10 JUNI 2013. - Koninklijk besluit tot vaststelling voor het jaar 2011 van een derde verhoging van het bedrag van de alternatieve financiering met de kost van de toeslag van 5 % van de uitkering voor tijdelijke werkloosheid, bedoeld in artikel 114, § 6, van het koninklijk besluit van 25 november 1991 houdende de werkloosheidsreglementering
Art. 1-3
Artikel 1. Het bedrag, bedoeld in artikel 66, § 1, achtste lid, van de programmawet van 2 januari 2001, van de verhoging en de bijkomende verhoging van de alternatieve financiering met de kost van de toeslag van 5 % van de uitkering voor tijdelijke werkloosheid, bedoeld in artikel 114, § 6, van het koninklijk besluit van 25 november 1991 houdende de werkloosheids-reglementering, voor het jaar 2011 vastgesteld op 32.337 duizend euro en 20.118 duizend euro, wordt voor de derde maal verhoogd met 38.049 duizend euro voor 2011.
Art.2. Het bedrag wordt gestort aan de RSZ-globaal beheer.
Art. 3. De minister van sociale zaken en de minister van werk zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.
Brussel, 10 juni 2013.
ALBERT
Van Koningswege :
De Vice-Eerste Minister en Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, belast met Beliris en de Federale Culturele Instellingen,
Mevr. L. ONKELINX
De Minister van Werk,
Mevr. M. DE CONINCK