15 JULI 2016. - Besluit van de Vlaamse Regering tot vaststelling van de tarieven van het loodsgeld, de loodsvergoedingen voor loodsverrichtingen in de loodsvaarwateren en andere kosten(NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 29-07-2016 en tekstbijwerking tot 15-09-2023)
Art. 1-23
BIJLAGE.
Art. N
Artikel 1.In dit besluit wordt verstaan onder:
1° blokmaat: [1 de vermenigvuldiging van]1 lengte x breedte x zomerdiepgang, waarbij het resultaat naar beneden wordt afgerond als het eerste cijfer na de komma minder dan 5 bedraagt, en naar boven als het eerste cijfer na de komma 5 of meer bedraagt;
2° [1 breedte: de maximale breedte in meter, afgerond tot twee cijfers na de komma, inbegrepen de uitstekende gedeelten op de scheepzij of de brug, zoals aangeduid op IHS Maritime Sea-Web, tenzij de exploitant een afwijking op basis van het actuele scheepsplan of het "general arrangement plan" kan voorleggen;]1
3° exploitant: de gezagvoerder, reder, bevrachter, charteraar, beheerder of agent van een vaartuig;
[1 3° /1° inkomend: vaart die van zee komt;]1
4° [1 lengte: de maximale lengte over alles in meter, afgerond tot twee cijfers na de komma, zoals aangeduid op IHS Maritime Sea-Web, tenzij de exploitant een afwijking op basis van de "Wheelhouse poster" of de "Pilot card" kan voorleggen;]1;
5° [1 ...]1;
6° [1 ...]1;
7° [1 ...]1;
8° [1 ...]1;
[1 8° /1 uitgaand: vaart die naar zee gaat, of verhalingen inclusief een reis tussen twee havens in het werkingsgebied;
8° /2 werkingsgebied: het werkingsgebied, vermeld in artikel 1, 14А, van het Besluit loodsbestelregeling Scheldereglement 2013 van 19 september 2013;]1
9° [1 zomerdiepgang: de maximale inzinking van het gelijklastige vaartuig in meter, waarbij de voor- en achterdiepgang identiek zijn in de zomer in zoet water volgens het Internationaal Verdrag betreffende de uitwaring van schepen. Dat komt overeen met de zomerdiepgang in zout water in meter, afgerond tot twee cijfers na de komma, vermeerderd met de "fresh water allowance", aangeduid met de letter F op het PLIMSOLL-merk. Als de "fresh water allowance" niet bekend is, wordt een standaardverhogingscoыfficient gehanteerd van 2,5%.]1.
----------
(1)<BVR 2023-07-07/21, art. 1, 003; Inwerkingtreding : 07-07-2023>
Art.2.[1 In dit artikel wordt verstaan onder roroschip: een vaartuig dat volgens het classificatiecertificaat als roroschip wordt aangezien en als dusdanig wordt gebruikt.]1
Het loodsgeld voor niet-roroschepen wordt door de Vlaamse loodsdienst vastgesteld aan de hand van de blokmaat, de daarmee overeenstemmende blokmaatklasse, en het loodstraject conform bijlage 1, die bij dit besluit is gevoegd.
Het loodsgeld voor roroschepen wordt door de Vlaamse loodsdienst vastgesteld aan de hand van de blokmaat, de daarmee overeenstemmende blokmaatklasse, en het loodstraject conform bijlage 2, die bij dit besluit is gevoegd.
De blokmaat wordt vastgelegd door de Vlaamse loodsdienst. [1 ...]1 De Vlaamse loodsdienst beslist autonoom over aanpassingen aan de blokmaat.
Voor het traject Antwerpen - Boven-Zeeschelde, of omgekeerd, en voor een verhaling op de Boven-Zeeschelde wordt het loodsgeld vastgesteld op basis van het tarief "verhaling Antwerpen".
[1 Aanpassingen aan de factuur die binnen drie maanden na de factuurdatum aan de Vlaamse loodsdienst worden voorgelegd, zijn ontvankelijk als geldig protest. De aanpassing is alleen van invloed op facturen met factuurdatum tot drie maanden voor de datum van het verzoek.
