van de Commissie voor Verzekeringen en aan de deskundigen waarop eventueel een beroep wordt gedaan waarop het koninklijk besluit van 2 oktober 1937 houdende het statuut van het Rijkspersoneel, het koninklijk besluit van 29 oktober 2001 betreffende de aanduiding en de uitoefening van de managementfuncties in de federale overheidsdiensten en de programmatorische federale overheidsdiensten en het koninklijk besluit van 2 oktober 2002 betreffende de aanduiding en de uitoefening van de staffuncties in de federale overheidsdiensten en de programmatorische federale overheidsdiensten niet van toepassing zijn, wordt, per vergadering, een presentiegeld toegekend van 30,66 euro.
Art.3. De bedragen als vastgesteld in de artikelen 1 en 2 zijn gebonden aan de schommelingen van de gezondheidsindex, en worden om de twee maand aangepast. De basisindex is deze van mei 2018.
Art.4. Aan de Voorzitter, aan de leden en aan de experten waarop eventueel een beroep wordt gedaan die hun hoofdactiviteit hebben buiten de Brusselse agglomeratie, worden de reiskosten terugbetaald, overeenkomstig de bepalingen van het koninklijk besluit van 18 januari 1965 houdende algemene regeling inzake reiskosten, die van toepassing zijn op de ambtenaren van niveau A.
Art.5. De uitgaven die voortvloeien uit de opdracht en de werking van de Commissie voor Verzekeringen komen ten laste van de begroting van de FSMA.
Art.6. Worden opgeheven:
1° het koninklijk besluit van 9 april 1976 houdende vaststelling van het bedrag van de presentiegelden van de voorzitter en de leden van de Commissie voor Verzekeringen;
2° het koninklijk besluit van 28 juni 2009 tot uitvoering van artikel 41, § 4, derde lid, van de wet van 9 juli 1975 betreffende de controle der verzekeringondernemingen.
Art. 7. De minister bevoegd voor Economie is belast met de uitvoering van dit besluit.