Details





Titel:

30 MAART 2016. - Ministerieel besluit tot uitvoering van het besluit van de Vlaamse Regering van 26 februari 2016 tot toekenning van steun aan kleine en middelgrote ondernemingen voor ondernemerschapsbevorderende diensten en kmo-groeitrajecten, wat betreft de steun voor ondernemerschapsbevorderende diensten(NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 18-05-2016 en tekstbijwerking tot 10-11-2023)



Inhoudstafel:

HOOFDSTUK 1. - Definities
Art. 1
HOOFDSTUK 2. - Toepassingsgebied
Art. 2-4, 4/1, 4/2, 4/3
HOOFDSTUK 3. - Registratie van de dienstverleners
Art. 5-7, 7/1, 7/2, 7/3, 7/4
HOOFDSTUK 4. - Voorwaarden en verplichtingen van de dienstverleners
Afdeling 1. - Algemene voorwaarden en verplichtingen
Art. 8, 8/1, 9-14
Afdeling 2. - Specifieke voorwaarden en verplichtingen van de dienstverlener inzake opleiding
Art. 15-18
Afdeling 3. - Specifieke verplichtingen en voorwaarden van de dienstverlener inzake advies
Art. 19-21
HOOFDSTUK 5. - Weigering, schorsing en uitsluiting van de dienstverlener
Art. 22-24
HOOFDSTUK 6. - Toekenning van steun voor ondernemerschapsbevorderende diensten via het webplatform kmo-portefeuille
Afdeling 1. - Aanvullende voorwaarden
Art. 25-29
Afdeling 2. - De steunintensiteit
Art. 30-33
Afdeling 3. - Procedure
Art. 34
Afdeling 4. - Annulering en stopzetting
Art. 35-37
Afdeling 5. - Blokkering
Art. 38
HOOFDSTUK 7. - Delegatie en kennisgeving
Art. 39
HOOFDSTUK 8. - Slotbepalingen
Afdeling 1. - Opheffing
Art. 40
Afdeling 2. - Overgangsbepalingen
Art. 41-44
Afdeling 3. - Inwerkingtreding
Art. 45
BIJLAGE.
Art. N, N2



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:

2013204353 



Uitvoeringsbesluit(en):

2019013773  2019014290 



Artikels:

HOOFDSTUK 1. - Definities
Artikel 1.In dit besluit wordt verstaan onder :
  1° advies : het advies, vermeld in artikel 9, eerste lid, 2°, b), van het besluit van 26 februari 2016;
  2° Agentschap Innoveren en Ondernemen : het intern verzelfstandigd agentschap, vermeld in artikel 1, 2°, van het besluit van de Vlaamse Regering van 18 december 2015 inzake de ontbinding zonder vereffening van het Agentschap voor Innovatie door Wetenschap en Technologie en tot regeling van de overdracht van zijn activiteiten aan het Agentschap Innoveren en Ondernemen;
  3° besluit van 26 februari 2016 : het besluit van de Vlaamse Regering van 26 februari 2016 tot toekenning van steun aan kleine en middelgrote ondernemingen voor ondernemerschapsbevorderende diensten en kmo-groeitrajecten;
  4° decreet van 16 maart 2012 : het decreet van 16 maart 2012 betreffende het economisch ondersteuningsbeleid;
  5° dienstverlener : de dienstverlener, vermeld in [2 artikel 9, eerste lid, 1° /1,]2, van het besluit van 26 februari 2016;
  6° eigen aandeel : het deel van de in aanmerking komende kosten dat de kleine of middelgrote onderneming moet dragen met toepassing van artikel 18 van het besluit van 26 februari 2016;
  7° financieel beheerder : de instelling die belast is met het financiële beheer van het webplatform kmo-portefeuille;
  8° in aanmerking komende kosten : de kosten, vermeld in artikel 31;
  9° inschrijving voor een opleiding : de inschrijving, vermeld in artikel 15;
  10° kalenderjaar : de periode, vermeld in artikel 1, 4°, van het besluit van 26 februari 2016;
  11° kleine of middelgrote onderneming : de onderneming, vermeld in artikel 3, 2°, of artikel 3, 3°, van het decreet van 16 maart 2012;
  12° ondernemerschapsbevorderende diensten : de diensten, vermeld in artikel 9, eerste lid, 2°, van het besluit van 26 februari 2016;
  13° opleiding : het onderricht, vermeld in artikel 9, eerste lid, 2°, a), van het besluit van 26 februari 2016;
  14° overeenkomst voor het verlenen van advies : de overeenkomst, vermeld in artikel 19;
  [1 14°/1 thema: de thema's, vermeld in artikel 9, eerste lid, 3А, van het besluit van 26 februari 2016;]1
  15° webplatform kmo-portefeuille : de webapplicatie, vermeld in artikel 1, 11°, van het besluit van 26 februari 2016;
  16° werkenden in de onderneming : de werkenden, vermeld in artikel 27.
  ----------
  (1)<MB 2022-12-23/06, art. 1, 007; Inwerkingtreding : 01-01-2023>
  (2)<MB 2023-10-23/10, art. 20, 013; Inwerkingtreding : 26-10-2023>

HOOFDSTUK 2. - Toepassingsgebied
Art.2. Dit besluit regelt de aanvullende voorwaarden voor de tenuitvoerlegging van het besluit van 26 februari 2016 wat betreft de steun voor ondernemerschapsbevorderende diensten via het webplatform kmo-portefeuille.

