20 SEPTEMBER 2012. - Koninklijk besluit tot uitvoering van artikel 88, vijfde lid, van de wet van 28 december 2011 houdende diverse bepalingen(NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 27-09-2012 en tekstbijwerking tot 01-09-2015)
Art. 1-6
Artikel 1.Volgende situaties geven aanleiding tot de toepassing van artikel 88, derde en vierde lid van de wet van 28 december 2011 houdende diverse bepalingen :
1° De terbeschikkingstelling wegens persoonlijke aangelegenheden voorafgaand aan de oppensioenstelling toegekend met toepassing van het hoofdstuk II en IIbis van het koninklijk besluit nr. 297 van 31 maart 1984 betreffende de opdrachten, de wedden, de weddetoelagen en de verloven voor verminderde prestatie in het onderwijs en de psycho-medisch-sociale centra, zoals het van toepassing is voor de Franse Gemeenschap;
2° De terbeschikkingstelling wegens persoonlijke aangelegenheden voorafgaand aan de oppensioenstelling toegekend met toepassing van het hoofdstuk II van het koninklijk besluit nr. 297 van 31 maart 1984 betreffende de opdrachten, de wedden, de weddetoelagen en de verloven voor verminderde prestatie in het onderwijs en de psycho-medisch-sociale centra, zoals het van toepassing is voor de Duitse Gemeenschap;
3° De disponibiliteit wegens persoonlijke aangelegenheden voorafgaand aan het rustpensioen toegekend met toepassing van de resolutie van de Provincieraad van Brabant " van 12 maart 1985;
4° De deeltijdse terbeschikkingstelling wegens persoonlijke aangelegenheden voorafgaand aan het rustpensioen toegekend met toepassing van artikel 2 van het besluit van de Vlaamse regering van 20 april 1994 betreffende de deeltijdse terbeschikkingstelling wegens persoonlijke aangelegenheden voorafgaand aan het rustpensioen voor personeelsleden van het onderwijs en van de psycho-medisch-sociale centra;
5° De halftijdse vervroegde uittreding toegekend met toepassing van de wet van 10 april 1995 betreffende de herverdeling van de arbeid in de overheidssector;
6° De disponibiliteit wegens functionele ongeschiktheid toegekend met toepassing van het koninklijk besluit van 14 september 1997 tot het bepalen, bij de Regie der Luchtwegen, van de voorwaarden tot toekenning van disponibiliteit wegens functionele ongeschiktheid als gevolg van directe en effectieve verkeersleiding;
7° Het verlof voorafgaand aan het pensioen toegekend met toepassing van het koninklijk besluit van 22 maart 1999 tot invoering van een verlof voorafgaand aan het pensioen voor sommige ambtenaren van de operationele diensten van de Algemene Directie van de Civiele Veiligheid;
8° Het verlof voorafgaand aan de pensionering toegekend met toepassing van artikel 3 van het Koninklijk besluit van 3 juni 1999 betreffende de invoering van de mogelijkheid van een verlof voorafgaand aan de pensionering voor de leden van een beroepsbrandweerkorps;
9° De vrijwillige disponibiliteit voorafgaand aan de pensionering toegekend met toepassing van de omzendbrief van 11 juni 1999 van de Minister-Voorzitter van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering;
10° De regeling van de volledige terbeschikkingstelling wegens persoonlijke aangelegenheden voorafgaand aan het rustpensioen toegekend met toepassing van de artikelen 2 en 9bis van het besluit van de Vlaamse regering van 11 februari 2000 betreffende de volledige terbeschikkingstelling wegens persoonlijke aangelegenheden voorafgaand aan het rustpensioen voor personeelsleden van het onderwijs en van de centra voor leerlingenbegeleiding;
11° Het stelsel van indisponibiliteitstelling voorafgaand aan de pensioengerechtigde leeftijd toegekend met toepassing van artikel 1 van het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 2 maart 2000 tot instelling ten gunste van het personeel van het Gewestelijk Agentschap voor Netheid van een stelsel van indisponibiliteitstelling voorafgaand aan de pensioengerechtigde leeftijd;
