Details



Externe links:

Justel
Reflex
Staatsblad pdf



Titel:

6 SEPTEMBER 2013. - Besluit van de Vlaamse Regering houdende de wijziging van diverse bepalingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 14 juni 1989 betreffende de bekwaamheidsbewijzen, de salarisschalen, het prestatiestelsel en de bezoldigingsregeling in het secundair onderwijs



Inhoudstafel:


Art. 1-12
BIJLAGE.
Art. N



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:

1989029601 



Uitvoeringsbesluit(en):



Artikels:

Artikel 1. In artikel 3, § 2, van het besluit van de Vlaamse Regering van 14 juni 1989 betreffende de bekwaamheidsbewijzen, de salarisschalen, het prestatiestelsel en de bezoldigingsregeling in het secundair onderwijs, vervangen bij het besluit van de Vlaamse Regering van 9 november 2007 worden punt 11° tot en met 18° opgeheven.

Art.2. In artikel 4, § 4, van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 1 september 2006 en gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 17 september 2010, wordt de zinsnede " Voor de algemene vakken Duits, Engels, Frans, Italiaans, Nederlands, Nederlands voor nieuwkomers, Russisch en Spaans " vervangen door de zinsnede " Voor de vakken die als algemeen vak worden beschouwd ter uitvoering van artikel 152, tweede lid, van de Codex Secundair onderwijs, alsook voor het algemene vak Nederlands voor nieuwkomers, ".

Art.3. In artikel 6, § 1, van hetzelfde besluit, vervangen bij het besluit van de Vlaamse Regering van 28 november 2003 en gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 23 september 2005, 9 november 2007, 17 september 2010 en 7 september 2012, worden de volgende wijzigingen aangebracht :
  1° punt 2.bis wordt vervangen door wat volgt :
  " 2bis. het diploma van master; ";
  2° punt 34.bis wordt vervangen door wat volgt :
  " 34bis. het diploma van professioneel gerichte bachelor ";
  3° er wordt een punt 34ter ingevoegd, dat luidt als volgt :
  " 34ter. het diploma van academisch gerichte bachelor; ".

Art.4. In artikel 7, § 1, van hetzelfde besluit, vervangen bij het besluit van de Vlaamse Regering van 9 november 2007 en gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 24 oktober 2008, 17 september 2010, 15 juli 2011 en 7 september 2012, worden de volgende wijzigingen aangebracht :
  1° in punt 5, 2°, wordt de zinsnede " Vanaf 1 september 1999 wordt met dat bekwaamheidsbewijs evenwel niet bedoeld " vervangen door de zinsnede " Met dat bekwaamheidsbewijs wordt evenwel niet bedoeld ";
  2° punt 6 wordt vervangen door wat volgt :
  " 6. bachelor :
  a) een diploma van professioneel gerichte bachelor als vermeld in artikel 6, § 1, 34bis;
  b) een diploma van academisch gerichte bachelor als vermeld in artikel 6, § 1, 34ter; ";
  3° in punt 7 worden de woorden " ten minste professioneel gerichte bachelor, afgekort ten minste PBA " vervangen door de woorden " ten minste bachelor ";
  4° in punt 8 wordt het woord " PBA " vervangen door het woord " bachelor ";
  5° punt 10, 11, 12, 15, 16, 17 en 18 worden opgeheven.
  6° in punt 49 wordt het woord " PBA " vervangen door het woord " bachelor ";
  7° in punt 49 wordt de zinsnede " professioneel gerichte bachelor zoals bedoeld in punt 34bis van artikel 6 van dit besluit " vervangen door de zinsnede " bachelor vermeld in punt 6 ";
  8° in punt 50 wordt het woord " PBA " telkens vervangen door het woord " bachelor ";
  9° er wordt een punt 51 toegevoegd, dat luidt als volgt :
  " 51. PBA : professioneel gerichte bachelor. ".

Art.5. In artikel 10, § 3, tweede lid, van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 4 september 2009, worden de woorden " in de vierde graad BSO of " opgeheven.

Art.6. In artikel 12, § 1, van hetzelfde besluit, vervangen bij het besluit van de Vlaamse Regering van 23 september 2005 en gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 4 september 2009, worden de volgende wijzigingen aangebracht :
  1° in punt 2° wordt de zinsnede " en/of in de vierde graad " opgeheven;
  2° in punt 4° worden de woorden " de vierde graad van het secundair onderwijs en " opgeheven.

