25 APRIL 2014. - Koninklijk besluit betreffende de identificatie en registratie van honden (WAALSE GEWEST)(NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 27-06-2014 en tekstbijwerking tot 20-02-2019)
HOOFDSTUK I. - Algemene bepalingen
Art. 1-6
HOOFDSTUK II. - Identificatiemethodes
Art. 7-12
HOOFDSTUK III. - Identificatie- en registratieprocedure
Afdeling 1. - Identificatie
Art. 13
Onderafdeling 1. - Papieren procedure
Art. 14-17
Onderafdeling 2. - Elektronische procedure
Art. 18-21
Afdeling 2. - Registratie
Art. 22-25
HOOFDSTUK IV. - Wijziging van de gegevens van de verantwoordelijke of de hond
Afdeling 1. - Wijziging van verantwoordelijke
Onderafdeling 1. - Algemene bepalingen
Art. 26-27
Onderafdeling 2. - Verhandeling zonder voorafgaande registratie
Art. 28-29
Afdeling 2. - Verhuis of overlijden van de hond
Art. 30
HOOFDSTUK V. - Asielen
Art. 31-34
HOOFDSTUK VI. - Verlies en vervanging van documenten
Art. 35-37
HOOFDSTUK VII. - De databank
Art. 38-41
HOOFDSTUK VIII. - Slotbepalingen
Art. 42, 42/1, 43-45
HOOFDSTUK I. - Algemene bepalingen
Artikel 1.Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder :
1° Minister : de minister bevoegd voor dierenwelzijn;
2° Verantwoordelijke : de natuurlijke persoon, eigenaar of houder van een hond, die er gewoonlijk een onmiddellijk beheer of toezicht op uitoefent;
3° Dierenarts : dierenarts erkend in uitvoering van artikel 4, derde lid, van de wet van 28 augustus 1991 op de uitoefening van de diergeneeskunde;
4° Asiel : dierenasiel erkend overeenkomstig de bepalingen van het koninklijk besluit van 27 april 2007 houdende erkenningsvoorwaarden voor inrichtingen voor dieren en de voorwaarden inzake de verhandeling van dieren;
5° Erkende kwekerij : hondenkwekerij erkend overeenkomstig de bepalingen van het koninklijk besluit van 27 april 2007 houdende erkenningsvoorwaarden voor inrichtingen voor dieren en de voorwaarden inzake de verhandeling van dieren;
6° Verhandelen : in de handel brengen, te koop aanbieden, tentoonstellen met het oog op verkoop, ruilen, verkopen, ten kosteloze of bezwarende titel afstaan en elke activiteit die een wijziging van verantwoordelijke met zich meebrengt.
[1 7° Paspoort: het document bedoeld in artikel 21, § 1, van verordening (EU) nr. 576/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 12 juni 2013 betreffende het niet-commerciële verkeer van gezelschapsdieren en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 998/2003.]1
----------
(1)<BWG 2015-01-08/01, art. 1, 002; Inwerkingtreding : 29-12-2014>
Art.2. De bepalingen van dit besluit zijn niet van toepassing op :
1° honden die hun verantwoordelijke vergezellen tijdens een verblijf van minder dan zes maanden in België;
2° honden gefokt voor gebruik in dierproeven.
Art.3. § 1. De gegevens van de honden geregistreerd na 1 september 1998 en hun verantwoordelijke worden verzameld en bijgehouden in een databank. Deze databank heeft tot doel honden te kunnen identificeren, ze te herenigen met hun verantwoordelijke en de handel in en het verkeer van honden te controleren.
§ 2. De databank wordt beheerd door de overheidsdienst bevoegd voor dierenwelzijn. Deze kan voor het geheel of een deel van deze taak een beroep doen op een dienstverlenend bedrijf.
Art.4. § 1. De verantwoordelijke van een hond laat deze vóór de leeftijd van acht weken identificeren en registreren overeenkomstig de bepalingen van dit besluit.
De verantwoordelijke van een hond laat deze in elk geval identificeren en registreren vooraleer de hond verhandeld wordt.
§ 2. In volgende gevallen kan een geïdentificeerde hond in afwijking van paragraaf 1, tweede lid, verhandeld worden zonder voorafgaande registratie :
1° de hond is geboren bij de kweker en wordt binnen de acht dagen na identificatie verhandeld aan een erkende kwekerij of naar het buitenland;
2° de hond is afkomstig uit het buitenland en wordt binnen de acht dagen na het afwerken van de identificatieprocedure beschreven in hoofdstuk III verhandeld naar het buitenland.