Art.3.Ter uitvoering van artikel 8, eerste lid, van het besluit van 26 februari 2016 komen alleen kleine of middelgrote ondernemingen waarvan de hoofdactiviteit behoort tot de sectoren, vermeld in [1 bijlage 1]1 die bij dit besluit is gevoegd, in aanmerking voor steun.
  ----------
  (1)<MB 2022-12-23/06, art. 2, 007; Inwerkingtreding : 01-01-2023>

Art.4. Ter uitvoering van artikel 3, vierde lid, van het besluit van 26 februari 2016 wordt onder werkzame personen verstaan de werknemers die de werkgever heeft aangegeven bij de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid.

Art. 4/1. [1 Ter uitvoering van artikel 9, derde lid, van het besluit van 26 februari 2016 wordt het toepassingsgebied van het thema financiыle geletterdheid beperkt tot de ondernemerschapsbevorderende diensten die betrekking hebben op minstens een van de volgende onderwerpen:
   1А boekhouding;
   2А facturatie;
   3А fiscaliteit.]1
  ----------
  (1)<Ingevoegd bij MB 2022-12-23/06, art. 3, 007; Inwerkingtreding : 01-01-2023>


Art. 4/2. [1 Ter uitvoering van artikel 9, derde lid, van het besluit van 26 februari 2016 wordt het toepassingsgebied van het thema duurzaamheid beperkt tot de ondernemerschapsbevorderende diensten die betrekking hebben op minstens een van de volgende onderwerpen:
   1А afvalpreventie en efficiыnte afvalverwerking;
   2А de vermindering van de uitstoot van broeikasgassen;
   3А efficiыnt materiaalgebruik;
   4А energie-efficiыntie en het gebruik van alternatieve energiebronnen;
   5А recyclage;
   6А water- en luchtzuivering.]1
  ----------
  (1)<Ingevoegd bij MB 2022-12-23/06, art. 3, 007; Inwerkingtreding : 01-01-2023>


Art. 4/3.[1 Ter uitvoering van artikel 9, derde lid, en artikel 12/1, van het besluit van 26 februari 2016 wordt het toepassingsgebied van het thema beroepsspecifieke competenties beperkt tot de ondernemerschapsbevorderende diensten, [2 die zijn opgenomen in de lijst, vermeld in artikel 7/1, eerste lid, van dit besluit]2.]1
  ----------
  (1)<Ingevoegd bij MB 2022-12-23/06, art. 3, 007; Inwerkingtreding : 01-01-2023>
  (2)<MB 2023-04-26/13, art. 1, 011; Inwerkingtreding : 04-09-2023>

HOOFDSTUK 3. - Registratie van de dienstverleners
Art.5. Ter uitvoering van artikel 14, § 3, eerste lid en tweede lid, van het besluit van 26 februari 2016, moet de dienstverlener in de gevallen vermeld in artikel 14, § 1, 3°, en 14, § 2, 2°, van het voormelde besluit, cumulatief voldoen aan de volgende voorwaarden om geregistreerd te worden voor opleiding en/of advies :
  1° een registratie aanvragen via het webplatform kmo-portefeuille;
  2° de audit voor opleiding en/of advies doorlopen met een positief resultaat.
  In het eerste lid, 2°, wordt verstaan onder audit : de methodiek, vermeld in artikel 1, 6°, van het ministerieel besluit van 14 februari 2013 tot uitvoering van het besluit van 26 februari 2016 tot toekenning van steun aan kleine en middelgrote ondernemingen voor ondernemerschapsbevorderende diensten en kmo-groeitrajecten, wat betreft de aanstelling en de werking van de auditbureaus.
  Na het vervullen van de voorwaarden, vermeld in het eerste lid, kan een registratie voor advies worden toegekend door de Vlaamse minister, bevoegd voor de economie, of kan een registratie voor opleiding worden toegekend door de Vlaamse minister, bevoegd voor de economie, samen met de Vlaamse minister, bevoegd voor de professionele vorming.

Art.6. In de gevallen, vermeld in artikel 14, § 1, 3° en § 2, 2°, van het besluit van 26 februari 2016, bedraagt de geldigheidsduur van de registratie voor opleiding of advies maximaal vijf jaar. Die geldigheidsduur begint te lopen vanaf de datum, vermeld in de schriftelijke kennisgeving die het registratienummer bevat.

Art.7. Als een dienstverlener de registratie wil stopzetten voor het einde van de geldigheidsduur, vraagt hij de stopzetting schriftelijk aan bij het Agentschap Innoveren en Ondernemen. Deze stopzetting is onherroepelijk.

