Details



Externe links:

Justel
Reflex
Staatsblad pdf



Titel:

31 OKTOBER 2011. - Besluit van de administrateur- generaal houdende delegatie van sommige bevoegdheden aan de algemeen directeur en aan de afdelingshoofden van het intern verzelfstandigd agentschap Jongerenwelzijn



Inhoudstafel:

HOOFDSTUK I. - Algemene bepalingen
Art. 1-6
HOOFDSTUK II. - Delegaties van algemene aard
Art. 7
HOOFDSTUK III. - Specifieke delegaties
Art. 8-11
HOOFDSTUK IV. - Mogelijkheid tot subdelegatie
Art. 12-13
HOOFDSTUK V. - Regeling bij vervanging
Art. 14
HOOFDSTUK VI. - Gebruik van delegaties en verantwoording
Art. 15-17
HOOFDSTUK VII. - Slotbepalingen
Art. 18-20
BIJLAGE.
Art. N



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:

2006036252 



Uitvoeringsbesluit(en):



Artikels:

HOOFDSTUK I. - Algemene bepalingen
Artikel 1. Dit besluit is van toepassing op het intern verzelfstandigd agentschap Jongerenwelzijn binnen het beleidsdomein Welzijn, Volksgezondheid en Gezin.

Art.2. Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder :
  1° de minister : De Vlaamse minister, bevoegd voor de bijstand aan personen, vermeld in artikel 5, § 1, II, van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, met uitzondering van de uitoefening van het administratief toezicht op de openbare centra voor maatschappelijk welzijn;
  2° de administrateur-generaal : de ambtenaar die belast is met de leiding van het intern verzelfstandigd agentschap Jongerenwelzijn;
  3° de algemeen directeur : het personeelslid, houder van een managementfunctie die zich organiek en functioneel situeert tussen het N-niveau en het niveau N-1, en die belast is met de leiding van een afdeling op laatstgenoemde niveau binnen het intern verzelfstandigd agentschap Jongerenwelzijn;
  4° het afdelingshoofd : het personeelslid, houder van een managementfunctie van N-1 niveau, dat belast is met de leiding van een afdeling op N-1 niveau binnen het intern verzelfstandigd agentschap Jongerenwelzijn, zijnde :
  a) het personeelslid dat belast is met de leiding van de afdeling Preventie- en Verwijzersbeleid;
  b) het personeelslid dat belast is met de leiding van de afdeling Voorzieningenbeleid;
  c) het personeelslid dat belast is met de leiding van de afdeling Gemeenschapsinstellingen;
  d) het personeelslid dat belast is met de leiding van de afdeling Algemene diensten.
  5° de beheersovereenkomst : een overeenkomst die wordt gesloten tussen de minister en een agentschap zoals wordt beschreven in artikel 8 van het decreet Beter Bestuurlijk Beleid van 18 juli 2003, gewijzigd bij de decreten van 7 mei 2004 en 15 juli 2005;
  6° het fonds : het Fonds Jongerenwelzijn opgericht bij artikel 54 van het decreet van 7 maart 2008 inzake bijzondere jeugdbijstand.

Art.3. § 1. De beslissingsbevoegdheden die bij dit besluit worden uitgeoefend binnen de grenzen en met inachtneming van de voorwaarden en bepalingen die zijn vastgelegd in relevante wetten, decreten, besluiten, omzendbrieven, dienstorders en andere vormen van reglementering, richtlijnen en beslissingen, alsook van de desbetreffende beheersovereenkomst.
  § 2. De delegaties aan de afdelingshoofden en de algemeen directeur gelden onverminderd de bevoegdheden en opdrachten van de andere actoren in de ontvangsten- en uitgavencyclus, en onverminderd de verplichting tot het instellen van een functiescheiding bij de organisatie van de processen van de financiële afhandeling van de dossiers.
  § 3. De bij dit besluit aan de afdelingshoofden gedelegeerde beslissingsbevoegdheden kunnen alleen uitgeoefend worden binnen de grenzen van de taakstelling van de afdeling of dienst in kwestie en binnen de grenzen van de kredieten en middelen die onder het beheer van de afdeling of dienst in kwestie ressorteren.