12° Het verlof voorafgaand aan de pensionering toegekend met toepassing van artikel 2 van het Besluit van de Vlaamse regering van 14 april 2000 houdende toekenning van een verlof voorafgaand aan de pensionering aan de ambtenaren van de administratieve diensten van de Raad van het Gemeenschapsonderwijs;
13° De volledige terbeschikkingstelling wegens persoonlijke aangelegenheden voorafgaand aan het rustpensioen toegekend met toepassing van de artikelen 5 en 9 van het besluit van de Vlaamse Regering van 22 februari 2002 betreffende de terbeschikkingstelling wegens persoonlijke aangelegenheden voorafgaand aan het rustpensioen voor de personeelsleden van de hogescholen in de Vlaamse Gemeenschap en van de Hogere Zeevaartschool;
14° De deeltijdse terbeschikkingstelling wegens persoonlijke aangelegenheden voorafgaand aan het rustpensioen toegekend met toepassing van artikel 25 van het besluit van de Vlaamse Regering van 22 februari 2002 betreffende de terbeschikkingstelling wegens persoonlijke aangelegenheden voorafgaand aan het rustpensioen voor de personeelsleden van de hogescholen in de Vlaamse Gemeenschap en van de Hogere Zeevaartschool;
15° De vrijwillige actieve disponibiliteit toegekend met toepassing van de collectieve overeenkomst van 16 mei 2002 met betrekking tot de regels voor het beheer van het personeel van [2 Proximus]2 met het oog op de implementatie van het BeST-plan;
16° De vrijwillige disponibiliteit voor de vastbenoemde personeelsleden ouder dan 57 jaar toegekend met toepassing van de beraadslaging van 28 juni 2002 van de Raad van Bestuur van het " Centre hospitalier régional de Huy ";
17° De specifieke stelsels van loobaanonderbreking toegekend met toepassing van het bericht nr. 28 HR/2003 van de NMBS Holding van 14 april 2003;
18° Het verlof voorafgaand aan het pensioen toegekend met toepassing van artikel 2 van het koninklijk besluit van 28 september 2003 tot invoering van een verlof voorafgaand aan het pensioen ten gunste van sommige ambtenaren in dienst in de buitendiensten van het Directoraat-generaal EPI - Penitentiaire Inrichtingen;
19° De disponibiliteit in afwachting van een pensioen toegekend met toepassing van de beslissing van het Bureau van het Parlement van de Franse Gemeenschap van 19 februari 2004 betreffende de disponibiliteit in afwachting van een pensioen;
20° De specifieke stelsels van loopbaanonderbreking toegekend met toepassing van het bericht nr. 22 HR/2004 van de NMBS Holding van 8 april 2004;
21° De eindeloopbaanplanning toegekend met toepassing van titel IV van de collectieve overeenkomst van 8 december 2005 met betrekking tot de regels van het beheer van het personeel van [2 Proximus]2 met het oog op de uitvoering van de eerste fase van de Topconferentie over de organisatie van het werk;
22° De loopbaanbonus toegekend met toepassing van de beslissing van het Bureau van de Kamer van volksvertegenwoordigers van 28 juni 2006;
23° Het verlof voorafgaand aan de pensionering toegekend met toepassing van artikel 2 van het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 13 juli 2006 houdende het verlof voorafgaand aan de pensionering voor de leden van het operationeel personeel van de Brusselse Hoofdstedelijke Dienst voor Brandweer en Dringende Medische Hulp;
24° De eindeloopbaanplanning toegekend met toepassing van de beslissing van de Raad van Bestuur van 12 december 2006 van de " Université de Mons ";
25° De uitstapregeling toegekend met toepassing van de beslissing van de Raad van Bestuur van INTEGAN van 16 maart 2007;
26° Het verlof voorafgaand aan de pensionering toegekend met toepassing van de beraadslaging van 4 juni 2008 van de Raad van O.C.M.W. Charleroi;
27° Het verlof voorafgaand aan de pensionering toegekend met toepassing van beraadslaging van 9 juni 2008 van de gemeenteraad van Charleroi;
28° De eindeloopbaanplanning toegekend met toepassing van de resolutie van 20 juni 2008 van de Provincieraad van (de provincie) Namen goedgekeurd bij ministerieel besluit van 22 augustus 2008;