Art. 7/1.[2 Het Agentschap Innoveren en Ondernemen beheert de lijst met ondernemerschapsbevorderende diensten gericht op de beroepsspecifieke competenties, vermeld in artikel 12/1 van het besluit van 26 februari 2016, en maakt deze bekend op zijn website.]2
   [1 De geregistreerde dienstverlener meldt de dienst, die voldoet aan de voorwaarden vermeld in artikel 12/1 van het besluit van 26 februari 2016, aan ter registratie op de lijst met ondernemerschapsbevorderende diensten gericht op de beroepsspecifieke competenties.
   De dienst, vermeld in het [2 tweede lid]2, wordt aangemeld via de procedure toegelicht op de website van het Agentschap Innoveren en Ondernemen. De geregistreerde dienstverlener vermeldt daarbij de gevraagde gegevens over haar onderneming en de dienst die ter registratie wordt aangeboden.]1
  ----------
  (1)<Ingevoegd bij MB 2022-12-23/06, art. 4, 007; Inwerkingtreding : 01-01-2023>
  (2)<MB 2023-04-26/13, art. 2, 011; Inwerkingtreding : 04-09-2023>

Art. 7/2.[1 Na de correcte en volledige aanmelding ter registratie van de dienst controleert het Agentschap Innoveren en Ondernemen of de dienst voldoet aan de voorwaarden vermeld in het decreet van 16 maart 2012, het besluit van 26 februari 2016 en de uitvoeringsbesluiten. [2 Het Agentschap Innoveren en Ondernemen beslist over de registratie van de dienst op de lijst van ondernemerschapsbevorderende diensten die gericht zijn op de beroepsspecifieke competenties]2.
   [2 Conform artikel 26/1, 1°, van het besluit van 26 februari 2016 kan het Agentschap Innoveren en Ondernemen advies vragen aan de kwaliteitskamer over de dienst die voor registratie is aangemeld.]2
   [2 ...]2
   Het Agentschap Innoveren en Ondernemen deelt de beslissing, vermeld in het [2 eerste]2 lid, mee aan de geregistreerde dienstverlener.]1
  ----------
  (1)<Ingevoegd bij MB 2022-12-23/06, art. 4, 007; Inwerkingtreding : 01-01-2023>
  (2)<MB 2023-04-26/13, art. 3, 011; Inwerkingtreding : 04-09-2023>

Art. 7/3.[1 [2 Als de geregistreerde dienstverlener de beslissing, vermeld in artikel 7/2, eerste lid, betwist, stelt hij op gemotiveerde wijze beroep in bij het Agentschap Innoveren en Ondernemen.]2.
   De minister beslist over het beroep en kan hiervoor het advies van het Agentschap Innoveren en Ondernemen en de kwaliteitskamer, als vermeld in artikel 26/1 van het besluit van 26 februari 2016, inwinnen.
   Het Agentschap Innoveren en Ondernemen stelt de geregistreerde dienstverlener in kennis van de beslissing, vermeld in het tweede lid.]1
  ----------
  (1)<Ingevoegd bij MB 2022-12-23/06, art. 4, 007; Inwerkingtreding : 01-01-2023>
  (2)<MB 2023-04-26/13, art. 4, 011; Inwerkingtreding : 04-09-2023>

Art. 7/4.[1 De minister kan om gemotiveerde redenen een dienst schrappen uit de lijst met ondernemerschapsbevorderende diensten die gericht zijn op de beroepsspecifieke competenties bij vaststelling dat deze dienst niet voldoet aan de voorwaarden vermeld in het decreet van 16 maart 2012, het besluit van 26 februari 2016, dit besluit of de overige uitvoeringsbesluiten.
   De minister kan hiervoor het advies van het Agentschap Innoveren en Ondernemen en de kwaliteitskamer, als vermeld in artikel 26/1 van het besluit van 26 februari 2016, inwinnen.]1
  [2 Het Agentschap Innoveren en Ondernemen schrapt een dienst uit de lijst, vermeld in het eerste lid, als de dienstverlener daar schriftelijk om vraagt.]2
  ----------
  (1)<Ingevoegd bij MB 2022-12-23/06, art. 4, 007; Inwerkingtreding : 01-01-2023>
  (2)<MB 2023-10-23/10, art. 21, 013; Inwerkingtreding : 26-10-2023>

HOOFDSTUK 4. - Voorwaarden en verplichtingen van de dienstverleners
Afdeling 1. - Algemene voorwaarden en verplichtingen
Art.8. Alleen tijdens de geldigheidsduur van zijn registratie mag de dienstverlener zich op de markt profileren als dienstverlener in het kader van het webplatform kmo-portefeuille.
  Ter uitvoering van artikel 14, § 3, derde lid, van het besluit van 26 februari 2016, mag de dienstverlener in zijn communicatie op geen enkele wijze laten uitschijnen dat zijn registratie een inhoudelijke beoordeling en/of goedkeuring van zijn diensten inhoudt door het Agentschap Innoveren en Ondernemen.

Art. 8/1. [1 De dienstverlener kan niet optreden als gemachtigde van de kleine of middelgrote onderneming om de subsidie aan te vragen en het subsidiedossier te beheren voor de door hem verleende ondernemerschapsbevorderende diensten.]1
  ----------
  (1)<Ingevoegd bij MB 2019-05-10/20, art. 2, 003; Inwerkingtreding : 06-12-2017>


Art.9. Als de subsidieaanvraag niet correct is, is de dienstverlener verplicht om via het webplatform kmo-portefeuille te melden dat de subsidieaanvraag moet worden geannuleerd, met toepassing van artikel 35 of stopgezet, met toepassing van artikel 36.
  In het eerste lid wordt onder niet correct verstaan dat de subsidieaanvraag niet voldoet aan de voorwaarden, vermeld in het decreet van 16 maart 2012, het besluit van 26 februari 2016, dit besluit of de overige uitvoeringsbesluiten, de voorwaarden, vermeld in de overeenkomst voor het verlenen van advies of de voorwaarden voor het volgen van een opleiding.

Art.10. Als de prestaties, vermeld in de overeenkomst voor het verlenen van advies of de inschrijving voor een opleiding, niet of maar gedeeltelijk werden geleverd, is de dienstverlener verplicht om het Agentschap Innoveren en Ondernemen daar onmiddellijk schriftelijk van op de hoogte te brengen.