Art.7. In artikel 13 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 14 maart 2003 en 4 september 2009, worden de volgende wijzigingen aangebracht :
  1° in punt a), tweede streepje, worden de woorden " en/of in de vierde graad " opgeheven;
  2° in punt a), derde streepje, wordt de zinsnede " , de vierde graad " opgeheven;
  3° in punt b), 2°, wordt de zinsnede " , derde en vierde graad " vervangen door de woorden " en derde graad ".

Art.8. In hetzelfde besluit, het laatst gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 7 september 2012, worden een artikel 16vicies en 16vicies semel ingevoegd, die luiden als volgt :
  " Art.16vicies. § 1. Er worden overgangsmaatregelen toegekend aan de personeelsleden die in het bezit zijn van een van de volgende diploma's of getuigschriften :
  1° het diploma van de voortgezette lerarenopleiding zorgverbreding en remediërend leren;
  2° het diploma van bachelor in het onderwijs : zorgverbreding en remediërend leren;
  3° het diploma van de voortgezette studie van geaggregeerde voor het buitengewoon onderwijs;
  4° het diploma van de voortgezette studie van geaggregeerde voor het buitengewoon onderwijs en remedial teaching;
  5° het diploma van de voortgezette studie van remedial teacher, of het diploma van de voortgezette lerarenopleiding buitengewoon onderwijs;
  6° het diploma van bachelor in het onderwijs : buitengewoon onderwijs;
  7° het bekwaamheidsgetuigschrift tot het geven van buitengewoon onderwijs .
  De personeelsleden, vermeld in het eerste lid, moeten aan een van de volgende voorwaarden voldoen :
  1° uiterlijk op 31 augustus 2013 vastbenoemd zijn;
  2° tijdens de schooljaren 2010-2011, 2011-2012 of 2012-2013 tijdelijk aangesteld of tijdelijk belast geweest zijn met een opdracht in het onderwijs, met uitzondering van de hogescholen en universiteiten.
  § 2. De personeelsleden, vermeld in § 1, die op basis van de reglementering die van kracht was voor 1 september 2013 in het bezit waren van een bewijs van pedagogische bekwaamheid en vanaf 1 september 2013 krachtens de gewijzigde reglementering geen bewijs van pedagogische bekwaamheid meer hebben, worden geacht alsnog over een bewijs van pedagogische bekwaamheid te beschikken.
  § 3. De overgangsmaatregel, vermeld in § 2, wordt toegekend op 1 september 2013, rekening houdend met de onderstaande bepalingen :
  1° voor de personeelsleden, vermeld in § 1, tweede lid, 1°, blijven de overgangsmaatregelen gelden, zolang ze in dienst blijven in het onderwijs, met uitzondering van de hogescholen en universiteiten;
  2° voor de personeelsleden, vermeld in § 1, tweede lid, 2°, blijven de overgangsmaatregelen gelden, zolang zij ononderbroken in dienst blijven in het onderwijs, met uitzondering van de hogescholen en universiteiten, en gefinancierd of gesubsidieerd worden door de Vlaamse Gemeenschap. De volgende perioden worden daarbij niet als een onderbreking beschouwd :
  a) vakantieperioden;
  b) loopbaanonderbreking;
  c) militaire dienst;
  d) perioden van wederoproeping;
  e) ziekte- en bevallingsverloven;
  f) onbezoldigde ouderschapsverloven;
  g) perioden van verwijdering uit een risico in het kader van bedreiging door een beroepsziekte of moederschapsbescherming;
  h) verloven van korte duur met behoud van salaris of salaristoelage ter gelegenheid van sommige gebeurtenissen van familiale of sociale aard;
  i) verloven zonder behoud van salaris of salaristoelage voor een maximumduur van zes werkdagen per schooljaar;
  j) een onderbreking van een doorlopende periode van maximaal twee kalenderjaren.
  Art.16vicies. semel. § 1. Er gelden overgangsmaatregelen voor de personeelsleden die in het bezit zijn van een van de volgende bekwaamheidsbewijzen :
  1° master in de kinesitherapie + BPB;
  2° master in de revalidatiewetenschappen en de kinesitherapie + BPB;
  3° master of Adapted Physical Activity + BPB;
  4° master of Rehabilitation Sciences and Physiotherapy + BPB.
  De personeelsleden, vermeld in het eerste lid, moeten aan een van de volgende voorwaarden voldoen :
  1° uiterlijk op 31 augustus 2013 vastbenoemd zijn voor respectievelijk het algemene vak sport of het algemene vak lichamelijke opvoeding;
  2° in de loop van het schooljaar 2010-2011, 2011-2012 of 2012-2013 tijdelijk aangesteld zijn of tijdelijk belast geweest zijn met respectievelijk het algemene vak sport of het algemene vak lichamelijke opvoeding.
  § 2. De personeelsleden, vermeld in § 1, die op basis van de reglementering die voor 1 september 2013 van kracht was, organiek of via overgangsmaatregelen, in het bezit waren van een vereist bekwaamheidsbewijs voor het vak, vermeld in paragraaf 1, en die vanaf 1 september 2013 geen vereist bekwaamheidsbewijs hebben voor dat vak, worden geacht in het bezit te zijn van een vereist bekwaamheidsbewijs voor dat vak in de betreffende graad en/of onderwijsvorm.
  § 3. De overgangsmaatregelen, vermeld in § 2, worden toegekend op 1 september 2013, rekening houdend met de onderstaande bepalingen :
  1° voor de personeelsleden, vermeld in paragraaf 1, tweede lid, 1°, blijven de overgangsmaatregelen gelden zolang ze in dienst zijn in het onderwijs, de hogescholen en de universiteiten uitgezonderd;
  2° voor de personeelsleden, vermeld in § 1, tweede lid, 2°, blijven de overgangsmaatregelen gelden zolang zij ononderbroken in dienst zijn in het onderwijs, de hogescholen en de universiteiten uitgezonderd, en gefinancierd of gesubsidieerd worden door de Vlaamse Gemeenschap. Voor de toepassing van deze bepaling worden de volgende perioden niet als een onderbreking beschouwd :
  1° vakantieperioden;
  2° loopbaanonderbreking;
  3° militaire dienst;
  4° perioden van wederoproeping;
  5° ziekte- en bevallingsverloven;
  6° onbezoldigde ouderschapsverloven;
  7° perioden van verwijdering uit een risico in het kader van bedreiging door een beroepsziekte of moederschapsbescherming;
  8° verloven van korte duur met behoud van salaris of salaristoelage ter gelegenheid van sommige gebeurtenissen van familiale of sociale aard;
  9° verloven zonder behoud van salaris of salaristoelage tot maximaal zes werkdagen per schooljaar;
  10° een onderbreking van een doorlopende periode van maximaal twee kalenderjaren. ".

