Details



Externe links:

Justel
Reflex
Staatsblad pdf



Titel:

21 MEI 2012. - Besluit van de Regering tot wijziging van het ministerieel besluit van 12 april 1969 houdende de regelen tot staving van de nuttige ervaring bedoeld in artikel 3 van het koninklijk besluit van 22 maart 1969 tot vaststelling van het statuut van de leden van het bestuurs- en onderwijzend personeel, van het opvoedend hulppersoneel, van het paramedisch personeel der inrichtingen voor kleuter-, lager, buitengewoon, middelbaar, technisch, kunst- en normaalonderwijs van de Staat alsmede der internaten die van deze inrichtingen afhangen, en van de leden van de inspectiedienst belast met het toezicht op deze inrichtingen



Inhoudstafel:


Art. 1-5
BIJLAGEN.
Art. N1-N2



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:

1969041201 



Uitvoeringsbesluit(en):



Artikels:

Artikel 1. In het opschrift van het ministerieel besluit van 12 april 1969 houdende de regelen tot staving van de nuttige ervaring bedoeld in artikel 3 van het koninklijk besluit van 22 maart 1969 tot vaststelling van het statuut van de leden van het bestuurs- en onderwijzend personeel, van het opvoedend hulppersoneel, van het paramedisch personeel der inrichtingen voor kleuter-, lager, buitengewoon, middelbaar, technisch, kunst- en normaalonderwijs van de Staat alsmede der internaten die van deze inrichtingen afhangen, en van de leden van de inspectiedienst belast met het toezicht op deze inrichtingen wordt het woord " paramedisch " vervangen door de woorden " paramedisch en psychosociaal " en wordt het woord " buitengewoon " vervangen door het woord " gespecialiseerd ".

Art.2. Artikel 5 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt :
  " Art. 5 - De nuttige ervaring in het onderwijs moet worden bewezen aan de hand van een dienstattest dat is afgegeven door het schoolhoofd. Voor de erkenning van die diensten als nuttige ervaring is de procedure beschreven in de artikelen 2, 3 en 4 van toepassing.
  In afwijking van het eerste lid hoeft geen dienstattest te worden ingediend indien de diensten gepresteerd werden in het onderwijs dat door de Duitstalige Gemeenschap georganiseerd of gesubsidieerd wordt. "

Art.3. Bijlage 1 van hetzelfde besluit wordt vervangen door bijlage 1 van het voorliggende besluit.
  Bijlage 2 van hetzelfde besluit wordt vervangen door bijlage 2 van het voorliggende besluit.
  Bijlage 3 van hetzelfde besluit wordt opgeheven.

Art.4. Dit besluit treedt in werking op 1 september 2012.

Art.5. De minister bevoegd voor Onderwijs is belast met de uitvoering van dit besluit.

  Eupen, 21 mei 2012.
  Voor de Regering van de Duitstalige Gemeenschap :
  De Minister-President, Minister van Lokale Besturen,
  K.-H LAMBERTZ
  De Minister van Onderwijs, Opleiding en Werkgelegenheid,
  O. PAASCH

BIJLAGEN.
Art. N1. Bijlage 1. - Verklaring van diensten gepresteerd door de ondergetekende in een familiezaak of van activiteiten uitgeoefend voor eigen rekening
  De ondergetekende (naam en voornaam) . . . . ., geboren te . . . . . . . . . . . . . . ., op . . . . .,
  verklaart het beroep van . . . . . te hebben uitgeoefend/uit te oefenen in de familiezaak of als zelfstandige
  van (datum) . . . . . tot (datum) . . . . .
  op het volgend adres . . . . .
  Als bewijs van zijn verklaring legt hij volgende bescheiden over (bijvoorbeeld getuigschrift van inschrijving in het handelsregister, attest van de gemeenteoverheid, van de ontvanger van belastingen,...)
  . . . . .
  Datum
  Handtekening

  Gezien om te worden gevoegd bij het besluit van de Regering 2641/EX/VII/B/II van 21 mei 2012 tot wijziging van het ministerieel besluit van 12 april 1969 houdende de regelen tot staving van de nuttige ervaring bedoeld in artikel 3 van het koninklijk besluit van 22 maart 1969 tot vaststelling van het statuut van de leden van het bestuurs- en onderwijzend personeel, van het opvoedend hulppersoneel, van het paramedisch personeel der inrichtingen voor kleuter-, lager, buitengewoon, middelbaar, technisch, kunst- en normaalonderwijs van de Staat alsmede der internaten die van deze inrichtingen afhangen, en van de leden van de inspectiedienst belast met het toezicht op deze inrichtingen.
  Eupen, 21 mei 2012.
  Voor de Regering van de Duitstalige Gemeenschap :
  De Minister-President, Minister van Lokale Besturen,
  K.-H LAMBERTZ
  De Minister van Onderwijs, Opleiding en Werkgelegenheid,
  O. PAASCH

Art. N2. Bijlage 2. - Attest van diensten gepresteerd in een openbare of particuliere dienst of in een openbare of particuliere onderneming
  De ondergetekende (naam en voornaam) . . . . . . . . . ., (functie) . . . . .
  bij de instelling (benaming en adres van de dienst/onderneming) : . . . . . . . . . .
  bevestigt dat de heer/mevrouw (naam en voornaam van de persoon die om het attest verzoekt) . . . . .
  geboren te . . . . ., op . . . . .,
  diensten heeft gepresteerd/presteert als (beschrijving van de functie in de onderneming/dienst) . . . . .
  in de voormelde onderneming
  van (datum) . . . . . tot (datum) . . . . . van (datum) . . . . . tot (datum) . . . . . van (datum) . . . . . tot (datum) . . . . . in de afdeling(en) . . . . . In het kader van die activiteit heeft hij/zij . . . . .
  uren per week gepresteerd, wat overeenstemt met een voltijdse/deeltijdse (1) arbeidsregeling
  Handtekening en stempel van de onderneming/van de openbare of particuliere dienst

  Gezien om te worden gevoegd bij het besluit van de Regering 2641/EX/VII/B/II van 21 mei 2012 tot wijziging van het ministerieel besluit van 12 april 1969 houdende de regelen tot staving van de nuttige ervaring bedoeld in artikel 3 van het koninklijk besluit van 22 maart 1969 tot vaststelling van het statuut van de leden van het bestuurs- en onderwijzend personeel, van het opvoedend hulppersoneel, van het paramedisch personeel der inrichtingen voor kleuter-, lager, buitengewoon, middelbaar, technisch, kunst- en normaalonderwijs van de Staat alsmede der internaten die van deze inrichtingen afhangen, en van de leden van de inspectiedienst belast met het toezicht op deze inrichtingen.
  Eupen, 21 mei 2012.
  Voor de Regering van de Duitstalige Gemeenschap :
  De Minister-President, Minister van Lokale Besturen,
  K.-H LAMBERTZ
  De Minister van Onderwijs, Opleiding en Werkgelegenheid,
  O. PAASCH
  ------
  (1) Gelieve bij een deeltijdse arbeidstijdregeling te vermelden hoeveel uur/week een voltijdse betrekking omvat.