9 MEI 2014. - Besluit van de Vlaamse Regering houdende de rapporteringsverplichtingen van de projectverenigingen, de dienstverlenende verenigingen en de opdrachthoudende verenigingen
Art. 1-4
Artikel 1. Elke projectvereniging, dienstverlenende vereniging en opdrachthoudende vereniging bezorgt aan de Vlaamse minister, bevoegd voor de binnenlandse aangelegenheden, de volgende informatie:
1° de maatschappelijke zetel van de vereniging;
2° de deelnemers van de vereniging;
3° de statuten of de gecoördineerde versie van de statuten na de wijziging ervan;
4° een geactualiseerd overzicht van de leden van de statutair bepaalde organen;
5° een overzicht van de rechtspersonen waarin de vereniging deelneemt, met vermelding van de participatie;
6° de jaarrekening en het bijbehorende activiteitenverslag of verslag van de raad van bestuur van het voorbije jaar.
De gegevens, vermeld in het eerste lid, 1° tot en met 5°, worden niet bezorgd indien ze niet gewijzigd zijn ten opzichte van het voorgaande moment waarop ze bezorgd zijn.
Art.2. Elke projectvereniging, dienstverlenende vereniging en opdrachthoudende vereniging bezorgt aan de Vlaamse minister, bevoegd voor de binnenlandse aangelegenheden, gegevens van financiële aard die moeten toelaten om:
1° uiterlijk op 1 september van elk jaar het tekort of overschot en de schuld van het jaar n-1 te kennen, zoals gedefinieerd in verordening (EU) nr. 549/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 21 mei 2013 betreffende het Europees systeem van nationale en regionale rekeningen in de Europese Unie;
2° uiterlijk twee maanden na het einde van een kwartaal de begrotingsgegevens op kasbasis van dat kwartaal te kennen;
3° te rapporteren in het kader van verordening (EG) nr. 479/2009 van de Raad van 25 mei 2009 betreffende de toepassing van het aan het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap gehechte Protocol betreffende de procedure bij buitensporige tekorten.
Art.3. De Vlaamse minister, bevoegd voor de binnenlandse aangelegenheden, bepaalt voor de informatie, vermeld in artikel 1 en 2, de precieze inhoud van de gegevens, het formaat, de wijze en het tijdstip van bezorging.
Art. 4. De Vlaamse minister, bevoegd voor de binnenlandse aangelegenheden, is belast met de uitvoering van dit besluit.