17 AUGUSTUS 2013. - Koninklijk besluit betreffende de vierdagenweek, het halftijds werken vanaf 50 of 55 jaar alsook betreffende de ouderdom van de oppensioenstelling van de ambtenaren voor het Belgisch Instituut voor postdiensten en telecommunicatie
Art. 1-8
Artikel 1. Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder :
1° " de wet van 19 juli 2012 " : de wet van 19 juli 2012 betreffende de vierdagenweek en het halftijds werken vanaf 50 of 55 jaar in de openbare sector;
2° "het koninklijk besluit van 20 september 2012" : het koninklijk besluit van 20 september 2012 houdende diverse bepalingen betreffende de vierdagenweek en het halftijds werken vanaf 50 of 55 jaar in de openbare sector;
3° "het koninklijk besluit van 12 mei 1927" : het koninklijk besluit van 12 mei 1927 betreffende de ouderdom van de oppensioenstelling van de ambtenaren, de beambten en het dienstpersoneel van den staat;
4° "het ministerieel besluit van 11 september 2012" : het ministerieel besluit van 11 september 2012 tot uitvoering van artikel 3 van het koninklijk besluit van 12 mei 1927 betreffende de ouderdom van de oppensioenstelling van de ambtenaren, de beambten en het dienstpersoneel van den staat;
5° "het Instituut" : het Belgisch Instituut voor postdiensten en telecommunicatie.
Art.2. Het stelsel van de vierdagenweek waarin de artikelen 4 tot 6 van de wet van 19 juli 2012 en de artikelen 4 tot 6 en 8 van het koninklijk besluit van 20 september 2012 voorzien, wordt toepasselijk gemaakt op het Instituut.
Art.3. Het stelsel van halftijds werken vanaf 50 of 55 jaar, waarin de artikelen 7 en 8 van de wet van 19 juli 2012 en de artikelen 8 tot 10 van het koninklijk besluit van 20 september 2012 voorzien, wordt toepasselijk gemaakt op het Instituut.
Art.4. Voor de toepassing van het koninklijk besluit van 20 september 2012 dienen de termen vermeld in kolom 1 vervangen te worden door de termen die daartegenover worden gesteld in kolom 2 :
Kolom 1 | Kolom 2 |
Overheid waaronder hij ressorteert | De Raad |
Voorzitter van het directiecomité, de leidend ambtenaar of hun afgevaardigde | De Raad |
Kolom 1 | Kolom 2 |
Onmiddellijke hiërarchische meerdere | Hiërarchische meerdere |
Houder van de management- of staffunctie die het dichtst bij die van de aanvrager ligt | Het Raadslid dat aan het hoofd staat van de betrokken dienst |
Leidend ambtenaar | De Raad |