§ 3. Honden afkomstig uit het buitenland die meer dan acht weken oud zijn op het moment dat ze België binnengebracht worden, worden binnen de acht dagen na hun aankomst geregistreerd.
Art.5.§ 1. Als bewijs van identificatie geldt het volledig ingevulde identificatiecertificaat. [1 ...]1.
§ 2. Als bewijs van identificatie en registratie van honden geregistreerd na 6 juni 2004 geldt het paspoort voorzien van het registratiecertificaat. [1 ...]1.
----------
(1)<BWG 2015-01-08/01, art. 2, 002; Inwerkingtreding : 29-12-2014>
Art.6. Met uitzondering van asielen verwerft niemand ten kosteloze of bezwarende titel een hond die niet overeenkomstig de bepalingen van dit besluit werd geïdentificeerd en geregistreerd en die niet vergezeld gaat van het bewijs van identificatie en registratie.
HOOFDSTUK II. - Identificatiemethodes
Art.7.§ 1. De identificatie gebeurt door het inbrengen van een steriele microchip die beantwoordt aan de ISO-normen 11784 :1996 (E) en 11785 :1996 (E). Voor de toepassing van dit besluit wordt elke andere microchip als onleesbaar beschouwd.
§ 2. De Minister kan alternatieve identificatietechnieken toelaten [1 zoals de uitgewerkte microchips die een grote traceerbaarheid van de dieren toelaten]1.
----------
(1)<BWG 2015-01-08/01, art. 3, 002; Inwerkingtreding : 29-12-2014>
Art.8. § 1. De microchip wordt ingeplant door een dierenarts. Deze verifieert de leesbaarheid van de microchip voor de inplanting en controleert de plaatsing na het inbrengen.
§ 2. In asielen en erkende kwekerijen wordt de microchip ingeplant door de dierenarts bedoeld in artikel 6, § 1, van het koninklijk besluit van 27 april 2007 houdende de erkenningsvoorwaarden voor inrichtingen voor dieren en de voorwaarden inzake de verhandeling van dieren.
Art.9. De microchip wordt onderhuids ingebracht in het midden van de linkerzijde van de hals.
Art.10. § 1. Een microchip mag niet verwijderd, gewijzigd of vervalst worden.
§ 2. Een microchip mag niet hergebruikt worden.
Art.11. Er wordt geen microchip ingeplant bij een hond die reeds een leesbare microchip draagt.
Art.12. § 1. De verdeler van de microchips bezorgt de nummers van de microchips en de volledige gegevens van de persoon aan wie de chips geleverd werden binnen de twee werkdagen op elektronische wijze aan de overheidsdienst bevoegd voor dierenwelzijn.
§ 2. De Minister bepaalt de voorwaarden voor de verdeling en de traceerbaarheid van de microchips.
HOOFDSTUK III. - Identificatie- en registratieprocedure
Afdeling 1. - Identificatie
Art.13. Het identificatiecertificaat kan zowel onder papieren als onder elektronische vorm bestaan.
Onderafdeling 1. - Papieren procedure
Art.14. Het papieren identificatiecertificaat bestaat uit een roze origineel en een groene en een witte kopie.
Art.15.Op het ogenblik van het inplanten of, voor een hond afkomstig uit het buitenland, de controle van de microchip vult de dierenarts het identificatiecertificaat volledig in [1 ...]1. Hij geeft het paspoort en de witte kopie van het identificatiecertificaat onmiddellijk aan de verantwoordelijke.
----------
(1)<BWG 2015-01-08/01, art. 4, 002; Inwerkingtreding : 29-12-2014>
Art.16. De dierenarts stuurt het origineel van het identificatiecertificaat binnen de acht dagen naar de overheidsdienst bevoegd voor dierenwelzijn.
Art.17. De dierenarts bewaart de groene kopie van het identificatiecertificaat tot een jaar na de identificatie.
Onderafdeling 2. - Elektronische procedure
Art.18.[1 Op het ogenblik van het inplanten of, voor een hond afkomstig uit het buitenland, de controle van de microchip geeft de dierenarts het paspoort aan de verantwoordelijke.]1
----------
(1)<BWG 2015-01-08/01, art. 5, 002; Inwerkingtreding : 29-12-2014>
Art.19. Binnen de acht dagen na de identificatie vult de dierenarts het identificatiecertificaat in, attesteert de juistheid van de gegevens met behulp van zijn elektronische identiteitskaart en stuurt het certificaat door naar de overheidsdienst bevoegd voor dierenwelzijn.
