30 MAART 2012. - Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van artikel 52bis van het besluit van de Vlaamse Regering van 12 oktober 2007 tot reglementering van het sociale huurstelsel ter uitvoering van titel VII van de Vlaamse Wooncode
Art. 1-3
Artikel 1. In het besluit van de Vlaamse Regering van 12 oktober 2007 tot reglementering van het sociale huurstelsel ter uitvoering van titel VII van de Vlaamse Wooncode, het laatst gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 28 oktober 2011, wordt het opschrift van hoofdstuk IXbis vervangen door wat volgt :
" Hoofdstuk IXbis. Bepalingen die van toepassing zijn als een verhuurder een verhuurde woning verwerft".
Art.2. Artikel 52bis van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 30 september 2011, wordt vervangen door wat volgt :
" Art. 52bis. § 1. Als een verhuurder een woning die niet beantwoordt aan de definitie van sociale huurwoning, vermeld in artikel 2, § 1, eerste lid, 22°, van de Vlaamse Wooncode, verwerft, geldt de volgende regeling voor de zittende huurder.
Als de zittende huurder bij ingenottreding van de woning die verhuurd is door een andere verhuurder, moest voldoen aan inkomens- en eigendomsvoorwaarden, wordt hem, op het ogenblik van verwerving, een sociale huurovereenkomst als vermeld in artikel 31 aangeboden, ook al wordt die woning niet rationeel bezet. De overgangsperiode en de berekening van de huurprijs tijdens die overgangsperiode, vermeld in artikel 78, § 2, zijn van toepassing. Als de zittende huurder niet ingaat op het aanbod, wordt zijn huurovereenkomst opgezegd overeenkomstig de bepalingen van afdeling 2 van boek III, titel VIII, hoofdstuk II, van het Burgerlijk Wetboek.
Als de zittende huurder bij ingenottreding van de woning aan geen woonbehoeftigheidsvoorwaarden moest voldoen, wordt hem, op het ogenblik van verwerving, als hij voldoet aan de toelatingsvoorwaarden, vermeld in artikel 14, een sociale huurovereenkomst als vermeld in artikel 31 aangeboden, ook al wordt die woning niet rationeel bezet. Als de zittende huurder niet ingaat op het aanbod, wordt zijn huurovereenkomst opgezegd overeenkomstig de bepalingen van afdeling 2 van boek III, titel VIII, hoofdstuk II, van het Burgerlijk Wetboek. Als hij niet voldoet aan de toelatingsvoorwaarden, vermeld in artikel 14, wordt zijn huurovereenkomst opgezegd overeenkomstig de bepalingen van afdeling 2 van boek III, titel VIII, hoofdstuk II, van het Burgerlijk Wetboek.
§ 2. Als een verhuurder een sociale huurwoning als vermeld in artikel 2, § 1, eerste lid, 22°, van de Vlaamse Wooncode, verwerft, wordt de lopende huurovereenkomst door de verhuurder overgenomen, met behoud van de toepassing van artikel 78, § 2. ".
Art. 3. De Vlaamse minister, bevoegd voor de huisvesting, is belast met de uitvoering van dit besluit.
Brussel, 30 maart 2012.
De minister-president van de Vlaamse Regering,
K. PEETERS
De Vlaamse minister van Energie, Wonen, Steden en Sociale Economie,
F. VAN DEN BOSSCHE