19 DECEMBER 2014. - Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 20 juli 1994 houdende vaststelling van de regels volgens dewelke het Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap de kosten van bijstand door tolken voor doven en slechthorenden ten laste nemen, wat betreft het contingent doventolkuren en de invoering van enveloppefinanciering
Art. 1-11
Artikel 1. In artikel 1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 20 juli 1994 houdende vaststelling van de regels volgens dewelke het Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap de kosten van bijstand door tolken voor doven en slechthorenden ten laste nemen, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 7 juli 2006, wordt het woord "erkende" opgeheven.
Art.2. In artikel 4, tweede lid, van het hetzelfde besluit, vervangen bij het besluit van de Vlaamse Regering van 22 juli 2005 en gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 19 september 2011, wordt het getal "70" vervangen door het getal "90".
Art.3. In artikel 7 van hetzelfde besluit, vervangen bij het besluit van de Vlaamse Regering van 19 september 2011 en gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 21 december 2012, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° in het eerste lid wordt het woord "erkende" opgeheven;
2° tussen het eerste en het tweede lid wordt een lid ingevoegd, dat luidt als volgt:
"De verplaatsing van de tolken wordt, binnen de daarvoor op de begroting van het agentschap ingeschreven kredieten, vergoed tegen 25 cent per werkelijk afgelegde kilometer.".
Art.4. In artikel 8 van hetzelfde besluit, vervangen bij het besluit van Vlaamse Regering van 3 mei 2002 en het laatst gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 21 december 2012, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° in paragraaf 1 wordt de zinsnede "17,84 euro per uur, vermenigvuldigd met 9300 uren" vervangen door de zinsnede "159.766 euro per jaar";
2° in paragraaf 2 worden het eerste en het tweede lid opgeheven;
3° in paragraaf 2 wordt in het bestaande vierde lid, dat het tweede lid wordt, het woord "coördinator" vervangen door het woord "directeur";
4° paragraaf 3 wordt opgeheven.
Art.5. In artikel 9 van hetzelfde besluit, hersteld bij het besluit van de Vlaamse Regering van 21 december 2012, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° het woord "instanttolk" wordt telkens vervangen door het woord "vlindertolk";
2° in het derde en het vierde lid wordt het jaartal "2013" telkens vervangen door het jaartal "2012".
Art.6. In artikel 11 van hetzelfde besluit, het laatst gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 21 december 2012, wordt het getal "9300" vervangen door het getal "9800".
Art.7. In artikel 12 van hetzelfde besluit wordt het woord "erkende" vervangen door het woord "tolken".
Art.8. Artikel 13 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 7 juli 2006, wordt vervangen door wat volgt:
"Art. 13. De dienstverlening, als vermeld in artikel 1, wordt door het Agentschap ten laste genomen als zij door een tolk voor doven en slechthorenden verstrekt wordt.
De tolk voor doven en slechthorenden moet in het bezit zijn van één van de volgende diploma's, behaald aan een door de Vlaamse Gemeenschap erkende, gefinancierde of gesubsidieerde onderwijsinstelling:
1° "Bachelor in de toegepaste taalkunde" met Vlaamse Gebarentaal in het talenpakket;
2° "Master in het tolken" met Vlaamse Gebarentaal in het talenpakket;
3° "Tolk voor Doven";
4° "Tolk voor Doven - optie Tolk Vlaamse Gebarentaal".
In afwijking van het tweede lid kan de dienstverlening door het Agentschap ten laste worden genomen als de tolk voor doven en slechthorenden een verklaring van NARIC-Vlaanderen voorlegt, waaruit blijkt dat zijn buitenlands diploma erkend is in het land van uitreiking, uitgereikt is door een in dat land erkende instelling voor hoger onderwijs en dat de studieomvang vergelijkbaar is met een studieomvang in het hoger onderwijs in de Vlaamse Gemeenschap.
In afwijking van het tweede lid kan de dienstverlening ook door het Agentschap ten laste worden genomen als de tolk voor doven en slechthorenden voldoende kennis van de Vlaamse Gebarentaal aantoont. De tolk voor doven en slechthorenden bezorgt alle adequate informatie over zijn kennis van de Vlaamse Gebarentaal aan het Agentschap. Na onderzoek beslist de Vlaamse minister, bevoegd voor de bijstand aan personen of het vereiste niveau van voldoende kennis van de Vlaamse Gebarentaal aanwezig is bij de aanvrager. In het kader van dit onderzoek kan het Agentschap beroep doen op een externe expert die deskundig is op het vlak van de Vlaamse Gebarentaal.".
Art.9. In hetzelfde besluit worden de volgende artikelen opgeheven:
1° artikel 14, vervangen bij het besluit van de Vlaamse Regering van 7 juli 2006;
2° artikel 15, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 23 april 2004, 22 juli 2005 en 7 juli 2006.
Art.10. Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 15 december 2014.
Art. 11. De Vlaamse minister, bevoegd voor de bijstand aan personen, is belast met de uitvoering van dit besluit.