Art.11. De facturen die de dienstverlener aan de kleine of middelgrote onderneming aanbiedt om de ondernemerschapsbevorderende diensten te betalen via het webplatform kmo-portefeuille, bevatten :
  1° de naam en het registratienummer van de dienstverlener;
  2° het totale bedrag van de factuur, exclusief btw;
  3° een gedetailleerde beschrijving van de gefactureerde prestaties;
  4° de datum van de factuur.
  Als in een factuur zowel in aanmerking komende kosten als niet in aanmerking komende diensten worden gefactureerd als vermeld in artikel 12 van het besluit van 26 februari 2016, worden de niet in aanmerking komende diensten en de prijs daarvan apart vermeld op de factuur.
  Facturen die via het webplatform kmo-portefeuille worden betaald mogen niet ook al buiten die webapplicatie betaald zijn.
  De prijzen van de prestaties die dienstverleners factureren met gebruik van het webplatform kmo-portefeuille zijn dezelfde als voor dezelfde prestaties die worden gefactureerd zonder gebruik van het webplatform kmo-portefeuille.

Art.12. De dienstverlener kan een beroep doen op onderaannemers voor de verlening van ondernemerschapsbevorderende diensten, op voorwaarde dat hij de eindverantwoordelijkheid tegenover de kleine of middelgrote onderneming blijft dragen voor :
  1° de organisatie van de dienstverlening;
  2° de communicatie;
  3° de facturatie;
  4° de kwaliteit van de dienstverlening en de eventuele klachten;
  5° de naleving van het decreet van 12 maart 2012, het besluit van 26 februari 2016, dit besluit en de overige uitvoeringsbesluiten;
  6° de naleving van de overeenkomst voor het verlenen van advies of de voorwaarden verbonden aan een opleiding.

Art.13. De dienstverlener deelt zijn naamswijziging, een wijziging van zijn juridische vorm of een wijziging van zijn ondernemingsnummer onmiddellijk schriftelijk mee aan het Agentschap Innoveren en Ondernemen. Als de overige persoonlijke gegevens veranderen, past de dienstverlener die zelf aan via de webplatform kmo-portefeuille.

Art.14. Als de organisatie of de structuur van de dienstverlener verandert, deelt hij dit onmiddellijk schriftelijk mee aan het Agentschap Innoveren en Ondernemen.

Afdeling 2. - Specifieke voorwaarden en verplichtingen van de dienstverlener inzake opleiding
Art.15.De inschrijving voor een opleiding bevat de volgende gegevens :
  1° de naam en het registratienummer van de dienstverlener;
  2° de naam van de werkende in de onderneming;
  3° de startdatum van de opleiding en de volledige looptijd ervan;
  4° de totale prijs, exclusief btw;
  5° een gedetailleerde beschrijving van de opleiding;
  [1 6° de vermelding van het thema waaronder de opleiding valt.]1

  ----------
  (1)<MB 2022-12-23/06, art. 5, 007; Inwerkingtreding : 01-01-2023>

Art.16. De dienstverlener reikt na een opleiding een vormingsattest uit aan de werkende in de onderneming. Het vormingsattest bevat de volgende vermeldingen :
  1° de naam van de werkende in de onderneming die de opleiding volgde;
  2° de naam van de dienstverlener en zijn registratienummer;
  3° de naam van de gevolgde opleiding;
  4° de datum of looptijd van de opleiding;
  5° het behaalde resultaat als er voorzien werd in een evaluatie tijdens de opleiding.

Art.17. De dienstverlener houdt per opleiding een aanwezigheidslijst bij, waarop de werkende in de onderneming zijn aanwezigheid kan bevestigen.

Art.18. De dienstverlener bewaart het bewijs van de inschrijving, de aanwezigheidslijst en een kopie van de vormingsattesten van de opleiding gedurende tien jaar na de startdatum van de opleiding en overhandigt een afschrift van die documenten bij een controle als vermeld in artikel 26 van het besluit van 26 februari 2016.

Afdeling 3. - Specifieke verplichtingen en voorwaarden van de dienstverlener inzake advies
Art.19.De overeenkomst voor het verlenen van advies is een geschreven overeenkomst tussen een dienstverlener en een kleine of middelgrote onderneming dat de volgende vermeldingen bevat :
  1° de naam van de dienstverlener;
  2° het registratienummer van de dienstverlener;
  3° de naam van de kleine of middelgrote onderneming;
  4° het ondernemingsnummer van de kleine of middelgrote onderneming;
  5° een gedetailleerde beschrijving van de te leveren prestaties;
  [1 5°/1 de vermelding van het thema waaronder het advies valt;]1
  6° de startdatum van de prestaties;
  7° de totale prijs van de prestaties, exclusief btw;
  8° de handtekening van de rechtsgeldige vertegenwoordiger van de dienstverlener;
  9° de handtekening van de rechtsgeldige vertegenwoordiger van de kleine of middelgrote onderneming;
  10° de datum waarop de overeenkomst werd gesloten.
  ----------
  (1)<MB 2022-12-23/06, art. 6, 007; Inwerkingtreding : 01-01-2023>

Art.20. Het advies bevat de volgende vermeldingen :
  1° de naam van de dienstverlener;
  2° het registratienummer van de dienstverlener;
  3° het projectnummer;
  4° de datum waarop het advies werd opgemaakt;
  5° de naam van de onderaannemers, indien van toepassing.
  In het eerste lid, 3°, wordt verstaan onder projectnummer : het kenmerk dat het webplatform kmo-portefeuille aan een steunaanvraag toewijst.

