11 FEBRUARI 2013. - Koninklijk besluit tot wijziging van sommige bepalingen van het koninklijk besluit van 30 maart 2001 tot regeling van de rechtspositie van het personeel van de politiediensten betreffende de loonschalen van de aspirant-inspecteur van politie
Art. 1-5
Artikel 1. In artikel II.II.7, tweede lid, RPPol, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 24 oktober 2012, wordt het tweede lid vervangen als volgt :
" De aspirant-inspecteur van politie die voortspruit uit het kader van agenten van politie in het raam van de bevordering door overgang naar het basiskader bedoeld in artikel VII.II.9, behoudt de loonschaal die hij bezat de dag voorafgaand aan zijn aanstelling tot aspirant-inspecteur van politie. De overige aspiranten-inspecteur van politie genieten de loonschaal HAU1. ".
Art.2. In artikel VII.II.22, eerste lid, 1°, RPPol, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 24 oktober 2012, worden de woorden " , verminderd met de normale duur van de basisopleiding van het basiskader, " ingevoegd tussen de woorden " na zes jaar " en de woorden " in de loonschaal B1; ".
Art.3. Het koninklijk besluit van 24 oktober 2012 tot wijziging van sommige bepalingen van het koninklijk besluit van 30 maart 2001 tot regeling van de rechtspositie van het personeel van de politiediensten betreffende de loonschalen van de aspirant-inspecteur van politie, wordt ingetrokken.
Art.4. (NOTA : bij arrest nr. 231.482 van 9 juni 2015 heeft de Raad van State dit artikel vernietigd; BS 24-06-2015, p. 36616)
Dit besluit is van toepassing op hen die tot aspirant-inspecteur van politie worden aangesteld vanaf 1 oktober 2012.
Art. 5. De minister bevoegd voor Binnenlandse Zaken en de minister bevoegd voor Justitie zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.