Art.4. Als in dit besluit de beslissingsbevoegdheid voor bepaalde aangelegenheden expliciet gedelegeerd wordt, strekt de delegatie zich ook uit tot :
  1° het nemen van de beslissingen in het kader van de voorbereiding en de uitvoering van aangelegenheden;
  2° het nemen van de beslissingen van ondergeschikt belang of aanvullende aard die noodzakelijk zijn voor de uitoefening van de bevoegdheid of die er inherent deel van uitmaken;
  3° het sluiten van overeenkomsten.

Art.5. De bij dit besluit verleende delegaties hebben zowel betrekking op de apparaatskredieten als op de beleidskredieten.

Art.6. De in dit besluit vermelde bedragen zijn exclusief de belasting over de toegevoegde waarde.

HOOFDSTUK II. - Delegaties van algemene aard
Art.7. § 1. De algemeen directeur en de afdelingshoofden zijn gemachtigd om de volgende opdrachten uit te oefenen in verband met het ondertekenen van briefwisseling :
  1° het voeren van de dagelijkse briefwisseling, met uitzondering van die gericht aan het Rekenhof of aan een Vlaams minister;
  2° het in ontvangst nemen van gewone en aangetekende zendingen, met uitzondering van dagvaardingen;
  3° het goedkeuren van staten van verschuldigde sommen betreffende presentiegelden en reis- en verblijfskosten, voor zover ze betrekking hebben op personeel, of verband houden met de werking van comités, commissies, advies-, overleg- of beroepsorganen die aan hun afdeling verbonden zijn;
  4° het goedkeuren van regularisaties van de werktijdregeling en dienstvrijstellingen voor het personeel van hun afdeling;
  5° het eensluidend verklaren en afleveren van uittreksels en afschriften van documenten die verband houden met de taken van hun afdeling;
  6° het ondertekenen van nota's die verband houden met hun afdeling en die bestemd zijn voor de bevoegde inspecteur van Financiën;
  7° het goedkeuren van de besluiten betreffende de toekenning van voorschotten en saldi.
  § 2. De algemeen directeur en de afdelingshoofden zijn gemachtigd om de volgende opdrachten uit te oefenen in verband met interne organisatie, personeelsmanagement en facilitair management :
  1° inzake personeelsmanagement :
  a) het aanwerven en ontslaan van contractuele personeelsleden binnen de grenzen van het goedgekeurd personeelsplan (PEP), van specifieke beslissingen van de directieraad van het agentschap voor tijdelijke wervingen buiten het PEP en met toepassing van de bestaande regels inzake vervangingen van afwezigheden met oog op een continue dienstverlening;
  b) het toestaan van cumulatie;
  c) het ondertekenen van besluiten die nieuwe personeelsleden toelaten tot de proeftijd na een vergelijkend aanwervingsexamen of na een vergelijkend examen voor de overgang naar een ander niveau;
  d) het ondertekenen van de benoemingsbesluiten;
  e) het leidinggeven tijdens de proefperiode;
  f) het wijzigen van de dienstaanwijzing;
  g) het afnemen van de eed van ambtenaar;
  h) het goedkeuren van het vrij vormingsgedeelte voor ambtenaren van niveau A;
  i) het toestaan van verloven en dienstvrijstellingen, behoudens de verloven waarvoor het Vlaams Personeelsstatuut bepaalt dat ze door de minister worden toegestaan;
  j) het ontslaan van personeelsleden;
  k) het vaststellen van de standplaats van een personeelslid;
  l) de indienstneming van personeelsleden, na goedkeuring van de vacature en de functiebeschrijving op hoofdlijnen door de administrateur-generaal;