Art.21. De dienstverlener bewaart de overeenkomst voor het verlenen van advies, de facturen en het advies gedurende tien jaar na de start van de prestaties en overhandigt een afschrift van die documenten bij een controle als vermeld in artikel 26 van het besluit van 26 februari 2016.

HOOFDSTUK 5. - Weigering, schorsing en uitsluiting van de dienstverlener
Art.22. De registratie van een dienstverlener kan geweigerd worden door het Agentschap Innoveren en Ondernemen in een van de volgende gevallen :
  1° de dienstverlener leeft het decreet van 16 maart 2012, het besluit van 26 februari 2016, dit besluit of de overige uitvoeringsbesluiten niet na;
  2° de dienstverlener werd bij een eerdere registratie geschorst of uitgesloten;
  3° de dienstverlener werd na een erkenning geschorst of uitgesloten, met toepassing van het besluit van de Vlaamse Regering van 19 december 2008 tot toekenning van steun aan kleine of middelgrote ondernemingen voor ondernemerschapsbevorderende diensten en de uitvoeringsbesluiten daarvan;
  4° de dienstverlener is gerechtelijk veroordeeld;
  5° de dienstverlener maakt het voorwerp uit van een gerechtelijk onderzoek.
  De dienstverlener wordt schriftelijk op de hoogte gebracht van de beslissing tot weigering.

Art.23. De dienstverlener kan uitgesloten worden door het Agentschap Innoveren en Ondernemen om ondernemerschapsbevorderende diensten te verlenen binnen het webplatform kmo-portefeuille in een van de volgende gevallen :
  1° de dienstverlener leeft het decreet van 16 maart 2012, het besluit van 26 februari 2016, dit besluit of de overige uitvoeringsbesluiten niet na;
  2° de dienstverlener is gerechtelijk veroordeeld;
  3° de dienstverlener maakt het voorwerp uit van een gerechtelijk onderzoek.
  De dienstverlener wordt schriftelijk op de hoogte gebracht van de beslissing tot uitsluiting.

Art.24. De dienstverlener kan geschorst worden van het verlenen van ondernemerschapsbevorderende diensten binnen het webplatform kmo-portefeuille indien er ernstige vermoedens bestaan dat de dienstverlener het decreet van 16 maart 2012, het besluit van 26 februari 2016, dit besluit of de overige uitvoeringsbesluiten niet naleeft. Dit is een bewarende maatregel die geldt tot er een beslissing wordt genomen over het uitsluiten van de dienstverlener van het verlenen van ondernemerschapsbevorderende diensten binnen het webplatform kmo-portefeuille.

HOOFDSTUK 6. - Toekenning van steun voor ondernemerschapsbevorderende diensten via het webplatform kmo-portefeuille
Afdeling 1. - Aanvullende voorwaarden
Art.25. De subsidie wordt aangevraagd tijdens de geldigheidsduur van de registratie van de dienstverlener.

Art.26. De kleine of middelgrote onderneming bewaart, in geval van een subsidieaanvraag voor advies, de overeenkomst voor het verlenen van advies, de facturen, vermeld in artikel 11 van dit besluit en het advies, gedurende tien jaar na de subsidieaanvraag en overhandigt een afschrift bij een controle als vermeld in artikel 26 van het besluit van 26 februari 2016.

Art.27.Ter uitvoering van artikel 9, tweede lid, van het besluit van 26 februari 2016, wordt verstaan onder werkenden in de onderneming als vermeld in artikel 9, eerste lid, 2°, a), van het voormelde besluit : de werkenden die aan een van de volgende beschrijvingen voldoen :
  1° de bij arbeidsovereenkomst tewerkgestelde personen die activiteiten uitoefenen binnen een in het Vlaamse Gewest gelegen exploitatiezetel van een kleine of middelgrote onderneming;
  2° de personen die als zaakvoerder of actieve vennoot aangesloten zijn bij een sociaal verzekeringsfonds voor zelfstandigen;
  3° de natuurlijke personen die koopman zijn of een zelfstandig vrij beroep uitoefenen;
  4° de helper of helpster van een zelfstandige die aangesloten is bij een sociaal verzekeringsfonds voor zelfstandigen;
  5° de meewerkende echtgenoot of echtgenote die aangesloten is bij een sociaal verzekeringsfonds voor zelfstandigen.
  [1 6° de natuurlijke persoon, die in de Kruispuntbank van Ondernemingen is aangesteld als vaste vertegenwoordiger van de rechtspersoon, die zaakvoerder of bestuurder is van de kleine of middelgrote onderneming.]1
  De werkenden in de onderneming bewaren het vormingsattest van de opleiding gedurende tien jaar na de subsidieaanvraag en overhandigen een afschrift bij een controle als vermeld in artikel 26 van het voormelde besluit.
  ----------
  (1)<MB 2020-06-08/06, art. 3, 004; Inwerkingtreding : 01-07-2020>