Een aanpassing aan de factuur, waarbij de aanpassing te wijten is aan een fout van de Vlaamse loodsdienst, is ontvankelijk binnen drie jaar na de factuurdatum. De aanpassing is alleen van invloed op facturen met factuurdatum tot drie jaar voor de datum van de kennisgeving van dat feit.]1
----------
(1)<BVR 2023-07-07/21, art. 2, 003; Inwerkingtreding : 07-07-2023>
Art.3. In dit artikel worden de volgende geografische posities verstaan onder uiterton:
1° voor het Oostgat: 51° 35' 30'' N. 003° 23' 00'' O;
2° voor het Scheur: 51° 24' 00'' N. 003° 07' 30'' O;
3° voor de Wielingen: 51° 22' 30'' N. 003° 07' 30'' O;
4° voor Oostende: 51° 16' 12'' N, 002° 51' 55'' O;
5° voor Nieuwpoort: 51° 13' 57'' N, 002° 38' 36'' O.
Elk begonnen traject wordt volledig aangerekend.
Als een vaartuig voor de uiterton rechtsomkeer moet maken op het traject "zee - kusthaven" (of omgekeerd) of op het traject "zee - Vlissingen rede" of omgekeerd, wordt één traject aangerekend.
Als een vaartuig voorbij de uiterton rechtsomkeer moet maken op het traject "zee - kusthaven" of omgekeerd of op het traject "zee - Vlissingen rede" of omgekeerd, worden twee trajecten aangerekend.
Als een vaartuig voor de boeien 46/55 rechtsomkeer moet maken op het traject "Vlissingen rede - Antwerpen" of omgekeerd, wordt één traject aangerekend.
Als een vaartuig voorbij de boeien 46/55 rechtsomkeer moet maken op het traject "Vlissingen rede - Antwerpen" of omgekeerd, worden twee trajecten aangerekend.
Als een vaartuig voor de sluizen van Terneuzen rechtsomkeer moet maken op het traject "Vlissingen rede - Gent" of omgekeerd, wordt één traject aangerekend.
Als een vaartuig voorbij de sluizen van Terneuzen rechtsomkeer moet maken op het traject "Vlissingen rede - Gent of omgekeerd, worden twee trajecten aangerekend.
Art.4. Voor het traject "kusthaven - Duinkerke rede" via de boei E12 of omgekeerd of "Vlissingen rede - Duinkerke rede" of omgekeerd wordt het tarief "zee - kusthaven" of "Vlissingen rede - zee" verhoogd met het tarief "kusthaven - kusthaven".
Voor het traject "kusthaven - Duinkerke rede" via de Vlaanderenroute of omgekeerd of "Vlissingen rede - Duinkerke rede" via de Vlaanderenroute of omgekeerd wordt het tarief "zee - kusthaven" of "Vlissingen rede - zee" verhoogd met tweemaal het tarief "kusthaven - kusthaven".
Art.5.De loodsgelden en de loodsvergoedingen moeten betaald worden binnen één maand na de factuurdatum, en in elk geval voor het eerstvolgende vertrek van het vaartuig naar zee of naar het buitenland, aan de ontvanger van de loodsgelden, tenzij er bij de ontvanger voldoende geachte zekerheid is gesteld.
[2 In het eerste lid wordt begrepen onder voldoende geachte zekerheid: de zekerheidsstellingen, vermeld in artikel 17, Ї 2bis, van het decreet van 19 april 1995 betreffende de organisatie en de werking van de loodsdienst van het Vlaamse Gewest en betreffende de brevetten van havenloods, bootman en diepzeeloods.]2.
[2 ...]2.
[2 ...]2.
