26 NOVEMBER 2012. - Koninklijk besluit betreffende de bijdrage in de werkings-, personeels- en oprichtingskosten van de Kansspelcommissie verschuldigd door de houders van de vergunningen klasse A, A+, B, B+, C, E, F1, F1+, F2, G1 en G2 voor het burgerlijk jaar 2013 (NOTA : Bekrachtigd met uitwerking op de datum van zijn inwerkingtreding bij W2014-04-25/23, art. 117)
Art. 1-4
Artikel 1. § 1. Voor het burgerlijk jaar 2013 bedraagt de retributie voor een vergunning klasse A 19.035 euro, voor een vergunning klasse A+ 19.035 euro, voor een vergunning klasse B 9.517 euro en voor een vergunning klasse B+ 9.517 euro.
Daarenboven bedraagt de retributie voor de houders van een vergunning klasse A, die automatische toestellen exploiteren, 615 euro per toestel met een minimum van 18.523 euro.
§ 2. Voor de houders van een vergunning klasse C die hun vergunning ontvangen in het burgerlijk jaar 2013, bedraagt de bijdrage 645 euro.
Voor de houders die een vergunning klasse C ontvangen vóór 1 januari 2011 bedraagt de retributie 129 euro.
§ 3. De retributie voor een vergunning klasse E bedraagt 3.174 euro voor de houders die enkel diensten leveren inzake onderhoud, herstelling of uitrusting van kansspelen. Voor de andere houders van een vergunning klasse E bedraagt de retributie 1.587 euro per aangevatte schijf van 50 toestellen.
§ 4. De retributie voor een vergunning klasse F1 bedraagt 10.862 euro, voor een vergunning klasse F1+ 10.862 euro en voor een vergunning F2 voor het aannemen van weddenschappen binnen een kansspelinrichting klasse IV 3.258 euro. Voor de houders van een vergunning F2 die weddenschappen aannemen buiten een kansspelinrichting klasse IV bedraagt de retributie 1.629 euro.
De retributie voor automatische kansspelen zoals bedoeld in artikel 43/4, § 2, 3e lid, van de wet van 7 mei 1999 op de kansspelen, de weddenschappen, de kansspelinrichtingen en de bescherming van de spelers, bedraagt 384 euro.
§ 5. Voor een vergunning klasse G1 bedraagt de retributie 19.035 euro en voor een vergunning klasse G2 106 euro.
Art.2. De vergunninghouders klasse E delen het aantal toestellen dat zij verhuren, in leasing geven, leveren of ter beschikking stellen op 1 januari 2013 mee aan de Kansspelcommissie uiterlijk op 1 februari 2013.
De vergunninghouders klasse E delen het aantal kansspelen dat zij produceren, verkopen of invoeren gedurende het burgerlijk jaar 2012 mee aan de Kansspelcommissie uiterlijk op 1 februari 2013.
Art.3. Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2013.
Art. 4. De minister bevoegd voor Justitie, de minister bevoegd voor Financiën en voor de Nationale Loterij, de minister bevoegd voor Economie, de minister bevoegd voor Binnenlandse Zaken en de minister bevoegd voor Volksgezondheid zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.