Art.28.De ondernemerschapsbevorderende diensten worden aan de kleine of middelgrote onderneming verleend door een derde. Aan die voorwaarde is niet voldaan als een van de volgende gevallen zich voordoet :
  1° de kleine of middelgrote onderneming heeft rechtstreeks of onrechtstreeks stemrechten of kapitaal van de dienstverlener in handen;
  2° de dienstverlener heeft rechtstreeks of onrechtstreeks stemrechten of kapitaal van de kleine of middelgrote onderneming in handen;
  3° de dienstverlener en de kleine of middelgrote onderneming hebben minstens één gemeenschappelijke zaakvoerder, bestuurder, werknemer of aandeelhouder;
  4° de zaakvoerders, bestuurders of aandeelhouders van de kleine of middelgrote onderneming en de dienstverlener zijn met elkaar verbonden als echtgenoten, als bloedverwanten tot en met de tweede graad of door samenwoning.
  [1 5° de kleine of middelgrote onderneming heeft in het jaar waarin de subsidieaanvraag conform artikel 20 van het besluit van 26 februari 2016 is ingediend en het jaar ervoor hoofdzakelijk diensten uitgevoerd als onderaannemer van de dienstverlener.]1
  ----------
  (1)<MB 2020-06-08/06, art. 4, 004; Inwerkingtreding : 01-07-2020>

Art.29. De kleine of middelgrote onderneming dient over een rekeningnummer in SEPA-formaat te beschikken om het webplatform kmo-portefeuille te kunnen gebruiken.
  Als de kleine of middelgrote onderneming van rekeningnummer verandert, past ze dat aan via het webplatform kmo-portefeuille.

Afdeling 2. - De steunintensiteit
Art.30.Ter uitvoering van artikel 25 van het besluit van 26 februari 2016, wordt elk kalenderjaar het toepasselijke subsidiepercentage, vermeld in artikel 18 [1 , eerste lid,]1 van het voormelde besluit, en het toepasselijke maximale subsidiebedrag, vermeld in artikel 19 van het voormelde besluit, vastgesteld voor dat kalenderjaar op grond van de grootte van de onderneming bij de eerste volledig ingediende subsidieaanvraag van het kalenderjaar.
  [1 Het subsidiepercentage, vermeld in artikel 18, tweede lid, van het voormelde besluit, wordt toegepast als de kleine of middelgrote onderneming in de subsidieaanvraag aangeeft dat de ondernemerschapsbevorderende dienst betrekking heeft op cybersecurity.]1
  [2 Het subsidiepercentage, vermeld in artikel 18, derde lid, van het voormelde besluit, wordt toegepast als de kleine of middelgrote onderneming in de subsidieaanvraag aangeeft dat de ondernemerschapsbevorderende dienst betrekking heeft op energie-efficiëntie en het gebruik van alternatieve energiebronnen.]2
  ----------
  (1)<MB 2021-09-07/01, art. 2, 006; Inwerkingtreding : 13-09-2021>
  (2)<MB 2023-03-15/03, art. 2, 008; Inwerkingtreding : 01-04-2023>

Art.31. Ter uitvoering van artikel 16, derde lid, van het besluit van 26 februari 2016, zijn de in aanmerking komende kosten van de ondernemerschapsbevorderende diensten de volgende :
  1° voor het verstrekken van een opleiding :
  a) de personeels- en werkingskosten van de dienstverlener voor het verstrekken van de opleiding;
  b) cursusmateriaal dat uitsluitend wordt gebruikt tijdens de opleiding;
  c) verplaatsingskosten van de dienstverlener;
  d) catering.
  2° voor het verlenen van een advies :
  a) de personeels- en werkingskosten van de dienstverlener voor het verlenen van het advies;
  b) de verplaatsingskosten van de dienstverlener.
  De kosten, vermeld in het eerste lid, zijn exclusief btw.
  De catering, vermeld in het eerste lid, 1°, d), is beperkt tot maximaal 25 euro per persoon per dag van de opleiding.
  De kosten, vermeld in het eerste lid, moeten volledig betaald zijn via het webplatform kmo-portefeuille, uiterlijk op 31 december van het kalenderjaar dat volgt op het kalenderjaar waarin de subsidieaanvraag is ingediend. Als de kosten niet of niet volledig zijn betaald binnen de voormelde termijn, wordt het eigen aandeel volledig of gedeeltelijk terugbetaald aan de kleine of middelgrote onderneming, naargelang er nog geen betaling of al een gedeeltelijke betaling is gebeurd. De subsidie, die was voorzien voor de subsidieaanvraag in kwestie, vervalt volledig als er nog geen betaling werd uitgevoerd, of gedeeltelijk als er al een gedeeltelijke betaling is gebeurd.

Art.32. Per overeenkomst voor het verlenen van een advies of per inschrijving voor een opleiding kan er maximaal één subsidieaanvraag toegekend worden.

Art.33. Als het toepasselijke maximale subsidiebedrag, vermeld in artikel 18 van het besluit van 26 februari 2016, opgebruikt is tijdens een kalenderjaar of indien het totale budget voor de steun voor ondernemerschapsbevorderende diensten via het webplatform kmo-portefeuille, opgebruikt is voor het kalenderjaar in kwestie, kan de kleine of middelgrote onderneming geen subsidieaanvragen meer indienen tijdens dat kalenderjaar.

