22 APRIL 2012. - Koninklijk besluit tot vaststelling van de opzeggingstermijnen in de ondernemingen met als activiteit de handel in ruwe huiden en vellen en die ressorteren onder het Paritair Subcomité voor de leerlooierij en de handel in ruwe huiden en vellen (PSC 128.01)
Art. 1-6
Artikel 1. Dit besluit is van toepassing op de werkgevers en op de werklieden van de ondernemingen met als activiteit de handel in ruwe huiden en vellen die ressorteren onder het Paritair Subcomité voor de leerlooierij en de handel in ruwe huiden en vellen, zowel voor de arbeidsovereenkomsten waarvan de uitvoering vóór 1 januari 2012 is aangevangen als diegene waarop artikel 65/1 van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten van toepassing is.
Art.2. In afwijking van de bepalingen van artikel 59, tweede en derde lid, van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten wordt, wanneer de opzegging van de werkgever uitgaat, de te geven opzeggingstermijn bij het beëindigen van de arbeidsovereenkomst voor werklieden, gesloten voor onbepaalde tijd, vastgesteld op :
- tweeëndertig dagen wat de werklieden betreft die 10 of minder jaren anciënniteit in de onderneming tellen;
- achtenveertig dagen wat de werklieden betreft die meer dan 10 en minder dan twintig jaar anciënniteit in de onderneming tellen;
- vierenzestig dagen wat de werklieden betreft die twintig of meer jaren anciënniteit in de onderneming tellen.
Art.3. De opzeggingen betekend vóór de inwerkingtreding van dit besluit blijven al hun gevolgen behouden.
Art.4. Het koninklijk besluit van 23 oktober 2006 tot vaststelling van de opzeggingstermijnen in de ondernemingen met als activiteit de handel in ruwe huiden en vellen die ressorteren onder het Paritair Subcomité voor de leerlooierij en de handel in ruwe huiden en vellen, wordt opgeheven.
Art.5. Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.
Art. 6. De Minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 22 april 2012.
ALBERT
Van Koningswege :
De Minister van Werk,
M. DE CONINCK