24 OKTOBER 2008. - Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap tot erkenning van een groepering werkgeversfederaties in de socioculturele sectoren en tot organisatie van de subsidiëring ervan(NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 04-06-2012 en tekstbijwerking tot 29-07-2019)
Art. 1-6
Artikel 1. De Confederatie van de werkgevers van de sport- en socioculturele sectoren (Confédération des employeurs des secteurs sportif et socioculturel), hierna de CESSOC, gelegen Troonstraat 127, te 1050 Brussel, wordt als groepering van werkgeversfederaties erkend bedoeld bij artikel 2 van het decreet van 24 oktober 2008 tot bepaling van de voorwaarden voor de subsidiëring van de tewerkstelling in de socioculturele sectoren van de Franse Gemeenschap, om de verenigingen in te lichten en te steunen bij de verplichtingen die ze opgelegd worden krachtens :
1° het decreet van 24 oktober 2008 tot bepaling van de voorwaarden voor de subsidiëring van de tewerkstelling in de socioculturele sectoren van de Franse Gemeenschap;
2° het decreet van 19 oktober 2007 betreffende de invoering van een geïnformatiseerde databank voor tewerkstelling in de non-profit sector van de Franse Gemeenschap;
3° de reglementeringen uitgaande van de Paritaire commissie 329 van de socioculturele sector en de subcommissies.
Art.2.[1 Jaarlijks wordt een bedrag van 150.000 euro, dat jaarlijks geïndexeerd wordt volgens de indexering van de algemene begroting van de primaire uitgaven van de Franse Gemeenschap (gezondheidsindexcijfer) en dit, voor de eerste keer vanaf 1 januari 2020, aan de CESSOC toegekend met het oog op de uitvoering van de opdrachten bepaald bij artikel 1.]1
----------
(1)<BFG 2019-05-02/58, art. 1, 003; Inwerkingtreding : 01-01-2019>
Art.3. De subsidie bedoeld bij artikel 2 wordt jaarlijks uitbetaald als volgt :
- 85 % van het bedrag wordt voor 31 maart ten laatste vereffend;
- het saldo, d.w.z. 15 %, wordt na ontvangst van de rekeningen en de balans en het activiteitenverslag van het vorige jaar alsook de begroting en het activiteitenprogramma van het lopende jaar, gestort.
Art.4. Als bewijsstukken dient de CESSOC het activiteitenverslag in opgesteld op basis van de opdrachten bepaald bij artikel 1 en de rekeningen, balans en jaarlijkse begrotingen ervan overeenkomstig de minimumindeling van het algemene rekeningenstelsel, volgens het model gegeven door het Bestuur, gemaakt zodat de financiële controle bepaald in de wet uitgevoerd zou kunnen worden.
Art.5. Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2008.
Art. 6. De Minister van Begroting, belast met Sport en Ambtenarenzaken, de Minister van Cultuur en Audiovisuele Sector en de Minister van Jeugd en Onderwijs voor Sociale Promotie worden belast met de uitvoering van dit besluit.