Art.20. § 1. In afwijking van artikel 19 kan een erkende kwekerij of een asiel de gegevens waarover hij beschikt vooraf invullen op het identificatiecertificaat.
§ 2. In het geval bedoeld in paragraaf 1 controleert de dierenarts binnen de acht dagen na het inplanten of, voor een hond afkomstig uit het buitenland, de controle van de microchip de juistheid van de gegevens ingevuld door de erkende kwekerij of het asiel, vult de ontbrekende gegevens aan, attesteert de juistheid van de gegevens met behulp van zijn elektronische identiteitskaart en stuurt het identificatiecertificaat door naar de overheidsdienst bevoegd voor dierenwelzijn.
Art.21. Onmiddellijk na verzending ontvangt de dierenarts een elektronische kopie van het ingevulde identificatiecertificaat. Hij bezorgt deze kopie aan de verantwoordelijke en bewaart haar zelf tot een jaar na de identificatie.
Afdeling 2. - Registratie
Art.22.[1 Het registratiecertificaat bestaat uit een zelfklevende etiket dat de verantwoordelijke op de rubriek XII "Allerlei" van het overeenstemmende paspoort kleeft.]1
----------
(1)<BWG 2015-01-08/01, art. 6, 002; Inwerkingtreding : 29-12-2014>
Art.23.§ 1. Na ontvangst van het origineel van het identificatiecertificaat registreert de overheidsdienst bevoegd voor dierenwelzijn de gegevens van het dier en zijn verantwoordelijke en stuurt een registratiecertificaat naar de verantwoordelijke, samen met een kaart "Wijziging gegevens".
§ 2. De kaart "Wijziging gegevens" kan zowel onder papieren als onder elektronische vorm bestaan.
§ 3. [1 ...]1.
----------
(1)<BWG 2015-01-08/01, art. 7, 002; Inwerkingtreding : 29-12-2014>
Art.24.Bij elke wijziging van de gegevens vermeld op het registratiecertificaat, [1 ...]1 stuurt de overheidsdienst bevoegd voor dierenwelzijn een nieuw registratiecertificaat naar de verantwoordelijke, samen met een kaart "Wijziging gegevens".
----------
(1)<BWG 2015-01-08/01, art. 8, 002; Inwerkingtreding : 29-12-2014>
Art.25. Bij verhuis van een hond naar een adres in het buitenland wordt in de databank enkel opgenomen dat de hond zich niet meer in België bevindt. In dit geval stuurt de overheidsdienst bevoegd voor dierenwelzijn in afwijking van artikel 24 geen registratiecertificaat en geen kaart "Wijziging gegevens" naar de verantwoordelijke.
HOOFDSTUK IV. - Wijziging van de gegevens van de verantwoordelijke of de hond
Afdeling 1. - Wijziging van verantwoordelijke
Onderafdeling 1. - Algemene bepalingen
Art.26. Bij elke wijziging van verantwoordelijke deelt de overdrager de gegevens van de nieuwe verantwoordelijke binnen de acht dagen mee aan de overheidsdienst bevoegd voor dierenwelzijn door middel van de kaart "Wijziging gegevens".
Art.27. Het paspoort wordt onmiddellijk overhandigd aan de nieuwe verantwoordelijke.
Onderafdeling 2. - Verhandeling zonder voorafgaande registratie
Art.28. In het geval bedoeld in artikel 4, § 2, vult de dierenarts de gegevens van de nieuwe verantwoordelijke en, in voorkomend geval, zijn erkenningsnummer in op de achterzijde van het origineel van het identificatiecertificaat.
Art.29. In het geval bedoeld in artikel 28 verhandelt de nieuwe verantwoordelijke de hond niet vooraleer hij in het bezit is van het registratiecertificaat.
Afdeling 2. - Verhuis of overlijden van de hond
Art.30. De verantwoordelijke deelt elke wijziging van zijn gegevens of het overlijden van zijn hond zo snel mogelijk mee aan de overheidsdienst bevoegd voor dierenwelzijn door middel van de kaart "Wijziging gegevens".
HOOFDSTUK V. - Asielen
Art.31.In geval van opvang van een hond bedoeld [1 in artikel D.12 van het Waals Dierenwelzijnwetboek]1, laat de verantwoordelijke van het asiel het dier niet op zijn naam registreren vooraleer de termijn voorzien [1 in artikel D.12, § 3, van het Wetboek]1 verstreken is.