29° De vrijwillige indisponibiliteitstelling voorafgaand aan het pensioen toegekend met toepassing van het Protocol 2008/85 van 22 september 2008 betreffende de vrijwillige indisponibiliteitstelling voorafgaand aan het pensioen van de statutaire leden van de directie van de Iris Ziekenhuizen Zuid;
30° De eindeloopbaanplanning toegekend met toepassing van de beraadslaging van 27 oktober 2008 van de stad Verviers tot aanneming van het reglement inzake de eindeloopbaanplanning en toegekend met toepassing van de beraadslaging van 2 mei 2011 tot aanneming van het nieuwe reglement inzake de eindeloopbaanplanning;
31° De halftijdse vervroegde uittreding toegekend met toepassing van artikel 402 van het besluit van de Waalse Regering van 5 december 2008 tot vaststelling van het administratieve en bezoldigingsstatuut van het personeel van " Wallonie-Bruxelles international ";
32° De vervroegde uitstap toegekend met toepassing van de beslissing van de Raad van Bestuur van Infrax WEST van 25 januari 2010 en van de beslissing van 16 mei 2011;
33° De vervroegde uitstap toegekend met toepassing van de beslissing van de Raad van Bestuur van Infrax Limburg van 22 februari 2010 en van de beslissing van 30 mei 2011;
34° De eindeloopbaanplanning onder de vorm van een financiële tegemoetkoming (incentive) voor de vermindering van de arbeidsprestaties toegekend met toepassing van het " règlement complémentaire pour des mesures de fins de carrière " gevoegd bij de beraadslaging van de Raad voor maatschappelijk welzijn van Verviers van 30 juni 2010;
35° De specifieke stelsels van loopbaanonderbreking toegekend met toepassing van het bericht nr. 38 H-HR/2011 van de NMBS Holding van 15 februari 2011;
36° De halftijdse loopbaanonderbreking vanaf de leeftijd van 50 jaar als einde loopbaanplanning toegekend met toepassing van de collectieve overeenkomsten 2005-2006, 2007-2008, 2009-2010 en 2011 van Bpost;
37° Het verlof voorafgaand aan de pensionering toegekend met toepassing van de collectieve overeenkomst van 2011 van Bpost;
38° De conventionele disponibiliteit wegens persoonlijke aangelegenheden, voorafgaand aan het rustpensioen toegekend met toepassing van de collectieve overeenkomst 2001-2003 verlengd door de collectieve overeenkomsten 2003-2005 en 2005-2007 van BAC (BIAC);
39° Het verlof voorafgaand aan de pensionering toegekend met toepassing van de artikelen 130 tot 132 van afdeling 20 van het personeelstatuut van de permanente diensten van het Brussels Parlement;
40° De viervijfde eindeloopbaan en de halftijdse eindeloopbaan toegekend met toepassing van de artikelen 132bis tot 132quinquies van afdeling 20 van het personeelstatuut van de permanente diensten van het Brussels Parlement;
41° De vrijwillige disponibiliteit toegekend met toepassing van de artikelen 72bis en 72ter van de pensioenregeling van de personeelsleden van de " Association liégeoise du Gaz " op 1 januari 2011 door opslorping gefusioneerd met TECTEO;
42° Het vrijwillige verlof voorafgaand aan de pensionering toegekend met toepassing van artikel 150bis van het administratief en geldelijk statuut van het gemeentepersoneel van het O.C.M.W. Virton;
43° Het vrijwillige verlof voorafgaand aan de pensionering toegekend met toepassing van artikel 150bis van het administratief en geldelijk statuut van het gemeentepersoneel van de stad Virton;
44° Het brugpensioenstelsel toegekend met toepassing van bijlage 5 van het Organiek Personeelsreglement van de Senaat;
45° De voortijdige pensionering vanaf 59 jaar toegekend met toepassing van artikel 11.20 van het personeelstatuut van de Provinciale Brabantse Energiemaatschappij P.B.E.;
46° de vrijwillige disponibiliteit in afwachting van de oprustpensioenstelling toegekend met toepassing van artikel 45 van het administratief statuut van het personeel van het Waalse Parlement;