  m) het toewijzen van de functie aan de personeelsleden;
  n) het toewijzen van de salarisschaal en de goedkeuring van de toelagen en vergoedingen die het VPS vaststelt;
  o) het nemen van beslissingen inzake de bevordering van personeelsleden;
  p) het goedkeuren van voorstellen tot eervolle onderscheidingen;
  q) het bepalen van de wijze van aanvraag en opname van dienstvrijstellingen.
  2° Inzake facilitair management : het goedkeuren van de uitgaven betreffende bestaansmiddelen binnen het door de directieraad goedgekeurde bestedingsplan, onverminderd de procedures van interne controle.
  § 3. De algemeen directeur en de afdelingshoofden zijn gemachtigd om de volgende opdrachten uit te oefenen in verband met de uitvoering van de begroting :
  1° met betrekking tot de beslissingsbevoegdheden die aan hen gedelegeerd zijn binnen de kredieten en de middelen die onder het beheer van hun afdeling ressorteren, het nemen van beslissingen met betrekking tot het aangaan van verbintenissen, het nemen van vastleggingen, het goedkeuren van verplichtingen, uitgaven en betalingen, met inbegrip van de ondertekening van de vastleggings- en ordonnanceringsdocumenten, het vaststellen van vorderingen en het verkrijgen van ontvangsten en inkomsten;
  2° met betrekking tot de aangelegenheden waarvoor de beslissing bij de Vlaamse Regering, de minister, de administrateur-generaal of een ander orgaan berust, binnen de kredieten en middelen die onder het beheer van hun afdeling of dienst ressorteren, het nemen van administratieve beslissingen en het stellen van administratieve handelingen, met inbegrip van de ondertekening van de vastleggings- en ordonnanceringsdocumenten die in het kader van de ontvangsten- en uitgavencyclus noodzakelijk zijn voor de voorbereiding en de uitvoering van de beslissing van de Vlaamse Regering, de minister, de administrateur-generaal of het ander orgaan;
  3° het verlenen van subsidies die nominatim in de begroting zijn vermeld;
  4° het verlenen van niet-gereglementeerde subsidies, die niet-nominatim in de begroting zijn ingeschreven, tot een maximumbedrag van 50.000 euro;
  5° het verlenen van gereglementeerde subsidies;
  6° het geven en toestaan van inspectieopdrachten;
  7° het goedkeuren van allerlei uitgaven conform het door de directieraad goedgekeurde bestedingsplan ten laste van het Fonds Jongerenwelzijn.
  § 4. De algemeen directeur en de afdelingshoofden zijn gemachtigd om de volgende opdrachten uit te oefenen in verband met overheidsopdrachten en andere uitgaven :
  1° in het kader van de werking van hun afdeling het goedkeuren van de bestekken voor werken, levering of diensten of de documenten die ze vervangen, het bepalen van de wijze waarop die opdrachten worden gegund, het gunnen van opdrachten voor de aanneming van werken, levering of diensten en de organisatie van de uitvoering ervan. Deze machtiging geldt alleen binnen de grenzen van de specifieke kredieten waarvoor de afdeling of de dienst bevoegd is.
  De toewijzing van de specifieke kredieten aan de onderscheiden afdelingen en de dienst van het agentschap gebeurt op basis van afspraken in het managementorgaan van het agentschap. Tevens geldt de voormelde machtiging alleen binnen de grenzen van de volgende ramingen en bedragen :