----------
(1)<BWG 2019-02-07/06, art. 6, 003; Inwerkingtreding : 01-01-2019>
Art.32. § 1. Geen enkele hond verlaat het asiel zonder geïdentificeerd en geregistreerd te zijn overeenkomstig de bepalingen van dit besluit.
§ 2. Een niet-geïdentificeerde hond wordt slechts teruggegeven aan zijn verantwoordelijke nadat het dier op zijn naam en kosten is geïdentificeerd en geregistreerd. De gegevens van de verantwoordelijke worden ingevuld op het identificatiecertificaat.
Art.33. § 1. Indien de hond geïdentificeerd wordt op het ogenblik van adoptie worden de gegevens van het asiel ingevuld op de voorzijde van het origineel van het identificatiecertificaat en de gegevens van de adoptant op de achterzijde ervan.
§ 2. In afwijking van de artikelen 16, 19 en 20, § 2, wordt het origineel van het identificatiecertificaat binnen de veertien dagen aan de overheidsdienst bevoegd voor dierenwelzijn bezorgd.
Art.34.§ 1. Indien de hond reeds vóór de adoptie geregistreerd werd, vult de verantwoordelijke van het asiel een asielfiche in. [1 ...]1.
De asielfiche kan zowel onder papieren als onder elektronische vorm bestaan.
§ 2. Op de asielfiche worden volgende gegevens ingevuld :
1° de geboortedatum van de hond;
2° de naam en het erkenningsnummer van het asiel en de naam van de verantwoordelijke van het asiel;
3° de gegevens die verbeterd moeten worden in de databank; in dit geval attesteert de dierenarts bedoeld in artikel 6, § 1, van het koninklijk besluit van 27 april 2007 houdende de erkenningsvoorwaarden voor inrichtingen voor dieren en de voorwaarden inzake de verhandeling van dieren, de juistheid van de gegevens met behulp van zijn elektronische identiteitskaart;
4° de gegevens van de adoptant indien deze al gekend is;
5° het nieuwe paspoortnummer indien :
a) de hond niet meer vergezeld is van zijn paspoort en de dierenarts een nieuw paspoort heeft afgeleverd;
b) het paspoortnummer in de databank niet overeenkomt met het nummer van het paspoort dat de hond vergezelt.
§ 3. De asielfiche wordt ten laatste 14 dagen na adoptie naar de overheidsdienst bevoegd voor dierenwelzijn gestuurd.
----------
(1)<BWG 2015-01-08/01, art. 9, 002; Inwerkingtreding : 29-12-2014>
HOOFDSTUK VI. - Verlies en vervanging van documenten
Art.35.§ 1. [1 In geval van vervanging van het paspoort van een geregistreerde hond deelt de dierenarts de nieuwe gegevens binnen acht dagen mee aan de overheidsdienst bevoegd voor dierenwelzijn door middel van de fiche "Vervanging paspoort"]1.
De dierenarts deelt het nieuwe paspoortnummer mee aan de overheidsdienst bevoegd voor dierenwelzijn door middel van de fiche "Vervanging paspoort".
§ 2. [1 De fiche "Vervanging paspoort" kan zowel onder papieren als onder elektronische vorm bestaan.]1.
----------
(1)<BWG 2015-01-08/01, art. 10, 002; Inwerkingtreding : 29-12-2014>
Art.36. § 1. Indien de microchip of, voor honden geregistreerd voor de inwerkingtreding van dit besluit, de tatoeage niet meer leesbaar is, laat de verantwoordelijke de hond zo snel mogelijk opnieuw identificeren.
§ 2. In het geval bedoeld in paragraaf 1 plant de dierenarts een nieuwe microchip in en levert hij een nieuw paspoort af. Hij deelt de nummers van de microchip en het paspoort binnen de acht dagen mee aan de overheidsdienst bevoegd voor dierenwelzijn door middel van de fiche "Vervanging paspoort". Hij vermeldt ook het onleesbaar geworden identificatienummer.
Art.37.
<Opgeheven bij BWG 2015-01-08/01, art. 11, 002; Inwerkingtreding : 29-12-2014>
HOOFDSTUK VII. - De databank
Art.38.Volgende personen hebben toegang tot de gegevens in de databank :
1° indien de verantwoordelijke door middel van de kaart "Wijziging gegevens" heeft aangegeven dat hij de gegevens van zichzelf en de hond niet geheim wil houden :
a) de verantwoordelijke, voor alle actuele gegevens die een hond betreffen waarvoor hij verantwoordelijk is;
b) de bevoegde overheid in toepassing [1 van het Waals Dierenwelzijnwetboek en van Boek I van het Milieuwetboek]1, en van de dierengezondheidswet van 24 maart 1987;
c) uitsluitend voor het terugvinden van de verantwoordelijke van een dolende, verloren of achtergelaten hond : de dierenartsen, de asielen en elke persoon die beschikt over het correcte identificatieteken van het dier.
