11 DECEMBER 2012. - Koninklijk besluit tot regeling van de toekenningsmodaliteiten van een financiele tussenkomst voor 2012 ten laste van het " Fonds ter financiering van sommige verrichte uitgaven die verbonden zijn aan de veiligheid voortvloeiend uit de organisatie van de Europese Toppen te Brussel, evenals van uitgaven voor veiligheid en preventie die verbonden zijn aan de nationale en internationale hoofdstedelijke functie van Brussel " aan de brusselse politiezones voor de aanmoediging van de rekrutering en van het behoud van het aanwezige personeel
Art. 1-7
Artikel 1. Voor het begrotingsjaar 2012 wordt een financiële tussenkomst van een maximumbedrag van 5.450.000 euro toegekend aan het geheel van de politiezones van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest (code 5339, 5340, 5341, 5342, 5343 en 5344) ten bekostiging van de statutaire maatregelen voor de aanmoediging van de rekrutering van nieuwe personeelsleden en voor het behoud van de aanwezige personeelsleden, zoals bedoeld in de artikelen XI.III.28bis en XI.III.28ter, RPPol, ingevoegd bij koninklijk besluit van 3 februari 2004 tot wijziging van verschillende teksten betreffende de rechtspositie van het personeel van de politiediensten.
Art.2. De uitgaven waarvoor de financiële tussenkomst wordt verleend, betreffen uitsluitend de meerkost die door de in artikel 1 bedoelde maatregelen wordt veroorzaakt.
Om de meerkost van de in artikel XI.III.28bis RPPol bedoelde toelage te bepalen, wordt de hypothetische kost van de toelage bedoeld in artikel XI.III.28 RPPol in mindering gebracht.
Art.3. Binnen de grenzen van de beschikbare kredieten wordt de financiële tussenkomst op de bankrekening van de politiezone gestort
a) op grond van de documenten die het sociaal secretariaat GPI opstelt en voor betaling aan de Algemene Directie Veiligheids en Preventie van de FOD Binnenlandse Zaken (Waterloolaan 76, 1000 Brussel) richt;
b) voor de personeelsleden die de in artikel XI.III.28ter bedoelde verbintenis naleven.
Art.4. De in artikel 1 bedoelde financiële tussenkomst worden aangerekend op basisallocatie 13-56-70-43.22.01.
Art.5. De Minister van Binnenlandse Zaken of zijn afgevaardigde kunnen op ieder ogenblik en binnen de politiezones alle documenten raadplegen waarmee het bewijs geleverd wordt dat de voorwaarden die het recht op de financiële tussenkomst openen, vervuld werden.
Art.6. Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2012.
Art. 7. Onze Minister van Binnenlandse Zaken is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 11 december 2012.
ALBERT
Van Koningswege :
De Minister van Binnenlandse Zaken,
Mevr. J. MILQUET