[1 In afwijking van de termijn bedoeld in het eerste lid moeten de loodsgelden en de loodsvergoedingen worden betaald binnen 45 kalenderdagen. Deze afwijking gaat in vanaf 15 mei 2020 en treedt buiten werking 3 maanden na het verstrijken van de laatste dag van de civiele noodsituatie met betrekking tot de volksgezondheid zoals bepaald door de Vlaamse Regering.]1
----------
(1)<BVR 2020-06-26/13, art. 1, 002; Inwerkingtreding : 15-05-2020>
(2)<BVR 2023-07-07/21, art. 3, 003; Inwerkingtreding : 07-07-2023>
Art.6.Voor gesleepte vaartuigen en bijzondere of buitennormale transporten wordt [1 de berekening van het loodsgeld gebaseerd op de blokmaat:]1[1In afwijking van artikel 1, 1А en 2А en 9А, wordt voor de toepassing van dit artikel verstaan onder:]1:
1° lengte: de lengte van het gesleepte vaartuig of transport, verhoogd met de lengte van de sleper. Als er gedurende het volledige traject verschillende slepers worden ingezet, wordt de lengte verhoogd met de lengte van elke bijkomende sleper. Als gedurende de sleepreis een of meer sleepboten vervangen worden door grotere of kleinere sleepboten, worden voor de berekening van de blokmaat alleen de afmetingen van de grootste sleepboten gebruikt;
2° breedte: de grootste breedte van ofwel het gesleepte vaartuig of transport, ofwel de breedste sleper;
3° [1 zomerdiepgang]1: de zomerdiepgang van het vaartuig of transport, tenzij de gebruikte sleper of een van de gebruikte slepers een grotere zomerdiepgang heeft.
Boven op de loodsgelden worden de loodsvergoedingen voor gesleepte vaartuigen, vermeld in artikel 13, [1 eerste lid, (B)]1, 10°, aangerekend.
Boven op de loodsgelden worden de loodsvergoedingen voor bijzondere of buitennormale transporten, vermeld in artikel 13, [1 eerste lid, (B)]1, 11°, aangerekend.
----------
(1)<BVR 2023-07-07/21, art. 4, 003; Inwerkingtreding : 07-07-2023>
Art.7. Als een gezagvoerder van een vaartuig vanwege een verplichting opgelegd door de Permanente Commissie voor Toezicht op de Scheldevaart of de afdeling Scheepvaartbegeleiding (Agentschap MDK) gelijktijdig gebruik maakt van een tweede loods, wordt daarvoor 50% loodsgeld aangerekend.
Art.8. Als een gezagvoerder van een vaartuig gebruikmaakt van het loodsen op afstand of van een loods die adviezen geeft vanaf een ander vaartuig waarop loodsdienst wordt verricht, wordt 100% loodsgeld aangerekend.
Art.9.Voor de houders van een verklaring van vrijstelling wordt per afgelegd traject waarvoor een verklaring is afgeleverd, [1 125 euro]1 aangerekend. Verhalingen in de haven, waar de verklaring van toepassing is, worden niet gefactureerd.
----------
(1)<BVR 2023-07-07/21, art. 5, 003; Inwerkingtreding : 07-07-2023>
Art.10. Vaartuigen die vrijgesteld zijn van loodsplicht, vaartuigen met een ontheffing of gezagvoerders met een ontheffing betalen geen loodsgeld.
Art.11. Als de personen en de vaartuigen, vermeld in artikel 9 en 10, daadwerkelijk gebruikmaken van de diensten van een loods, zijn ze verplicht om het loodsgeld en de loodsvergoedingen te betalen.
Bij gebrek aan een agent zal de loods, in samenspraak met de dienstleiding van de Vlaamse loodsdienst, de blokmaat van het vaartuig bepalen en daarop het loodsgeld berekenen. De loods int het loodsgeld dat op die manier is vastgesteld, en eventuele loodsvergoedingen aan boord van het vaartuig.
Art.12. De volgende categorieën van vaartuigen die van de loodsplicht vrijgesteld zijn, betalen loodsgeld noch loodsvergoedingen, ook al maken ze daadwerkelijk gebruik van de diensten van een loods:
1° Belgische en Nederlandse oorlogsvaartuigen;
2° vaartuigen in eigendom van of in beheer bij de Belgische, Vlaamse of Nederlandse overheid;
3° vaartuigen in eigendom van of in beheer bij de Vlaamse of Nederlandse loodsdienst.
Art.13.(A) [1 ...]1.
