29 JANUARI 2015. - Ministerieel besluit tot het bepalen van het vaccinatieschema voor Vlaanderen(NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 06-03-2015 en tekstbijwerking tot 21-02-2017)
Art. 1-9
Artikel 1. Het vaccinatieschema, vermeld in artikel 43, § 1, van het decreet van 21 november 2003 betreffende het preventieve gezondheidsbeleid, bepaalt de aanbevolen vaccinaties en de doelgroepen voor vaccinatie in Vlaanderen.
Art.2. Het vaccinatieschema, vermeld in artikel 1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 18 maart 2011 tot uitvoering van artikel 43, § 1, van het decreet van 21 november 2003 betreffende het preventieve gezondheidsbeleid en tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 3 juli 2009 tot vaststelling van de operationele doelstellingen van de centra voor leerlingenbegeleiding, wat betreft het bepalen van profylactische maatregelen, en in artikel 42 van het besluit van de Vlaamse Regering van 3 juli 2009 tot vaststelling van de operationele doestellingen van de Centra voor Leerlingenbegeleiding, bestaat uit een basisvaccinatieschema voor kinderen en jongeren en een vaccinatieschema voor volwassenen.
Art.3. Binnen het vaccinatieschema zijn er een aantal vaccinaties waarvoor een maximale vaccinatiegraad nagestreefd wordt. Deze vaccinaties vormen samen het vaccinatieprogramma in Vlaanderen. De vaccins voor het vaccinatieprogramma worden door de Vlaamse Gemeenschap gratis ter beschikking gesteld van de vaccinatoren.
Art.4.Het vaccinatieprogramma voor kinderen en jongeren omvat volledige basisvaccinatie tegen volgende ziektes of kiemen: polio, difterie, tetanus, kinkhoest, Haemophilus influenzae type b, hepatitis B, pneumokokken, mazelen, bof, rubella, meningokokken van serogroep C en voor meisjes tegen HPV.
Behoudens variaties om medische redenen omvat het vaccinatieprogramma de volgende aanbevolen vaccinaties en vaccinatiemomenten:
1° op de leeftijd van 8 weken: een hexavalent vaccin tegen polio, difterie, tetanus, kinkhoest Haemophilus influenzae type b en hepatitis B en een geconjugeerd vaccin tegen pneumokokken;
2° op de leeftijd van 12 weken: een hexavalent vaccin tegen polio, difterie, tetanus, kinkhoest Haemophilus influenzae type b en hepatitis B;
3° op de leeftijd van 16 weken: een hexavalent vaccin tegen polio, difterie, tetanus, kinkhoest Haemophilus influenzae type b en hepatitis B en een geconjugeerd vaccin tegen pneumokokken;
4° op de leeftijd van 12 maanden: een vaccin tegen mazelen, bof en rubella en een geconjugeerd vaccin tegen pneumokokken;
5° op de leeftijd van 15 maanden: een hexavalent vaccin tegen polio, difterie, tetanus, kinkhoest Haemophilus influenzae type b en hepatitis B en een geconjugeerd vaccin tegen meningokokken van serogroep C;
6° in het eerste leerjaar van het lager onderwijs of op de leeftijd van 6 jaar: een tetravalent vaccin tegen polio, difterie, tetanus en kinkhoest;
7° in het vijfde leerjaar van het lager onderwijs of op de leeftijd van 10 jaar: een vaccin tegen mazelen, bof en rubella;
8° in het eerste jaar secundair onderwijs of op de leeftijd van 12 jaar, enkel voor meisjes: een volledige vaccinatie tegen HPV (humaan papillomavirus) ter preventie van baarmoederhalskanker bestaande uit twee vaccinaties;
9° in het derde jaar secundair onderwijs of op de leeftijd van 14 jaar: een boostervaccinatie tegen difterie, tetanus en kinkhoest (dosis voor volwassenen);
10° inhaalvaccinatie voor alle kinderen en jongeren wanneer bij nazicht van de vaccinatiestatus vastgesteld wordt dat deze onvolledig is, behalve voor de vaccinatie tegen HPV waarbij de vaccinatie binnen het vaccinatieprogramma beperkt is tot één enkele leeftijdscohorte;
11° volledige hervaccinatie van personen die hun bescherming/immuniteit verloren zijn na beenmerg- en stamceltransplantatie;
12° een extra poliovaccinatie voor jongeren, [1 zo snel mogelijk en ten laatste]1 binnen 3 maanden na aankomst uit landen waar er, volgens de recentste gegevens van de Wereldgezondheidsorganisatie, wild poliovirus circuleert en die geen extra dosis van het poliovaccin hebben gekregen voor hun vertrek.
