Details



Externe links:

Justel
Reflex
Staatsblad pdf



Titel:

17 AUGUSTUS 2013. - Koninklijk besluit tot uitvoering van de artikelen 35/1, 35/2 en 35/3 van de wet van 12 april 1965 betreffende de bescherming van het loon der werknemers met betrekking tot de hoofdelijke aansprakelijkheid voor de betaling van het loon in het kader van bepaalde tuinbouwactiviteiten



Inhoudstafel:


Art. 1-6



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:



Uitvoeringsbesluit(en):



Artikels:

Artikel 1. De activiteiten bedoeld in artikel 35/1, § 1, 1°, van de wet van 12 april 1965 betreffende de bescherming van het loon der werknemers, zijn de werken of diensten die zijn vermeld in het koninklijk besluit dat de bevoegdheid regelt van het Paritair Comité voor het tuinbouwbedrijf.

Art.2. Het minimumloon bedoeld in artikel 35/3, § 3, tweede lid, van de wet van 12 april 1965 betreffende de bescherming van het loon der werknemers is het loon waarop de werknemer, bedoeld in hetzelfde artikel 35/3, § 3, tweede lid, recht heeft op basis van de collectieve arbeidsovereenkomst gesloten in het paritair comité of subcomité waaronder hij ressorteert.

Art.3. Wanneer de opdrachtgevers, aannemers en onderaannemers contractueel hebben voorzien in de mogelijkheid om hun onderlinge contractuele verhouding zonder opzeggingstermijn en zonder vergoeding eenzijdig te beëindigen in geval zij van de bevoegde inspectiedienst een kennisgeving ontvangen in de zin van artikel 49/1 van het Sociaal Strafwetboek, dan kan deze beëindiging slechts plaatsvinden wanneer cumulatief voldaan is aan alle hierna bepaalde voorwaarden :
  - de partij die wenst over te gaan tot de voormelde eenzijdige beëindiging dient door middel van een aangetekende brief in de zin van artikel 35/2, § 1, van de wet van 12 april 1965 betreffende de bescherming van het loon der werknemers, te zijn aangemaand om over te gaan tot betaling van het loon zoals bepaald in artikel 35/3 van dezelfde wet;
  - de bedragen die de partij die wordt aangemaand in de zin van artikel 35/3, § 1, van de wet van 12 april 1965 betreffende de bescherming van het loon der werknemers, bij ontvangst van de aanmaning, nog verschuldigd is ten aanzien van de partij met wie hij de contractuele verhouding eenzijdig wenst te beëindigen, volstaan niet om de lonen waarvoor hij wordt aangemaand om deze te betalen, te voldoen;
  - de partij die wenst over te gaan tot de voormelde eenzijdige beëindiging, heeft binnen een termijn van 14 werkdagen na de kennisgeving in de zin van artikel 49/1 van het Sociaal Strafwetboek, aan de partij waarmee hij de contractuele verhouding eenzijdig wenst te beëindigen, laten weten dat wanneer aan de hierboven bepaalde voorwaarden is voldaan, hij gebruik zal maken van zijn contractueel recht om de overeenkomst eenzijdig te beëindigen.

Art.4. De referteperiode bedoeld in artikel 35/3, § 3, tweede lid, van de wet van 12 april 1965 betreffende de bescherming van het loon der werknemers, is één jaar voorafgaand aan de kennisgeving bedoeld in artikel 49/1 van het Sociaal Strafwetboek, zonder echter verder te kunnen teruggaan dan de aanvang van de werken die de hoofdelijke aansprakelijke, hetzij rechtstreeks, hetzij via intermediaire aannemers of onderaannemers, heeft laten uitvoeren.

Art.5. Dit besluit treedt in werking op 1 september 2013.

Art. 6. De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.

  Gegeven te Brussel, 17 augustus 2013.
  FILIP
  Van Koningswege :
  De Minister van Werk,
  Mevr. M. DE CONINCK