Details



Externe links:

Justel
Reflex
Staatsblad pdf



Titel:

21 OKTOBER 2016. - Besluit van de Vlaamse Regering houdende wijziging van het Energiebesluit van 19 november 2010



Inhoudstafel:


Art. 1-6



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:



Uitvoeringsbesluit(en):



Artikels:

Artikel 1. In artikel 6.1.14 van het Energiebesluit van 19 november 2010, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 8 april 2011, 21 december 2012 en 9 mei 2014, wordt paragraaf 5 opnieuw opgenomen in de volgende lezing:
  " § 5. In afwijking van paragraaf 3 en 4 krijgen de groenestroomcertificaten die door de elektriciteitsdistributienetbeheerder conform artikel 6.4.14/2, § 2, vijfde lid, worden ingediend bij de VREG, of groenestroomcertificaten die door het Vlaamse Gewest ter uitvoering van een overheidsopdracht zijn gefinancieerd en ingediend bij de VREG, de vermelding "niet aanvaardbaar" en "niet van toepassing".".

Art.2. In artikel 6.2.11 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 21 december 2012 en 9 mei 2014, wordt paragraaf 5 opnieuw opgenomen in de volgende lezing:
  " § 5. In afwijking van paragraaf 3 en 4 krijgen de warmte-krachtcertificaten die door het Vlaamse Gewest ter uitvoering van een overheidsopdracht zijn aangekocht en ingediend bij de VREG, de vermelding "niet aanvaardbaar" en "niet van toepassing".".

Art.3. In titel VI, hoofdstuk IV, afdeling III, van hetzelfde besluit, wordt onderafdeling IV, die bestaat uit artikel 6.4.14/2, vervangen door wat volgt:
  "Onderafdeling IV. Vergoeding voor de opkoop van groenestroomcertificaten door de netbeheerders4.
  Art. 6.4.14/2. § 1. De kosten voor de openbaredienstverplichtingen, vermeld in artikel 7.1.6 van het Energiedecreet van 8 mei 2009, waaronder de kosten van de verplichtingen die de vergoedingen, vermeld in paragraaf 2, overschrijden, zijn een financiële openbaredienstverplichting voor de elektriciteitsdistributienetbeheerder of de beheerder van het plaatselijk vervoernet van elektriciteit.
  § 2. Voor de uitvoering van de openbaredienstverplichting, vermeld in artikel 7.1.6, § 1, van het Energiedecreet van 8 mei 2009, wordt vanaf kalenderjaar 2016 en maximaal tot in het kalenderjaar 2026, na aanvraag bij het Vlaams Energieagentschap, aan de elektriciteitsdistributienetbeheerders een vergoeding toegekend. Die vergoeding wordt alleen verstrekt als tegemoetkoming voor de opkoopkosten voor groenestroomcertificaten die betrekking hebben op zonne-energie, en die conform artikel 7.1.6, § 1, van het voormelde decreet door een natuurlijke persoon die geen onderneming is in de zin van artikel 107, eerste lid, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie aan de elektriciteitsdistributienetbeheerder zijn overgedragen.
  De vergoeding, vermeld in het eerste lid, wordt voor de groenestroomcertificaten, vermeld in het eerste lid, die de elektriciteitsdistributienetbeheerders in portefeuille hebben, berekend op basis van de boekhoudkundige waarde van de groenestroomcertificaten in kwestie, met een maximale waarde van 93 euro per groenestroomcertificaat.
  Vóór elektriciteitsdistributienetbeheerders voor de groenestroomcertificaten, vermeld in het tweede lid, een vergoeding kunnen aanvragen, zijn ze verplicht om eerst en tot uitputting van dat aantal groenestroomcertificaten, vermeld in het eerste lid, die eerder conform artikel 6.4.14/1, § 1, 1° door hen zijn gebankt en nog niet zijn verkocht, een vergoeding aan te vragen. In afwijking van het tweede lid worden die groenestroomcertificaten vergoed tegen een vaste waarde van 93 euro per groenestroomcertificaat.
  De minister bepaalt jaarlijks het maximale bedrag van de totale vergoeding voor alle elektriciteitsdistributienetbeheerders op basis van de middelen die daarvoor ingeschreven zijn op de algemene uitgavenbegroting voor dat jaar en de middelen uit het Energiefonds die daarvoor beschikbaar gesteld zijn. De totaliteit van de gecumuleerde vergoedingen, vermeld in het tweede en derde lid, kunnen voor iedere individuele elektriciteitsdistributienetbeheerder met toepassing van besluit 2012/21/EU echter nooit meer bedragen dan 15 miljoen euro per jaar.
  Het Vlaamse Gewest is er alleen toe gehouden de vergoeding te betalen via het Vlaams Energieagentschap als de elektriciteitsdistributienetbeheerders de vergoeding jaarlijks aanvragen, als ze bewijsstukken voorleggen over de herkomst, de technologie en de vastgestelde boekhoudkundige waarde van de groenestroomcertificaten, en als ze het overeenstemmende aantal groenestroomcertificaten hebben ingediend bij de VREG.
  § 3. Het Vlaams Energieagentschap is belast met de uitbetaling van de vergoedingen, vermeld in paragraaf 2. De minister kan nadere regels vastleggen voor de uitbetalingsprocedure.".

Art.4. In titel XI, hoofdstuk I, van hetzelfde besluit worden aan het opschrift van afdeling III de woorden "en op de vergoeding voor de opkoop van groenestroomcertificaten door de netbeheerders" toegevoegd.

Art.5. In artikel 11.1.3 van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 10 januari 2014, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  1° tussen het tweede en het derde lid wordt een lid ingevoegd, dat luidt als volgt:
  "Het Vlaams Energieagentschap kan op elk moment bij de elektriciteitsdistributienetbeheerder alle inlichtingen en gegevens, inclusief individuele dossiers over de toekenning en uitbetaling van de minimumsteun, vermeld in artikel 7.1.6, § 1, van het Energiedecreet van 8 mei 2009, opvragen die nodig zijn voor de uitvoering van de controle op de toepassing van de vergoedingsregeling, vermeld in artikel 6.4.12/2 van dit besluit. De elektriciteitsdistributienetbeheerders bezorgen het Vlaams Energieagentschap op eenvoudig verzoek alle relevante informatie over de vaststelling van de boekhoudkundige waarde van de groenestroomcertificaten, vermeld in artikel 6.4.14/2 van dit besluit.";
  2° in het bestaande vierde lid, dat het vijfde lid wordt, wordt tussen de zinsnede "artikel 6.4.14/1" en de zinsnede ", alle gegevens bij die noodzakelijk zijn" de zinsnede "of artikel 6.4.14/2," ingevoegd.

Art. 6. De Vlaamse minister, bevoegd voor het energiebeleid, is belast met de uitvoering van dit besluit.