Details



Externe links:

Justel
Reflex
Staatsblad pdf



Titel:

29 OKTOBER 2013. - Koninklijk besluit tot uitvoering van artikel 337/2, § 3, van de programmawet (I) van 27 december 2006 wat betreft de aard van de arbeidsrelaties die bestaan in het kader van de uitoefening van werkzaamheden die vallen onder het toepassingsgebied van het paritair subcomité voor de taxi's en van het paritair comité voor het vervoer en de logistiek, enkel voor de activiteiten van verhuur van voertuigen met chauffeur en van collectieve taxidiensten



Inhoudstafel:


Art. 1-4



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:



Uitvoeringsbesluit(en):



Artikels:

Artikel 1. Voor de toepassing van dit besluit moet worden verstaan onder " onderneming ", de onderneming die houder is van een door de bevoegde overheid afgeleverde exploitatievergunning voor een taxidienst, voor een collectieve taxidienst of voor een verhuurdienst van voertuigen met chauffeur waaronder het vervoer uitgevoerd wordt.

Art.2. Dit besluit is van toepassing op de arbeidsrelaties die bestaan in het kader van de uitoefening van de werkzaamheden die vermeld zijn in artikel 3 van het koninklijk besluit van 22 januari 2010 tot oprichting van de paritaire subcomités voor het vervoer en de logistiek en tot vaststelling van hun benaming en bevoegdheid en in het kader van de uitoefening van de werkzaamheden van verhuurdiensten van voertuigen met chauffeur of van collectieve taxi's die beoogd worden door het koninklijk besluit van 13 maart 1973 tot oprichting en tot vaststelling van de benaming en de bevoegdheid van het Paritair Comité voor het vervoer en de logistiek.

Art.3. De criteria bedoeld in artikel 337/2, § 1, van de programmawet (I) van 27 december 2006 worden vervangen als volgt :
  a) ontstentenis van enig financieel of economisch risico in hoofde van diegene die het vervoer uitvoert, zoals dit onder meer het geval is :
  - bij ontstentenis van een persoonlijke en substantiële investering in de onderneming met eigen middelen, of,
  - bij ontstentenis van een persoonlijke en substantiële deelname in de winsten en de verliezen van de onderneming;
  b) ontstentenis van verantwoordelijkheid en beslissingsmacht aangaande de financiële middelen van de onderneming in hoofde van diegene die het vervoer uitvoert;
  c) ontstentenis van beslissingsmacht over het aankoopbeleid van de onderneming in hoofde van diegene die het vervoer uitvoert;
  d) ontstentenis van beslissingsmacht over het prijsbeleid van de onderneming in hoofde van diegene die het vervoer uitvoert, behoudens wanneer de prijzen wettelijk zijn vastgelegd;
  e) de ontstentenis van resultaatsverbintenis betreffende de overeengekomen arbeid;
  f) de garantie op betaling van een vaste vergoeding, ongeacht de bedrijfsresultaten of de omvang van de prestaties geleverd door diegene die het vervoer uitvoert;
  g) het zelf geen werkgever zijn van persoonlijk en vrij aangeworven personeel of het ontbreken van de mogelijkheid om voor de uitvoering van het overeengekomen vervoer personeel aan te werven of zich te laten vervangen;
  h) het zich niet voordoen als een onderneming ten overstaan van andere personen of van zijn medecontractant of hoofdzakelijk of gewoonlijk voor één enkele medecontractant werken;
  i) het uitvoeren van transporten met een voertuig waarvan diegene die het vervoer uitvoert geen eigenaar is of dat hij niet geleased heeft en/of met een voertuig dat hem ter beschikking is gesteld, gefinancierd of gewaarborgd door een medecontractant.

Art. 4. De Eerste Minister, de minister bevoegd voor Sociale Zaken, de minister bevoegd voor Zelfstandigen en de minister bevoegd voor Werk zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.

  Gegeven te Ciergnon, 29 oktober 2013.
  FILIP
  Van Koningswege :
  De Eerste Minister,
  E. DI RUPO
  De Minister van Sociale Zaken,
  Mevr. L. ONKELINX
  De Minister van Zelfstandigen,
  Mevr. S. LARUELLE
  De Minister van Werk,
  Mevr. M. DE CONINCK
  De Staatssecretaris voor de Bestrijding van de sociale en de fiscale fraude,
  J. CROMBEZ