25 APRIL 2014. - Koninklijk besluit houdende toekenning van een vergoeding aan de leden van het uitvoerend bureau van het raadgevend comité van de treinreizigers voor de kosten verbonden aan de uitoefening van hun mandaat
Art. 1-5
Artikel 1. Een bedrag van 12.500 euro per jaar wordt ter beschikking gesteld van het raadgevend comité van de treinreizigers, hierna "het comité" genoemd, vanaf het jaar 2009 ter vergoeding van de kosten, verbonden aan de uitoefening van het mandaat van de leden van het uitvoerend bureau van dit comité.
Art.2. De vergoeding tot dekking van de kosten verbonden aan de uitoefening van het mandaat van de leden van het uitvoerend bureau van het comité wordt respectievelijk toegekend aan :
1° de voorzitter van het comité voor een bedrag van 6.125 euro;
2° de ondervoorzitter van het comité voor een bedrag van 2.125 euro;
3° de andere leden van het uitvoerend bureau van het comité voor een bedrag van elk 2.125 euro.
Art.3. De uitbetaling van de in artikel 2 bedoelde vergoeding gebeurt op basis van het jaarlijks verslag voorzien in artikel 47/1, § 3, van de wet van 21 maart 1991 betreffende de hervorming van sommige economische overheidsbedrijven.
De in artikel 2 bedoelde vergoeding is verschuldigd voor de periode tijdens dewelke de functie wordt uitgeoefend en wordt berekend vanaf de eerste maand tot en met de laatste maand van de uitoefeing van het mandaat.
Art.4. Het koninklijk besluit van 4 oktober 2010 houdende toekenning van een vergoeding aan de leden van het uitvoerend bureau van het raadgevend comité verantwoordelijk voor de Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen ter dekking van de kosten verbonden aan de uitoefening van hun mandaat is opgeheven.
Art. 5. De minister bevoegd voor Overheidsbedrijven is belast met de uitvoering van dit besluit.