  
  
Bedragen in euro
  
Openbare aanbesteding of algemene offerteaanvraag Beperkte aanbesteding of beperkte offerteaanvraag Onderhandelingsprocedure met voorafgaande bekendmaking Onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking
  
Werken 13.000.000 2.000.000 1.500.000 1.000.000
  
Leveringen 8.000.000 1.200.000 900.000 600.000
  
Diensten 2.400.000 800.000 500.000 200.000

  2° de eenvoudige uitvoering van de opdrachten voor de aanneming van werken, leveringen of diensten die ter uitvoering van taken van hun afdeling of dienst werden gegund door de Vlaamse Regering, de bevoegde Vlaamse minister of de administrateur-generaal. Onder eenvoudige uitvoering moet worden verstaan, het treffen van alle maatregelen en beslissingen die ertoe strekken het voorwerp van de opdracht te verwezenlijken en die binnen de grenzen van de aanneming blijven, met uitzondering van de maatregelen en beslissingen die een beoordeling van een gunnende overheid vereisen.
  3° met betrekking tot de opdrachten, vermeld in punt 1° :
  a) het toestaan van gemotiveerde afwijkingen op de essentiële bepalingen en voorwaarden, met toepassing van artikel 8 van het koninklijk besluit van 26 september 1996 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten en de concessies voor openbare werken;
  b) het kwijtschelden van boeten;
  4° met betrekking tot de opdrachten, vermeld in punt 1° en 2° :
  a) het goedkeuren van prijsherzieningen die voortvloeien uit de overeenkomsten in kwestie, zonder beperking van bedrag;
  b) het goedkeuren van verrekeningen, andere dan de herzieningen, vermeld in punt a) voor zover hieruit extra bijkomende uitgaven van niet meer dan 15 % voortvloeien;
  5° het goedkeuren van allerlei uitgaven en facturen die buiten de toepassing vallen van de wetgeving op de overheidsopdrachten en betrekking hebben op de uitvoering van taken van hun afdeling of dienst, tot een bedrag van maximum 20.000 euro, voor zover de uitgaven in kwestie niet voortvloeien uit vonnissen of arresten, dadingen of schulderkenningen.

HOOFDSTUK III. - Specifieke delegaties
Art.8. Het afdelingshoofd van de afdeling Preventie- en Verwijzersbeleid is gemachtigd te beslissen over de toevoeging van vrijwillige consulenten in overeenstemming met respectievelijk artikel 64 en artikel 115 van het besluit van de Vlaamse Regering van 24 oktober 2008 tot uitvoering van het decreet van 7 maart 2008 inzake bijzondere jeugdbijstand :
  a) aan de sociale diensten voor vrijwillige jeugdbijstand;
  b) aan de sociale diensten voor gerechtelijke jeugdbijstand.

Art.9. Het afdelingshoofd van de afdeling voorzieningenbeleid is gemachtigd tot :
  1° het toewijzen van functies in de erkende voorzieningen van de bijzondere jeugdbijstand die moeten beantwoorden aan aanvullende voorwaarden met het oog op de toepassing van specifieke tewerkstellingsprogramma's van de Vlaamse overheid;
  2° het toestaan van afwijkingen, als vermeld in de regelgeving inzake de erkenningsvoorwaarden en de subsidienormen van de voorzieningen bijzondere jeugdbijstand binnen de grenzen van de begroting bijzondere jeugdbijstand;
  3° het afleveren van attesten of verklaringen die betrekking hebben op de erkenning van voorzieningen;
  4° het nemen van beslissingen inzake erkenningen die van ondergeschikt belang of aanvullende aard zijn, en die noodzakelijk zijn voor de uitoefening van de bevoegdheid of er inherent deel van uitmaken;
  5° het goedkeuren van de zorgstrategische planning.

Art.10. Het afdelingshoofd van de afdeling Gemeenschapsinstellingen is gemachtigd tot het beheren van het patrimonium, bestemd voor het uitvoeren van de opdracht van de gemeenschapsinstellingen met uitzondering van het nemen van beslissingen inzake de verwerving en de vervreemding van onroerende goederen.
  Tevens is hij/zij bevoegd voor het beheer van de opnamecapaciteit van de gemeenschapsinstellingen en de toewijzing van gevraagde opnames via de interCAP module.

Art.11. Het afdelingshoofd van de afdeling Algemene diensten is gemachtigd tot :
  1° het spreiden van de terugbetalingstermijnen van vorderingen over maximaal 60 maanden, binnen de grenzen van het besluit van de Vlaamse Regering van 13 juli 1994 inzake de erkenningsvoorwaarden en de subsidienormen voor de voorzieningen van de bijzondere jeugdbijstand;
  2° het opschorten van de invordering van vorderingen voor een bedrag van ten hoogste 7.450 euro per dossier, in afwachting van de wettelijke annulatie, als de inning of de terugvordering ervan strijdig is met een goed financieel beheer, rekening houdend met de procedure, vastgelegd in artikel 17, § 2, van het besluit van de Vlaamse Regering van 7 mei 2004 tot oprichting van het intern verzelfstandigd agentschap Jongerenwelzijn.
  Die vorderingen hebben betrekking op :
  a) de terugvordering van ten onrechte betaalde subsidies;
  b) de terugvordering van kinderbijslagen of van vergoedingen die een gedeelte van de kinderbijslagen vervangen;
  c) de inning van bijdragen van personen ten aanzien van wie hulp wordt georganiseerd of van de onderhoudsplichtige personen;
  3° het goedkeuren van de facturen met beslissing tot personeelsuitgaven.