47° De vrijwillige terbeschikkingstelling voorafgaand aan het rustpensioen toegekend met toepassing van artikel 13.8 van het statuut van het personeel van het Algemeen Secretariaat van het Vlaams Parlement;
48° De voltijdse of halftijdse terbeschikkingstelling voorafgaand aan pensionering toegekend met toepassing van artikel 11.53ter van het statuut van het personeel van het Algemeen Secretariaat van het Vlaams Parlement;
49° Het verlof voorafgaand aan het pensioen toegekend met toepassing van de artikelen 130 tot 132 van het statuut van de Permanente Diensten van de Raad Vlaamse Gemeenschapscommissie;
50° De viervijfderegeling aan het einde van de loopbaan toegekend met toepassing van artikel 132bis van het Statuut van de Permanente Diensten van de Raad Vlaamse Gemeenschapscommissie;
51° De halftijdse regeling aan het einde van de loopbaan met toepassing van artikel 132ter van het Statuut van de Permanente Diensten van de Raad Vlaamse Gemeenschapscommissie;
52° De begeleidingsmaatregel toegekend met toepassing van de bijlage aan het protocolakkoord betreffende de maatregelen 2009-2013 van het " Centre hospitalier Peltzer-La Tourelle ";
53° Het gunstverlof voor de oppensioenstelling toegekend met toepassing van addendum 5 van het Vademecum van de Antwerpse Waterwerken - AWW;
[1 54° De vervroegde uitstap toegekend met toepassing van de akkoordprotocols van 12 februari 2010 en 1 maart 2011 houdende regeling van de sociale programmatie voor de periode 1 januari 2010 tot en met 31 december 2011 van de Intercommunale voor Energie (IVEG);
55° De vrijwillige vervroegde uitdiensttreding toegekend met toepassing van de artikelen 86 tot 90 van het personeelsstatuut van de Intercommunale Vereniging voor Crematoriumbeheer in de provincie Antwerpen (IVCA), ter uitvoering van de collectieve arbeidsovereenkomst van 7 juni 2000;
56° De halftijdse loopbaanonderbreking voor personeelsleden ouder dan 50 jaar toegekend met toepassing van de akkoordprotocollen van 7 september 2000, 15 maart 2001 en 24 oktober 2002 van de intercommunale "Centre Hospitalier Régional de la Citadelle";
57° Het verlof voorafgaand aan de pensionering toegekend met toepassing van de artikelen 130 tot 132 van het personeelsstatuut van de permanente diensten van het Franstalig Brussels parlement van 7 november 2003, gewijzigd op 24 maart 2006, 24 april 2009 en 28 januari 2011;
58° De viervijfde eindeloopbaan en de halftijdse eindeloopbaan toegekend met toepassing van de artikelen 132bis tot 132quinquies van het personeelsstatuut van de permanente diensten van het Franstalig Brussels parlement van 7 november 2003, gewijzigd op 24 maart 2006, 24 april 2009 en 28 januari 2011.]1
----------
(1)<KB 2014-03-19/12, art. 1, 002; Inwerkingtreding : 01-01-2013>
(2)<W 2015-08-10/26, art. 3, 003; Inwerkingtreding : 22-06-2015 (zie KB 2015-09-11/02, art. 1)>
Art.2. In afwijking van artikel 1 geeft de in artikel 1, 20° en 35° bedoelde loopbaanonderbreking geen aanleiding tot de toepassing van artikel 88, derde en vierde lid van voormelde wet van 28 december 2011 indien zij werd toegekend wegens definitieve lichamelijke ongeschiktheid voor het uitoefenen van de eigen functie of wegens afschaffing van betrekking.
Art.3. In afwijking van artikel 1 geeft de in artikel 1, 17° en 20° bedoelde loopbaanonderbreking slechts aanleiding tot de toepassing van artikel 88, derde en vierde lid van voormelde wet van 28 december 2011 voor zover een aanvullende uitkering wordt gestort door de werkgever.
Art.4. In afwijking van artikel 1 geeft de in artikel 1, 5° bedoelde halftijdse vervroegde uittreding slechts aanleiding tot de toepassing van artikel 88, derde en vierde lid van voormelde wet van 28 december 2011 indien dat verlof onherroepelijk was op het moment van de indiening van de aanvraag bij de werkgever.
Art.5. Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2013.
Art. 6. Onze Minister van Pensioenen is belast met de uitvoering van dit besluit.