15 MEI 2014. - Ministerieel besluit tot vaststelling van de diploma's of studiegetuigschriften vereist voor de benoeming in de diverse graden van niveau A bij het Belgisch Instituut voor postdiensten en telecommunicatie
Art. 1-5
Artikel 1. Om bij wege van werving benoemd te worden tot de graad van adviseur moet men houder zijn van een van de diploma's of getuigschriften van "niveau A" of van "niveau A (overgangsmaatregel)", vermeld in hoofdstuk I van de bijlage bij het koninklijk besluit van 2 oktober 1937 houdende het statuut van het Rijkspersoneel.
Art.2. Om bij wege van werving benoemd te worden tot de graad van ingenieur-adviseur moet men houder zijn van één van de hierna vermelde diploma's of studiegetuigschriften :
1° diploma van burgerlijk ingenieur uitgereikt door de Belgische universiteiten met inbegrip van de aan deze universiteiten verbonden scholen, of door de bij de wet of bij decreet daarmee gelijkgestelde instellingen, indien de studies ten minste vier jaar hebben omvat, zelfs als een gedeelte van die studies niet in een van de voormelde onderwijsinstellingen werd volbracht of door een door de Staat of een van de Gemeenschappen ingestelde examencommissie;
2° diploma van master burgerlijk ingenieur uitgereikt door een universiteit na een masteropleiding van de 2e cyclus van ten minste 60 studiepunten;
3° getuigschrift uitgereikt aan diegenen die de studies hebben voleindigd aan de Polytechnische Faculteit van de Koninklijke Militaire School en die krachtens de wet van 11 september 1933 op de bescherming van de titels van het hoger onderwijs gerechtigd zijn tot het voeren van de titel van burgerlijk ingenieur, met de door de Koning bepaalde kwalificatie;
4° diploma of getuigschrift van "niveau A" of van "niveau A (overgangsmaatregel)", vermeld in hoofdstuk I van de bijlage bij het koninklijk besluit van 2 oktober 1937 houdende het statuut van het Rijkspersoneel op voorwaarde dat de richting van het diploma overeenstemt.
Art.3. Om bij wege van werving benoemd te worden tot de graad van informaticus-adviseur moet men houder zijn van één van de hierna vermelde diploma's of studiegetuigschriften :
1° diploma van licentiaat, doctor, geaggregeerde of meester, behaald in een richting informatica, computerwetenschappen of elektronica en uitgereikt door de Belgische universiteiten met inbegrip van de aan deze universiteiten verbonden scholen, of door de bij de wet of bij decreet daarmee gelijkgestelde instellingen of door de hogescholen, indien de studies ten minste vier jaar hebben omvat, zelfs als een gedeelte van die studies niet in een van de voormelde onderwijsinstellingen werd volbracht of door een door de Staat of een van de Gemeenschappen ingestelde examencommissie;
2° diploma van master behaald in een richting informatica, computerwetenschappen of elektronica uitgereikt door een universiteit of hogeschool na een masteropleiding van de 2e cyclus van ten minste 60 studiepunten;
3° diploma van burgerlijk ingenieur uitgereikt door de Belgische universiteiten met inbegrip van de aan deze universiteiten verbonden scholen, of door de bij de wet of bij decreet daarmee gelijkgestelde instellingen, indien de studies ten minste vier jaar hebben omvat, zelfs als een gedeelte van die studies niet in een van de voormelde onderwijsinstellingen werd volbracht of door een door de Staat of een van de Gemeenschappen ingestelde examencommissie;
4° diploma van master burgerlijk ingenieur uitgereikt door een universiteit na een masteropleiding van de 2e cyclus van ten minste 60 studiepunten;
5° getuigschrift uitgereikt aan diegenen die de studies hebben voleindigd aan de Polytechnische Faculteit van de Koninklijke Militaire School en die krachtens de wet van 11 september 1933 op de bescherming van de titels van het hoger onderwijs gerechtigd zijn tot het voeren van de titel van burgerlijk ingenieur, met de door de Koning bepaalde kwalificatie;
6° diploma of getuigschrift van "niveau A" of van "niveau A (overgangsmaatregel)", vermeld in hoofdstuk I van de bijlage bij het koninklijk besluit van 2 oktober 1937 houdende het statuut van het Rijkspersoneel op voorwaarde dat de richting van het diploma overeenstemt.
Art.4. Aangenomen worden eveneens de in overeenstemming met een buitenlandse regeling behaalde diploma's en studiegetuigschriften die, krachtens verdragen of internationale overeenkomsten of met toepassing van de procedure voor het verlenen van de gelijkwaardigheid, voorgeschreven bij de wet van 19 maart 1971 betreffende de gelijkwaardigheid van de buitenlandse diploma's en studiegetuigschriften, gelijkwaardig worden verklaard met één van de in deze lijst voormelde artikelen bedoelde diploma's of studiegetuigschriften.
Art. 5. Het ministerieel besluit van 18 maart 1993 tot vaststelling van de diploma's of getuigschriften vereist voor de benoeming in bepaalde graden van het Belgisch Instituut voor postdiensten en telecommunicatie wordt opgeheven.