(B) De exploitant moet, naast de loodsgelden, in de volgende gevallen de daarbij vermelde loodsvergoedingen betalen:
1° als een actieve loodsbestelling met meer dan één uur wordt verlaat of verplaatst of als een actieve loodsbestelling vervalt of wordt afbesteld, gelden de volgende regels:
a) inkomend:
1) 10% van het loodsgeld van het eerste traject voor wijziging of afbestelling vanaf zes uur voor de loodsbesteltijd, met een minimum van [1 213 euro]1;
2) 15% van het loodsgeld van het eerste traject voor wijziging of afbestelling vanaf drie uur voor de loodsbesteltijd, met een minimum van [1 213 euro]1;
3) 20% van het loodsgeld van het eerste traject voor wijziging of afbestelling bij loods aan boord en als de loods onverrichterzake terugkeert, met een minimum van [1 213 euro]1;
b) uitgaand:
1) 10% van het loodsgeld van het eerste traject voor wijziging of afbestelling vanaf drie uur voor de loodsbesteltijd, met een minimum van [1 213 euro]1;
2) 15% van het loodsgeld van het eerste traject voor wijziging of afbestelling vanaf één uur voor de loodsbesteltijd, met een minimum van [1 213 euro]1;
3) 20% van het loodsgeld van het eerste traject voor wijziging of afbestelling bij loods aan boord en als de loods onverrichterzake terugkeert, met een minimum van [1 213 euro]1;
2° [1 als er geen wijziging of afbestelling van de loodsbestelling is aangegeven en als een inkomend vaartuig zich meer dan één uur na de loodsbesteltijd niet binnen een straal van vijf mijl van de loodskruispost bevindt, wordt 20% van het loodsgeld van het eerste traject aangerekend wegens laattijdige aankomst, met een minimum van 225 euro;]1;
[1 2А /1 als de loods aan boord gaat van een uitgaand schip dat meer dan dertig minuten na de opgegeven loodsbesteltijd vertrekt, wordt 118 euro per uur aangerekend vanaf het moment van de loodsbesteltijd tot het moment van vertrek. Elk begonnen uur wordt als een vol uur aangerekend;]1
3° als een oponthoud plaatsvindt tijdens de loodsreis, wordt [1 113 euro]1 per uur aangerekend vanaf het moment dat de loodsreis onderbroken wordt tot het moment dat de loodsreis hervat wordt, waarbij ieder begonnen uur als een vol uur aangerekend wordt. Die regeling is echter niet van toepassing als het oponthoud te wijten is aan de stand van het getij, de weersomstandigheden, congestie aan de sluizen of wachttijden ten gevolge van een scheepsvoorval die tijdens de loodsreis zijn ontstaan;
4° als een gezagvoerder van een ten anker liggend vaartuig gebruikmaakt van de diensten van een loods omdat hij daartoe krachtens wettelijk voorschrift verplicht is, of omdat hij daarom heeft verzocht, wordt [1 113 euro]1 per uur aangerekend, waarbij elk begonnen uur als een vol uur aangerekend wordt;
5° als een gezagvoerder na de volbrachte loodsreis de loods aan boord houdt om later over hem te beschikken of om een beroep op hem te kunnen doen, wordt [1 113 euro]1 per uur aangerekend, waarbij ieder begonnen uur als een vol uur aangerekend wordt;
6° als een gezagvoerder de loods niet kan ontschepen aan de loodskruispost tijdens een stormbeloodsing, maar meeneemt naar een buitenlandse haven die niet in de Schelderegio ligt, moeten de volgende loodsvergoedingen betaald worden:
a) vanaf het moment van het voorbijvaren van de loodskruispost tot de terugkeer van de loods op de standplaats: [1 1656 euro]1 per etmaal of een gedeelte daarvan en telkens [1 828 euro]1 voor elke volgende periode van twaalf uur of een gedeelte daarvan;
b) alle reis- en verblijfkosten van de loods vanaf het moment van de ontscheping tot de terugkeer in de standplaats;
c) een dagvergoeding van [1 107 euro]1 per kalenderdag vanaf de dag van de ontscheping tot en met de dag van de aankomst in de standplaats;
7° als een gezagvoerder de loods niet ontscheept aan de loodskruispost, in andere gevallen dan de gevallen, vermeld in punt 6°, maar meeneemt naar een buitenlandse haven die niet in de Schelderegio ligt, moeten de volgende loodsvergoedingen betaald worden:
a) vanaf het moment van het voorbijvaren van de loodskruispost tot de terugkeer van de loods op de standplaats: [1 3312 euro]1 per etmaal of een gedeelte daarvan en telkens 1400 euro voor elke volgende periode van twaalf uur of een gedeelte daarvan;