2° indien de verantwoordelijke door middel van de kaart "Wijziging gegevens" heeft aangegeven dat hij de gegevens van zichzelf en de hond geheim wil houden :
a) de verantwoordelijke, voor alle actuele gegevens die een hond betreffen waarvoor hij verantwoordelijk is;
b) de bevoegde overheid in toepassing [1 van het Waals Dierenwelzijnwetboek en van Boek I van het Milieuwetboek]1, en van de dierengezondheidswet van 24 maart 1987;
c) uitsluitend voor het terugvinden van de verantwoordelijke van een dolende, verloren of achtergelaten hond : de dierenartsen en de asielen.
----------
(1)<BWG 2019-02-07/06, art. 2, 003; Inwerkingtreding : 01-01-2019>
Art.39.Het beheer van de databank omvat :
1° het verdelen van identificatiecertificaten, [1 ...]1 en fiches "Vervanging paspoort" aan de dierenartsen;
2° het ter beschikking stellen van asielfiches aan de asielen;
3° het verzekeren van de traceerbaarheid van de verdeelde identificatiecertificaten, paspoorten en fiches "Vervanging paspoort";
4° [1 het registreren van de gegevens van de honden aanwezig in Wallonië en van hun verantwoordelijken in een databank]1
5° het verzekeren van het verband tussen de gegevens van de hond en zijn verantwoordelijke en de verschillende documenten die hierop betrekking hebben;
6° het bezorgen van een registratiecertificaat aan de verantwoordelijke en dit binnen de vijf werkdagen volgend op de ontvangst van de aanvraag tot registratie of tot wijziging van de gegevens.
----------
(1)<BWG 2015-01-08/01, art. 12, 002; Inwerkingtreding : 29-12-2014>
Art.40. De gegevens in de databank kunnen 24 uur op 24 geconsulteerd worden via internet of per telefoon.
Art.41.[1 Het beheer van de registratie van de honden wordt gefinancierd door forfaitaire bijdragen. [2 ...]2]1
----------
(1)<BWG 2015-01-08/01, art. 13, 002; Inwerkingtreding : 29-12-2014>
(2)<BWG 2019-02-07/06, art. 8, 003; Inwerkingtreding : 01-01-2019>
HOOFDSTUK VIII. - Slotbepalingen
Art.42.§ 1. De documenten bedoeld in dit besluit worden niet nagemaakt of vervalst.
§ 2. Aan het registratiecertificaat worden geen wijzigingen aangebracht die niet voorzien zijn in dit besluit.
§ 3. [1 ...]1.
----------
(1)<BWG 2015-01-08/01, art. 14, 002; Inwerkingtreding : 29-12-2014>
Art.42/1.[1 De Minister bepaalt de voorwaarden waaraan het identificatiecertificaat, het registratiecertificaat, de kaart "Wijziging gegevens", de "asielfiche" en de fiche "Vervanging paspoort" voldoen.
[2 De Minister stelt het bedrag van de forfaitaire bijdragen, bedoeld in artikel 41, vast en bepaalt de nadere toepassings- en inningsregels voor de bijdragen ter bestrijding van het achterlaten, bedoeld in artikel D.15, § 2, van het Waals Dierenwelzijnwetboek.]2]1
----------
(1)<Ingevoegd bij BWG 2015-01-08/01, art. 15, 002; Inwerkingtreding : 29-12-2014>
(2)<BWG 2019-02-07/06, art. 9, 003; Inwerkingtreding : 01-01-2019>
Art.43. Opgeheven worden :
1° het koninklijk besluit van 28 mei 2004 betreffende de identificatie en registratie van honden, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 19 juli 2007 en het ministerieel besluit van 14 september 2011;
2° het ministerieel besluit van 18 juni 1998 houdende erkenning van de verenigingen die honden tatoeëren, gewijzigd bij de ministeriële besluiten van 24 augustus 1998 en 25 april 2000;
3° het ministerieel besluit van 8 juni 2004 houdende aanwijzing van de vereniging belast met het beheer van het centrale register voor identificatie van honden.
Art.44. Dit besluit treedt in werking op 29 december 2014.
Art. 45. De minister bevoegd voor dierenwelzijn is belast met de uitvoering van dit besluit.