Afdeling 3. - Procedure
Art.34.[1 ...]1
  [1 De kleine of middelgrote onderneming sluit met een dienstverlener een overeenkomst om advies te verlenen of schrijft een of meer werkenden in de onderneming bij een dienstverlener in om een opleiding te volgen.]1. Het sluiten van deze overeenkomst of deze inschrijving dient te gebeuren respectievelijk vóór de prestaties van start gaan voor het leveren van het advies of vóór het begin van de opleiding.
  De kleine of middelgrote onderneming moet vervolgens de subsidieaanvraag indienen via het webplatform kmo-portefeuille [2 , met aanduiding van het thema]2. De subsidieaanvraag wordt ten vroegste ingediend vanaf het moment dat de overeenkomst voor het verlenen van advies is gesloten of vanaf de inschrijving voor een opleiding, en uiterlijk veertien kalenderdagen nadat de ondernemerschapsbevorderende diensten van start zijn gegaan.
  Na het indienen van de subsidieaanvraag, stort de kleine of middelgrote onderneming het eigen aandeel op het rekeningnummer dat gecommuniceerd wordt door de financieel beheerder. Deze storting dient de mededeling te bevatten die gecommuniceerd wordt door de financieel beheerder. Deze storting dient te gebeuren uiterlijk dertig kalenderdagen na de subsidieaanvraag. De financieel beheerder stort vervolgens de subsidie.
  Zodra de bevestiging wordt ontvangen door de kleine of middelgrote onderneming van de storting van de subsidie door de financiële beheerder, kan hij de opdracht tot betaling geven van de in aanmerking komende kosten via het webplatform kmo-portefeuille. De in aanmerking komende kosten worden uiterlijk veertien kalenderdagen, nadat de kleine of middelgrote onderneming de opdracht tot betaling gaf, op het rekeningnummer van de dienstverlener in kwestie gestort.
  ----------
  (1)<MB 2019-05-10/20, art. 3, 003; Inwerkingtreding : 06-12-2017>
  (2)<MB 2022-12-23/06, art. 7, 007; Inwerkingtreding : 01-01-2023>

Afdeling 4. - Annulering en stopzetting
Art.35. Ter uitvoering van artikel 23 van het besluit van 26 februari 2016, wordt een subsidieaanvraag geannuleerd in de volgende gevallen :
  1° het webplatform kmo-portefeuille annuleert automatisch de subsidieaanvraag als :
  a) het eigen aandeel niet uiterlijk dertig kalenderdagen na de subsidieaanvraag ontvangen werd op het rekeningnummer dat gecommuniceerd werd door de financieel beheerder;
  b) het eigen aandeel voor een onjuist bedrag werd gestort;
  c) de storting voor het eigen aandeel een onjuiste mededeling bevat;
  2° de kleine of middelgrote onderneming annuleert de subsidieaanvraag via het webplatform kmo-portefeuille voor dat ze het eigen aandeel stort;
  3° het Agentschap Innoveren en Ondernemen annuleert de subsidieaanvraag na de ontvangst van een melding door de dienstverlener die aanleiding geeft tot annulatie als vermeld in artikel 9 van dit besluit;
  4° het Agentschap Innoveren en Ondernemen annuleert de subsidieaanvraag na de vaststelling dat de subsidieaanvraag niet conform is met de bepalingen van het decreet van 16 maart 2012, het besluit van 26 februari 2016, dit besluit of de overige uitvoeringsbesluiten.
  Als de kleine of middelgrote onderneming of de dienstverlener de steunaanvraag annuleert, deelt die de reden daarvan schriftelijk mee aan het Agentschap Innoveren en Ondernemen en bezorgt de nodige stavingsstukken.

Art.36. Als een subsidieaanvraag wordt stopgezet, wordt het eigen aandeel terugbetaald in de mate dat het nog niet volledig aan de dienstverlener werd betaald.
  Ter uitvoering van artikel 23 van het besluit van 26 februari 2016 wordt een subsidieaanvraag stopgezet in één van de volgende gevallen :
  1° de kleine of middelgrote onderneming dient bij het Agentschap Innoveren en Ondernemen een aanvraag tot stopzetting in via het webplatform kmo-portefeuille;
  2° het Agentschap Innoveren en Ondernemen zet de subsidieaanvraag stop na de ontvangst van een melding door de dienstverlener die aanleiding geeft tot stopzetting, met toepassing van artikel 9 van dit besluit;
  3° het Agentschap Innoveren en Ondernemen stelt vast dat de subsidieaanvraag niet conform is met de bepalingen van het decreet van 16 maart 2012, het besluit van 26 februari 2016, dit besluit of de overige uitvoeringsbesluiten.
  Als de kleine of middelgrote onderneming of de dienstverlener de steunaanvraag stopzet, deelt die de reden daarvan schriftelijk mee aan het Agentschap Innoveren en Ondernemen en bezorgt de nodige stavingsstukken.
  De subsidie kan in geval van stopzetting volledig of gedeeltelijk teruggevorderd worden conform artikel 27 en 28 van het besluit van 26 februari 2016.

Art.37. De annulatie of stopzetting van de subsidieaanvraag is onherroepelijk.

Afdeling 5. - Blokkering
Art.38. Ter uitvoering van artikel 26, derde lid, van het besluit van 26 februari 2016, kan de betaling van subsidieaanvragen volledig of gedeeltelijk worden geblokkeerd als bewarende maatregel.
  Die bewarende maatregel kan worden genomen als er ernstige vermoedens bestaan dat de dienstverlener, of de kleine of middelgrote onderneming, het decreet van 16 maart 2012, het besluit van 26 februari 2016, dit besluit of de overige uitvoeringsbesluiten niet naleeft.
  De blokkering blijft van kracht tot er een beslissing over de terugvordering wordt genomen, conform artikel 27 en 28 van het besluit van 26 februari 2016.
  De kleine of middelgrote onderneming wordt schriftelijk op de hoogte gebracht van de beslissing tot blokkering.