b) alle reis- en verblijfkosten van de loods vanaf het moment van de ontscheping tot de terugkeer in de standplaats;
c) een dagvergoeding van [1 107 euro]1 per kalenderdag vanaf de dag van de ontscheping tot en met de dag van de aankomst in de standplaats;
8° als een gezagvoerder de loods niet inscheept aan de loodskruispost, maar in een buitenlandse haven die niet in de Schelderegio ligt, moeten de volgende loodsvergoedingen betaald worden:
a) vanaf het moment van het vertrek vanuit de standplaats tot het moment van het voorbijvaren van de loodskruispost waar de loods zijn loodstaak aanvangt: [1 3312 euro]1 per etmaal of gedeelte daarvan en telkens 1400 euro voor elke volgende periode van twaalf uur of een gedeelte daarvan;
b) alle reis- en verblijfkosten van de loods vanaf het moment van het vertrek vanuit de standplaats tot de inscheping in de buitenlandse haven;
c) een dagvergoeding van [1 107 euro]1 per kalenderdag vanaf de dag van het vertrek vanuit de standplaats tot en met de dag van de inscheping in de buitenlandse haven;
9° als een loods ten gevolge van zijn komst aan boord van een besmet vaartuig in een observatie-inrichting of ziekenhuis aan wal moet worden opgenomen, wordt [1 2662 euro]1 per etmaal of gedeelte daarvan aangerekend en telkens [1 1331 euro]1voor elke volgende periode van twaalf uur of een gedeelte daarvan vanaf het tijdstip waarop hij is opgenomen, onverminderd de kosten die voortvloeien uit de opname in de observatie-inrichting of het ziekenhuis;
10° voor de uitvoering van een sleeptransport wordt het loodsgeld verhoogd met [1 178 euro]1 per begonnen uur;
11° de loodsdienst stelt de volledige kostprijs vast die aan de exploitant wordt aangerekend voor een bijzonder of buitennormaal transport, op basis van de duurtijd van de inzet van de loods of loodsen en de ingezette middelen, rekening houdend met de moeilijkheidsgraad van het transport;
12° als een loods wordt ingezet voor de uitvoering van een proefvaart, wordt het loodsgeldtarief voor het betreffende traject, verhoogd met [1 113 euro ]1 per begonnen uur, aangerekend;
13° als een loods wordt ingezet om te compenseren en te kalibreren, wordt [1 225 euro]1 aangerekend.
[1 14° als de bestemming van loodskruispost van een uitgaande reis gewijzigd wordt op verzoek van de exploitant nadat de eerste loods aan boord is gegaan, wordt 213 euro aangerekend.]1
[1 In het eerste lid wordt verstaan onder:
1А actieve loodsbestelling: de loodsbestelling van een inkomend schip, vermeld in artikel 5 van het besluit loodsbestelregeling Scheldereglement 2013 van 19 september 2013 of de loodsbestelling van een uitgaand schip en een verhaling inclusief een reis tussen twee havens in het werkingsgebied, vermeld in artikel 12 van het besluit loodsbestelregeling Scheldereglement 2013 van 19 september 2013;
2А bijzonder transport: een transport als vermeld in artikel 1, 21А, van het besluit van de Vlaamse regering van 15 juli 2002 betreffende de verscherpte loodsplicht voor vaartuigen in de Belgische territoriale zee en vaarwateren onder de bevoegdheid van het Vlaamse Gewest;
3А buitennormaal transport: een transport als vermeld in artikel 1, 22А, van het besluit van de Vlaamse regering van 15 juli 2002 betreffende de verscherpte loodsplicht voor vaartuigen in de Belgische territoriale zee en vaarwateren onder de bevoegdheid van het Vlaamse Gewest;
4А compenseren en kalibreren: afstellen van het scheepskompas;
5А etmaal: een periode van vierentwintig uur, ongeacht het tijdstip van begin;
6А loodsbestelling: een loodsbestelling als vermeld in artikel 1, 12А, van het besluit loodsbestelregeling Scheldereglement 2013 van 19 september 2013;
7А loodsbesteltijd: de loodsbesteltijd, vermeld in artikel 1, 11А, van het besluit loodsbestelregeling Scheldereglement 2013 van 19 september 2013;
8А loodskruispost: de loodskruispost, vermeld in artikel 1, 2А, van het besluit loodsbestelregeling Scheldereglement 2013 van 19 september 2013.]1
----------
(1)<BVR 2023-07-07/21, art. 6, 003; Inwerkingtreding : 07-07-2023>
Art.14.[1 De exploitant hoeft geen loodsvergoedingen als vermeld in artikel 13, eerste lid, (B), 1А, 2А, 2А /1, 3А, 6А en 7А, te betalen als de oorzaak het gevolg is van een tekortkoming van de loodsdienst of de secundaire ketenpartners.