HOOFDSTUK IV. - Mogelijkheid tot subdelegatie
Art.12. De afdelingshoofden en de algemeen directeur kunnen de bevoegdheden die hiervoor in aanmerking komen, subdelegeren aan de personeelsleden van hun afdeling of dienst tot op het meest functionele niveau. Elke subdelegatie wordt meegedeeld aan de administrateur-generaal die het Rekenhof en de minister, bevoegd voor de bijstand aan personen, daarvan op de hoogte brengt.

Art.13. De subdelegaties worden vastgesteld in een besluit van het afdelingshoofd of de algemeen directeur. Een afschrift van het besluit wordt aan de administrateur-generaal bezorgd.

HOOFDSTUK V. - Regeling bij vervanging
Art.14. De bij dit besluit verleende delegaties worden tevens verleend aan het personeelslid dat met de waarneming van de functie van algemeen directeur of afdelingshoofd belast is of deze laatsten vervangt bij tijdelijke afwezigheid of verhindering. In geval van tijdelijke afwezigheid of verhindering plaatst het betrokken personeelslid boven de vermelding van zijn graad en handtekening, de formule "Voor de algemeen directeur, afwezig" of "Voor het afdelingshoofd, afwezig".

HOOFDSTUK VI. - Gebruik van delegaties en verantwoording
Art.15. De personeelsleden aan wie de beslissingsbevoegdheden werden gesubdelegeerd, nemen de nodige zorgvuldigheid in acht bij het gebruik van de verleende delegaties.

Art.16. Over het gebruik van de verleende delegaties wordt trimestrieel gerapporteerd aan de administrateur-generaal, met uitzondering van aangelegenheden, vermeld in artikel 7, § 2, 2°, en § 3, 7°, die een maandelijkse rapporteringplicht inhouden en met uitzondering van artikel 7, § 1, waarover geen rapportering is vereist.

Art.17. § 1. De administrateur-generaal heeft het recht om, bij eenvoudige beslissing, de verleende delegaties tijdelijk, geheel of gedeeltelijk op te heffen.
  § 2. In voorkomend geval worden de beslissingen over de aangelegenheden waarvoor de delegatie tijdelijk werd opgeheven, genomen door de administrateur-generaal.

HOOFDSTUK VII. - Slotbepalingen
Art.18. Het besluit van de administrateur-generaal van 26 juni 2006 houdende delegatie van sommige bevoegdheden aan de algemeen directeur en de afdelingshoofden van het intern verzelfstandigd agentschap Jongerenwelzijn, gewijzigd bij besluiten van de administrateur-generaal van 18 oktober 2006 en 26 juni 2008, wordt opgeheven.

Art.19. Een afschrift van het besluit zal aan de minister en aan het Rekenhof worden bezorgd.

Art.20. Dit besluit treedt in werking vanaf 1 november 2011.

  Brussel, 31 oktober 2011.
  De administrateur-generaal van het agentschap Jongerenwelzijn,
  S. VAN MULDERS

