Details



Externe links:

Justel
Reflex
Staatsblad pdf



Titel:

25 FEBRUARI 2013. - Koninklijk besluit tot vaststelling van de opzeggingstermijnen voor de gesubsidieerde inrichtingen van het vrij onderwijs van de Franse Gemeenschap en de Duitstalige Gemeenschap die onder de bevoegdheid van het Paritair Comité voor de gesubsidieerde inrichtingen van het vrij onderwijs ressorteren (PC 152)



Inhoudstafel:


Art. 1-5



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:



Uitvoeringsbesluit(en):



Artikels:

Artikel 1. Dit besluit is van toepassing op de werkgevers van de gesubsidieerde inrichtingen van het vrij onderwijs van de Franse Gemeenschap en de Duitstalige Gemeenschap die onder de bevoegdheid van het Paritair Comité voor de gesubsidieerde inrichtingen van het vrij onderwijs ressorteren en op hun werklieden op wie artikel 65/1 van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten van toepassing is.

Art.2. § 1. In afwijking van de bepalingen van artikel 59, tweede en derde lid, van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten, worden de na te leven opzeggingstermijnen vastgesteld op :
  - zeven dagen wanneer de opzegging van de werkgever uitgaat en drie dagen wanneer de opzegging van de werknemer uitgaat, wat de werklieden betreft die minder dan zes maanden ononderbroken anciënniteit in de onderneming tellen;
  - veertig dagen wanneer de opzegging van de werkgever uitgaat en veertien dagen wanneer de opzegging van de werknemer uitgaat, wat de werklieden betreft die tussen zes maanden en minder dan vijf jaren ononderbroken anciënniteit in de onderneming tellen;
  - achtenveertig dagen wanneer de opzegging van de werkgever uitgaat en veertien dagen wanneer de opzegging van de werknemer uitgaat, wat de werklieden betreft die tussen vijf en minder dan tien jaren ononderbroken anciënniteit in de onderneming tellen;
  - vierenzestig dagen wanneer de opzegging van de werkgever uitgaat en veertien dagen wanneer de opzegging van de werknemer uitgaat, wat de werklieden betreft die tussen tien en minder dan vijftien jaren ononderbroken anciënniteit in de onderneming tellen;
  - zevenennegentig dagen wanneer de opzegging van de werkgever uitgaat en veertien dagen wanneer de opzegging van de werknemer uitgaat, wat de werklieden betreft die tussen vijftien en minder dan twintig jaren ononderbroken anciënniteit in de onderneming tellen;
  - honderdnegenentwintig dagen wanneer de opzegging van de werkgever uitgaat en veertien dagen wanneer de opzegging van de werknemer uitgaat, wat de werklieden betreft die twintig jaren of meer ononderbroken anciënniteit in de onderneming tellen.
  § 2. In geval van een door de werkgever gegeven ontslag met het oog op werkloosheid met bedrijfstoeslag, wordt de na te leven opzeggings-termijn vastgesteld op :
  - achtentwintig dagen wat de werklieden betreft die minder dan zes maanden anciënniteit in de onderneming tellen;
  - tweeëndertig dagen wat de werklieden betreft die tussen zes maanden en minder dan twintig jaren anciënniteit in de onderneming tellen;
  - vierenzestig dagen wat de werklieden betreft die twintig of meer jaren anciënniteit in de onderneming tellen.

Art.3. De opzeggingen betekend vóór de inwerkingtreding van dit besluit blijven al hun gevolgen behouden.

Art.4. Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.

Art. 5. De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.

  Gegeven te Brussel, 25 februari 2013.
  ALBERT
  Van Koningswege :
  De Minister van Werk,
  Mevr. M. DE CONINCK