26 FEBRUARI 2014. - Koninklijk besluit houdende uitvoering van artikel 9, tweede lid van de wet van 26 december 2013 houdende diverse bepalingen inzake de thematische volksleningen tot vaststelling van de procedure voor de voorafgaande adviesaanvraag (NOTA : Bekrachtigd met uitwerking op de datum van zijn inwerkingtreding bij W2015-12-18/17, art. 65, 1°)
Art. 1-4
Artikel 1. Op vrijwillige vraag van de bestemmeling van de financiering, verstrekt de Federale Overheidsdienst Financiën voorafgaand advies over de conformiteit van een project met de criteria bepaald in het koninklijk besluit van 28 februari 2014 houdende uitvoering van artikel 9, eerste lid van de wet van 26 december 2013 houdende diverse bepalingen inzake de thematische volksleningen tot vaststelling van de geschikte projecten voor financiering in het kader van een thematische volkslening.
Art.2. De aanvraag om voorafgaand advies wordt per email met ontvangstbevestiging of aangetekende brief gericht aan de Federale Overheidsdienst Financiën. Zij moet gemotiveerd zijn.
Zij moet bevatten :
- de identiteit van de aanvrager en, in voorkomend geval, die van de betrokken partijen en derden;
- de beschrijving van de activiteiten van de aanvrager;
- de volledige beschrijving van het betrokken project;
- de verwijzing naar het project bedoeld in het koninklijk besluit van 27 februari 2014 houdende uitvoering van artikel 9, eerste lid, van de wet van 27 februari 2014 houdende diverse bepalingen inzake de thematische volksleningen tot vaststelling van de geschikte projecten voor financiering in het kader van een thematische volkslening waarop het advies moet slaan.
Zolang er geen advies is gegeven, moet de aanvraag worden aangevuld met elk nieuw element dat betrekking heeft op het voorgenomen project.
Art.3. Het voorafgaand advies wordt per email met ontvangstbevestiging of aangetekende brief meegedeeld aan de aanvrager binnen een termijn van drie maanden vanaf de datum van indiening van een overeenkomstig de vorige artikelen opgestelde volledige aanvraag. De Federale Overheidsdienst Financiën en de aanvrager kunnen in onderlinge overeenstemming deze termijn wijzigen.
Ten laatste binnen vijftien werkdagen vanaf het ogenblik dat de aanvraag volledig is, licht de Federale Overheidsdienst Financiën de aanvrager in over de overeenkomstig het vorige lid vastgestelde antwoordtermijn.
Voor de toepassing van dit artikel is een werkdag een dag die noch een zaterdag, noch een zondag, en noch een feestdag is.
Art. 4. De minister bevoegd voor Financiën is belast met de uitvoering van dit besluit.