25 JUNI 2014. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 19 april 2014 betreffende de inning en de consignatie van een som bij de vaststelling van overtredingen inzake het wegverkeer voor wat het sturen onder invloed van alcohol betreft
Art. 1-4
Artikel 1. In artikel 2 van het koninklijk besluit van 19 april 2014 betreffende de inning en de consignatie van een som bij de vaststelling van overtredingen inzake het wegverkeer wordt de bepaling onder 4° vervangen als volgt :
"4° kan een overtreding van artikel 34, § 1, van de wet betreffende de politie over het wegverkeer aanleiding geven tot de onmiddellijke inning van 170 euro.
Een overtreding van artikel 34, § 2, van de wet betreffende de politie over het wegverkeer kan, indien de ademanalyse een alcoholconcentratie van ten minste 0,35 milligram en minder dan 0,44 milligram per liter uitgeademde alveolaire lucht meet, aanleiding geven tot de onmiddellijke inning van 400 euro.
Een overtreding van artikel 34, § 2, van de wet betreffende de politie over het wegverkeer kan, indien de ademanalyse een alcoholconcentratie van ten minste 0,44 milligram en minder dan 0,50 milligram per liter uitgeademde alveolaire lucht meet, aanleiding geven tot de onmiddellijke inning van 550 euro.
Een overtreding van artikel 34, § 2, van de wet betreffende de politie over het wegverkeer kan, indien de overtreder geen woonplaats of vaste verblijfplaats in België heeft en de ademanalyse een alcoholconcentratie van ten minste 0,50 milligram en minder dan 0,65 milligram per liter uitgeademde alveolaire lucht meet, aanleiding geven tot de onmiddellijke inning van 1200 euro.
Een overtreding van artikel 34, § 3, van de wet betreffende de politie over het wegverkeer geeft aanleiding tot de onmiddellijke inning van 100 euro indien de ademanalyse een alcoholconcentratie van ten minste 0,09 milligram en minder dan 0,22 milligram per liter uitgeademde alveolaire lucht meet, en kan aanleiding geven tot de onmiddellijke inning van 170 euro indien de ademanalyse een alcoholconcentratie van ten minste 0,22 milligram en minder dan 0,35 milligram per liter uitgeademde alveolaire lucht meet.".
Art.2. Artikel 17, § 1, van het hetzelfde besluit wordt aangevuld met een lid, luidende :
"Indien hij een overtreding begaat van artikel 34, § 2, van de wet betreffende de politie over het wegverkeer en de ademanalyse een alcoholconcentratie van ten minste 0,65 milligram per liter uitgeademde alveolaire lucht meet, of indien hij een overtreding begaat van artikel 34, § 2, 3°, van dezelfde wet, of bij een bloedproef zoals bedoeld in artikel 63, § 1, 1° en 2°, van dezelfde wet, bedraagt de in consignatie te geven som 1200 euro.".
Art.3. Dit besluit treedt in werking op 1 juli 2014, met uitzondering van artikel 1, 4°, voor wat betreft de onmiddellijke inning van 100 euro bij een alcoholconcentratie van ten minste 0,09 milligram en minder dan 0,22 milligram per liter uitgeademde alveolaire lucht, dat in werking treedt op 1 januari 2015.
Art. 4. De minister bevoegd voor Binnenlandse Zaken, de minister bevoegd voor Justitie, de minister bevoegd voor de Financiën en de minister bevoegd voor het Wegverkeer zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.