In het eerste lid wordt verstaan onder secundaire ketenpartners: havenbedrijven, sleepdiensten, wielmannen, havenloodsen of bootmannen.]1
----------
(1)<BVR 2023-07-07/21, art. 7, 003; Inwerkingtreding : 07-07-2023>
Art.15. Als voor het aan boord brengen of ontschepen van een loods extra kosten moeten worden gemaakt, moeten die door de exploitant van het vaartuig worden betaald.
Art.16.Als een derde gebruikmaakt van de expertise van een loods binnen de standplaats, [1 wordt een vergoeding van 300 euro per uur aangerekend]1.
----------
(1)<BVR 2023-07-07/21, art. 8, 003; Inwerkingtreding : 07-07-2023>
Art.17.Als een derde gebruikmaakt van de expertise van een loods buiten de standplaats, stelt de loodsdienst de volledige kostprijs vast, op basis van de duurtijd van de inzet van de loods of loodsen en de ingezette middelen[1, conform artikel 16]1.Bijkomend worden alle reis- en verblijfkosten vanaf het moment van het vertrek uit de standplaats tot de terugkeer in de standplaats aangerekend.
----------
(1)<BVR 2023-07-07/21, art. 9, 003; Inwerkingtreding : 07-07-2023>
Art.18.De loodsdienst biedt de mogelijkheid dat exploitanten reisgebonden elektronische berichten ontvangen.[1 De voormelde dienstverlening is kosteloos voor de exploitant.]1.
----------
(1)<BVR 2023-07-07/21, art. 10, 003; Inwerkingtreding : 07-07-2023>
Art.19.Aan de exploitant wordt een bunker adjustment factor aangerekend die is gekoppeld aan de officiële maximale gasolieprijs van 31 maart 2016 van 351,70 euro per 1000 liter, exclusief btw. Vanaf 1 oktober 2016 en vervolgens om de drie maanden wordt de stijging of de daling van de officiële maximale gasolieprijs vastgesteld. Voor elke stijging of daling met 7 euro per 1000 liter, exclusief btw, wordt de bunker adjustment factor vastgesteld op telkens plus 0,10% van het loodsgeld, vermeld in bijlage 1 en 2, of telkens min 0,10% van het loodsgeld, vermeld in bijlage 1 en 2,[1 maar zonder dat de bunker adjustment factor negatief kan zijn,]1 vanaf de eerste dag van de derde maand die volgt op de vaststelling van de nieuwe officiële maximale gasolieprijs. De bunker adjustment factor wordt afzonderlijk op de loodsgeldfactuur vermeld.
----------
(1)<BVR 2023-07-07/21, art. 11, 003; Inwerkingtreding : 07-07-2023>
Art.20.De loodsgelden en loodsvergoedingen zullen jaarlijks op 1 augustus automatisch geïndexeerd worden overeenkomstig de Belgische consumptieprijsindex[1 p basis van het indexcijfer van de maand mei van het hetzelfde jaar (basis 2013 = 100). Het resultaat van de voormelde indexatie wordt tot de hogere euro afgerond.]1.
----------
(1)<BVR 2023-07-07/21, art. 12, 003; Inwerkingtreding : 07-07-2023>
Art.21. Het besluit van de Vlaamse Regering van 26 maart 2010 tot vaststelling van de tarieven van het loodsgeld, loodsvergoedingen voor loodsverrichtingen in de loodsvaarwateren en andere kosten, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 1 juli 2011 en van 21 december 2012, wordt opgeheven.
Art.22. Dit besluit treedt in werking op 1 augustus 2016.
Art.23. De Vlaamse minister, bevoegd voor het mobiliteitsbeleid, de openbare werken en het vervoer, is belast met de uitvoering van dit besluit.
BIJLAGE.
Art. N.[1 Beeld niet opgenomen om technische redenen, zie B.St. van 15-09-2023, p. 77402 en p. 77406]1
----------
(1)<BVR 2023-07-07/21, art. 13, 003; Inwerkingtreding : 07-07-2023>