----------
(1)<MB 2017-01-26/31, art. 1, 002; Inwerkingtreding : 03-03-2017>
Art.5.Het basisvaccinatieschema voor kinderen en jongeren omvat de volgende aanbevolen vaccinaties die geen deel uitmaken van het vaccinatieprogramma:
1° vaccinatie tegen het rotavirus bij baby's jonger dan 6 maanden, met 2 of 3 vaccinatiemomenten naargelang het vaccin, te starten vanaf de leeftijd van 8 weken en te vervolledigen voor de leeftijd van 6 maanden;
2° aanbevolen vaccinaties voor reizigers, vermeld op de website over reisgeneeskunde van het Instituut voor Tropische Geneeskunde;
[1 3° jaarlijkse griepvaccinatie voor personen die behoren tot de risicogroepen voor complicaties van griep, volgens de aanbeveling die jaarlijks door de Hoge Gezondheidsraad wordt geactualiseerd;
4° vaccinatie tegen pneumokokken voor kinderen met een verhoogd risico op invasieve pneumokokkeninfecties volgens de aanbeveling van de Hoge Gezondheidsraad.]1
----------
(1)<MB 2017-01-26/31, art. 2, 002; Inwerkingtreding : 03-03-2017>
Art.6.Het vaccinatieprogramma voor volwassenen omvat de volgende vaccinaties en vaccinatiemomenten:
1° vaccinatie difterie, tetanus en kinkhoest ter gelegenheid van de eerstvolgende boostervaccinatie 10 tot 20 jaar na de laatste inenting tegen tetanus en difterie;
2° vaccinatie tegen difterie, tetanus en kinkhoest voor zwangere vrouwen tijdens elke zwangerschap;
3° vaccinatie tegen difterie, tetanus en kinkhoest als cocoonvaccinatie voor gezinsleden en andere personen die zorgen voor een pasgeborene;
4° jaarlijkse vaccinatie tegen seizoensgriep voor alle residenten van woonzorgcentra die door Vlaanderen erkend worden;
5° inhaalvaccinatie tegen mazelen, bof en rubella bij volwassenen jonger dan 25 jaar, wanneer bij nazicht van de vaccinatiestatus vastgesteld wordt dat ze geen twee vaccinaties tegen mazelen gehad hebben;
6° volledige hervaccinatie van personen die hun bescherming/immuniteit verloren zijn na beenmerg- en stamceltransplantatie;
7° een extra poliovaccinatie voor volwassenen, [1 zo snel mogelijk en ten laatste]1 binnen 3 maanden na aankomst uit landen waar er, volgens de recentste gegevens van de Wereldgezondheidsorganisatie, wild poliovirus circuleert en die geen extra dosis van het poliovaccin hebben gekregen voor hun vertrek.
----------
(1)<MB 2017-01-26/31, art. 3, 002; Inwerkingtreding : 03-03-2017>
Art.7.Het vaccinatieschema voor volwassenen omvat de volgende aanbevolen vaccinaties die geen deel uitmaken van het vaccinatieprogramma, maar die in lijn liggen met de gezondheidsdoelstelling vaccinaties en het bijhorende actieplan, voor volgende groepen:
1° griepvaccinatie van zwangere vrouwen vanaf het tweede trimester van de zwangerschap voor zover de laatste zwangerschapsmaanden in het griepseizoen vallen;
2° jaarlijkse griepvaccinatie voor personen jonger dan 65 jaar die behoren tot de risicogroepen voor complicaties van griep, volgens aanbeveling die jaarlijks door de Hoge Gezondheidsraad wordt geactualiseerd;
3° jaarlijkse griepvaccinatie voor personen ouder dan 65 jaar;
4° jaarlijkse griepvaccinatie voor gezondheidspersoneel;
5° inhaalvaccinatie tegen mazelen, bof en rubella bij volwassenen tussen 25 en 40 jaar, wanneer bij nazicht van de vaccinatiestatus vastgesteld wordt dat ze geen twee vaccinaties tegen mazelen gehad hebben;
6° aanbevolen vaccinaties voor reizigers, vermeld op de website over reisgeneeskunde van het Instituut voor Tropische Geneeskunde;
7° vaccinatie tegen hepatitis A voor personeel dat tewerkgesteld is in de voedselketen;
[1 8° vaccinatie tegen pneumokokken voor personen ouder dan 65 jaar volgens de aanbevelingen van de Hoge Gezondheidsraad;
9° vaccinatie tegen pneumokokken voor volwassenen met een verhoogd risico op een pneumokokkeninfectie of met comorbiditeit volgens de aanbeveling van de Hoge Gezondheidsraad.]1
----------
(1)<MB 2017-01-26/31, art. 4, 002; Inwerkingtreding : 03-03-2017>
Art.8. Alle vaccins die door de Vlaamse overheid gratis ter beschikking gesteld worden van de vaccinatoren, moeten besteld worden in Vaccinnet, het bestel- en registratiesysteem voor Vlaanderen.
Art. 9. De vaccinaties die toegediend zijn met de vaccins, vermeld in artikel 3 en 8, moeten geregistreerd worden in de vaccinatiedatabank van Vaccinnet, overeenkomstig artikel 43, § 3, van het decreet van 21 november 2013 betreffende het preventieve gezondheidsbeleid, en artikel 9 van het besluit van de Vlaamse Regering van 16 mei 2014 houdende diverse bepalingen ter uitvoering van het decreet van 21 november 2003 betreffende het preventieve gezondheidsbeleid en tot wijziging van uitvoeringsbesluiten van dit decreet.