HOOFDSTUK 7. - Delegatie en kennisgeving
Art.39.Het Agentschap Innoveren en Ondernemen heeft delegatie om :
  1° de subsidieaanvraag toe te kennen;
  2° de subsidieaanvraag te annuleren en stop te zetten;
  3° een dienstverlener te registreren;
  4° een registratie aan een dienstverlener te weigeren;
  [2 4° /1 een ondernemerschapsbevorderende dienst die gericht is op de beroepsspecifieke competenties, te registreren;
   4° /2 de registratie van een ondernemerschapsbevorderende dienst die gericht is op de beroepsspecifieke competenties, te weigeren;]2
  5° een dienstverlener te schorsen of uit te sluiten en de modaliteiten van de schorsing en de uitsluiting vast te stellen;
  6° de betaling van subsidieaanvragen te blokkeren;
  7° de subsidie terug te vorderen.
  [1 ...]1
  ----------
  (1)<MB 2019-07-01/09, art. 1, 002; Inwerkingtreding : 02-09-2019>
  (2)<MB 2023-04-26/13, art. 5, 011; Inwerkingtreding : 04-09-2023>

HOOFDSTUK 8. - Slotbepalingen
Afdeling 1. - Opheffing
Art.40. Het ministerieel besluit van 21 juni 2013 tot uitvoering van het besluit van de Vlaamse Regering van 19 december 2008 tot toekenning van steun aan kleine en middelgrote ondernemingen voor ondernemerschapsbevorderende diensten, gewijzigd bij de ministeriële besluiten van 21 november 2013 en 23 december 2015, wordt opgeheven.

Afdeling 2. - Overgangsbepalingen
Art.41. Het ministerieel besluit van 21 juni 2013 tot uitvoering van het besluit van de Vlaamse Regering van 19 december 2008 tot toekenning van steun aan kleine en middelgrote ondernemingen voor ondernemerschapsbevorderende diensten zoals van kracht vóór de inwerkingtreding van dit besluit, blijft van toepassing op de subsidieaanvragen die voor de inwerkingtreding van dit besluit werden ingediend.

Art.42. Ter uitvoering van artikel 50 van het besluit van 26 februari 2016 en in afwijking van artikel 30 van dit besluit, wordt het maximale subsidiebedrag, vermeld in artikel 19 van het besluit van 26 februari 2016, voor de periode van 1 april 2016 tot en met 31 december 2016, verminderd met de subsidies die de kleine of middelgrote onderneming werden toegekend binnen het webplatform kmo-portefeuille in de periode van 1 januari 2016 tot en met 31 maart 2016, met uitzondering van de subsidies die werden toegekend in de pijlers strategisch advies en coaching.

Art.43. Ter uitvoering van artikel 50 van het besluit van 26 februari 2016, wordt het subsidiepercentage, vermeld in artikel 18 van het voormelde besluit en het maximale subsidiebedrag, vermeld in artikel 19 van het voormelde besluit, in afwijking van artikel 30 van dit besluit, berekend voor de periode vanaf 1 april 2016 tot en met 31 december 2016 op grond van de grootte van de onderneming, bepaald bij de eerste volledig ingediende subsidieaanvraag na 1 april 2016, met behoud van de toepassing van artikel 42 van dit besluit.

Art.44. De vervanging van de erkenningen, vermeld in artikel 49 van het besluit van 26 februari 2016, geldt niet voor natuurlijke personen zonder ondernemingsnummer die een erkenning hebben voor één van de specifieke domeinen van de pijler advies voor internationaal ondernemen of één van de specifieke domeinen van de pijler strategisch advies, met toepassing van het besluit van de Vlaamse Regering van 19 december 2008 tot toekenning van steun aan kleine of middelgrote ondernemingen voor ondernemerschapsbevorderende diensten, zoals van kracht vóór de inwerkingtreding van het besluit van 26 februari 2016 en de uitvoeringsbesluiten daarvan.
  Die erkenningen worden vanaf de inwerkingtreding van dit besluit vervangen door een registratie voor advies en deze registratie wordt overgezet op de onderneming die de ondernemerschapsbevorderende diensten van deze natuurlijke persoon factureert.
  Als een onderneming de diensten factureerde van meerdere natuurlijke personen, zonder ondernemingsnummer die een erkenning hebben voor één van de specifieke domeinen van de pijler advies voor internationaal ondernemen of één van de specifieke domeinen van de pijler strategisch advies, wordt alleen de registratie voor advies met de langste nog resterende geldigheidsduur overgedragen op deze onderneming.

Afdeling 3. - Inwerkingtreding
Art.45. Dit besluit treedt in werking op 1 april 2016.

BIJLAGE.
Art. N. [1 (Beeld niet opgenomen om technische redenen, zie B.St. van 28-06-2021, p. 65763)]1
  ----------
  (1)<MB 2021-06-11/04, art. 2, 005; Inwerkingtreding : 28-06-2021>



Art. N2.[1 (Beeld niet opgenomen om technische redenen, zie B.St. van 08-09-2023, p. 74234)]1
  ----------
  (1)<MB 2023-03-31/16, art. 1, 014; Inwerkingtreding : 31-03-2023>