BIJLAGE.
Art. N.
  De aangelegenheden die niet of niet volledig voor subdelegatie in aanmerking komen :
  Inzake het ondertekenen van briefwisseling :
  . het voeren van de dagelijkse briefwisseling die gericht is aan een Vlaams minister;
  . het antwoorden op brieven van het Rekenhof;
  . het voeren van briefwisseling van beleidsmatige aard, tenzij deze een louter informatief karakter heeft;
  . het antwoorden op vragen om uitleg, interpellaties en schriftelijke vragen van Vlaamse Volksvertegenwoordigers;
  . het voeren van andere briefwisseling die het niveau van individuele dossiers overstijgt, tenzij deze een louter informatief karakter heeft;
  . het in ontvangst nemen van dagvaardingen ten aanzien van het Fonds Jongerenwelzijn.
  Inzake personeelsmanagement :
  -> Omwille van wettelijk verbod tot subdelegatie op grond van het huidige Vlaams Personeelsstatuut :
  . het nemen van de juridische beslissingen met betrekking tot de erkenning van arbeidsongevallen en van ongevallen op de weg naar en van het werk en met betrekking tot de toekenning van schadevergoeding voor arbeidsongevallen, voor ongevallen op de weg naar en van het werk en voor beroepsziekten in de overheidssector;
  . het definitief uitspreken van een afzetting en het ontslag van ambtswege, na advies van de raad van beroep, voor de ambtenaren die ressorteren onder het agentschap Jongerenwelzijn.
  -> Omwille van opportune redenen, onder andere :
  . het goedkeuren van de vacature en de functiebeschrijving bij indienstneming van statutaire personeelsleden;
  . het vaststellen van bijzondere aanwervingsvoorwaarden voor een functie in overeenstemming met de functiebeschrijving en het competentieprofiel, en na overleg met de selector.
  Inzake interne organisatie en facilitair management :
  . het nemen van beslissingen in verband met de organisatie van de werkzaamheden en het goed functioneren van het intern verzelfstandigd agentschap, met inbegrip van de indeling in subentiteiten, de vaststelling van het organogram, het procesmanagement en het communicatiemanagement.
  Inzake de uitvoering van de begroting :
  . het aanvaarden of het weigeren van schenkingen en legaten;
  . het nemen van beslissingen te nemen op grond van artikel 42 § 3 van het besluit van de Vlaamse Regering van 13 juli 1994 inzake de erkenningsvoorwaarden en de subsidienormen voor de voorzieningen van de bijzondere jeugdbijstand. [1]
  (zie ook artikel 17 van het besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van het decreet van 7 maart 2008 inzake bijzondere jeugdbijstand)
  . het verlenen van niet-gereglementeerde subsidies, die niet-nominatum in de begroting zijn ingeschreven, tot een maximumbedrag van 150.000 euro ;
  Aan de afdelingshoofden en de algemeen directeur wordt enkel gesubdelegeerd terzake voor een maximumbedrag van 50.000 euro.
  Inzake rechtsgedingen :
  . het aanstellen van advocaten en het goedkeuren en betalen van het bedrag van de erelonen en de vergoedbare kosten van de advocaten;
  . het voeren van rechtsgedingen namens de Vlaamse Regering, ten verzoeke van de bevoegde Vlaamse minister, als eiser, verweerder of tussenkomende partij, voor de hoven en rechtbanken, de administratieve rechtscolleges en het Rekenhof, met uitzondering van de rechtsgedingen voor het Arbitragehof. Dit omvat :
  - het instellen van rechtsgedingen
  - het verrichten van alle noodzakelijke proceshandelingen
  - het instellen van rechtsmiddelen tegen vonnissen of arresten, of desgevallend het berusten erin;
  . Het aangaan van dadingen, minnelijke schikkingen en schulderkenningen,
  . Het goedkeuren en betalen van uitgaven verbonden aan de uitvoering van vonnissen, arresten, dadingen, minnelijke schikkingen en schulderkenningen.
  Allerlei :
  . het nemen van beslissingen inzake de verwerving en de vervreemding van onroerende goederen;
  . Het nemen van 'de' essentiële beslissingen inzake het verlenen en intrekken van erkenningen behoort toe aan het hoofd van het agentschap. Enkel de beslissingsbevoegdheid inzake erkenningen dat van ondergeschikt belang of aanvullende aard is en noodzakelijk is voor de uitoefening van de bevoegdheid of er inherent deel van uitmaakt behoort toe aan het afdelingshoofd van de afdeling voorzieningenbeleid.
  ------
  [1] Art. 42 § 3 : De ( Vlaamse minister ) -> het hoofd van het agentschap kan in uitzonderlijke omstandigheden, met het oog op het behoud of het herstellen van de fysieke of psychische integriteit van de betrokken minderjarige, aan de voorzieningen van de categorieën 1 tot 3 en 7 en aan de pleeggezinnen bedoeld in artikel 39, § 3, subsidies verlenen voor bijzondere uitgaven waarin de vorige paragrafen niet hebben voorzien.