Art.9. In hetzelfde besluit, het laatst gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 7 september 2012, wordt een artikel 17duodevicies ingevoegd, dat luidt als volgt :
  " Art. 17duodevicies. De personeelsleden, vermeld in artikel 16vicies semel, § 1, genieten voor het algemene vak sport respectievelijk het algemene vak lichamelijke opvoeding de salarisschaal die hen op grond van de reglementering die gold voor 1 september 2013 mocht worden verleend voor het algemene vak sport respectievelijk het algemene vak lichamelijke opvoeding, tenzij het bekwaamheidsbewijs waarover zij beschikken, recht geeft op een hogere salarisschaal. ".

Art.10. Artikel 21bis van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 31 augustus 1999 en vervangen bij het besluit van de Vlaamse Regering van 7 september 2012, wordt vervangen door wat volgt :
  " Art. 21bis. De bekwaamheidsbewijzen en salarisschalen, vermeld in bijlage I, die bij dit besluit is gevoegd, hebben uitwerking vanaf 1 september 2013. ".

Art.11. Bijlage I bij hetzelfde besluit, vervangen bij het besluit van de Vlaamse Regering van 7 september 2012, wordt vervangen door bijlage 1, die bij dit besluit is gevoegd.

Art.12. De Vlaamse minister, bevoegd voor het onderwijs, is belast met de uitvoering van dit besluit.

  Brussel, 6 september 2013.
  De minister-president van de Vlaamse Regering,
  Kris PEETERS
  De Vlaamse minister van Onderwijs, Jeugd, Gelijke Kansen en Brussel,
  Pascal SMET

BIJLAGE.
Art. N. Bekwaamheidsbewijzen en salarisschalen in het secundair onderwijs vanaf 1 september 2013.
  (Bijlage niet opgenomen om technische redenen, zie B.St. van 11-10-2013, p. 71831-72647)