25 APRIL 2014. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 28 september 2009 tot vaststelling van de algemene voorwaarden waaraan de banken voor menselijk lichaamsmateriaal, de intermediaire structuren en de productie-instellingen moeten voldoen om te worden erkend en tot wijziging van het koninklijk besluit van 28 september 2009 tot vaststelling van de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor het doneren, wegnemen, verkrijgen, testen, bewerken, bewaren en distribueren van menselijk lichaamsmateriaal, waaraan de banken voor menselijk lichaamsmateriaal, de intermediaire structuren voor menselijk lichaamsmateriaal en de productie-instellingen moeten voldoen
Art. 1-4
Artikel 1. In artikel 11 van het koninklijk besluit van 28 september 2009 tot vaststelling van de algemene voorwaarden waaraan de banken voor menselijk lichaamsmateriaal, de intermediaire structuren en de productie-instellingen moeten voldoen om te worden erkend, worden de volgende wijzingen aangebracht :
1° in § 3 worden de woorden "in voorkomend geval" ingevoegd tussen de woorden "krachtens welk de productie-instelling" en "de laboratoriumtests";
2° § 5 wordt aangevuld met het volgende lid : " In het geval een productie-instelling de laboratoriumtests uitvoert of laat uitvoeren, dan zijn het eerste en derde lid mutatis mutandis op hen van toepassing.".
Art.2. In bijlage III, punt 1.4.1, tweede lid, van het koninklijk besluit van 28 september 2009 tot vaststelling van de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor het doneren, wegnemen, verkrijgen, testen, bewerken, bewaren en distribueren van menselijk lichaamsmateriaal, waaraan de banken voor menselijk lichaamsmateriaal, de intermediaire structuren voor menselijk lichaamsmateriaal en de productie-instellingen moeten voldoen, worden de volgende wijzigingen aangebracht :
1° de woorden "in voorkomend geval" worden ingevoegd tussen de woorden "en" en "de uitslagen";
2° het lid wordt aangevuld met de volgende zin :
"Indien de productie-instelling de door dit besluit opgelegde laboratoriumtest laat uitvoeren met toepassing van artikel 9, wordt de uitslag daarvan gedurende ten minste dertig jaar, en maximaal vijftig jaar, vanaf de uitvoering van de test bewaard.".
Art.3. De artikelen 104, 4° en 108, 5° en 6°, van de wet van 19 maart 2013 houdende diverse bepalingen inzake gezondheid (I) treden in werking op de datum van inwerkingtreding van dit besluit.
Art. 4. De Minister bevoegd voor de Volksgezondheid is belast met de uitvoering van dit besluit.