Details





Titel:

29 APRIL 2011. - Decreet houdende de financiering van experimentele woonprojecten ter bevordering van de samenwerking tussen het Vlaamse woon- en welzijnsbeleid, wat het onderdeel Wonen betreft(NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 04-05-2011 en tekstbijwerking tot 17-11-2020)



Inhoudstafel:


Art. 1-10



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:



Uitvoeringsbesluit(en):

2011203968  2014035760  2017011360 



Artikels:

Artikel 1. Dit decreet regelt een gewestaangelegenheid.

Art.2.In dit decreet wordt verstaan onder :
  1° aanleg of aanpassing van wooninfrastructuur : de uitvoering van werkzaamheden als vermeld in[1 artikel 5.23, eerste lid, van de Vlaamse Codex Wonen van 2021]1;
  2° aanpassing : de uitvoering van werkzaamheden als vermeld in [1 artikel 1.3, § 1, eerste lid, 1°, van de Vlaamse Codex Wonen van 2021]1;
  3° decreet Grond- en Pandenbeleid : het decreet van 27 maart 2009 betreffende het grond- en pandenbeleid;
  4° renovatie : de uitvoering van werkzaamheden als vermeld in [1 artikel 1.3, § 1, eerste lid, 41°, van de Vlaamse Codex Wonen van 2021]1;
  5° verbetering : de uitvoering van werkzaamheden als vermeld in [1 artikel 1.3, § 1, eerste lid, 58°, van de Vlaamse Codex Wonen van 2021]1;
  6° [1 ...]1
  7° woning : een onroerend goed als vermeld in [artikel 1.3, § 1, eerste lid, 66°, van de Vlaamse Codex Wonen van 2021"1 ]1;
  8° woonproject : een project als vermeld in [1 artikel 1.3, § 1, eerste lid, 70°, van de Vlaamse Codex Wonen van 2021]1.
  ----------
  (1)<BVR 2020-07-17/73, art. 22, 003; Inwerkingtreding : 01-01-2021>

Art.3.De Vlaamse Regering lanceert een eenmalige open oproep voor het indienen van voorstellen voor experimentele woonprojecten. Projectvoorstellen worden ingediend op basis van een standaardaanvraagformulier.
  Om in aanmerking te komen voor een selectie als experimenteel woonproject, dient een project aan elk van de volgende criteria te voldoen :
  1° het project beoogt de realisatie van een of meer van de volgende doelstellingen :
  a) de uithuiszetting tegengaan;
  b) de doorstroming verbeteren tussen het zorgaanbod en het zelfstandig wonen in de sociale huisvesting;
  c) de instroming in de sociale huisvesting verbeteren van doelgroepen die specifieke problemen ondervinden om een aangepaste en betaalbare woning te vinden;
  d) unieke sociale woonconcepten met begeleiding voor specifieke doelgroepen uitbouwen;
  2° het project is gericht op doelgroepen die specifieke problemen ondervinden om een aangepaste en betaalbare woning te vinden;
  3° de samenwerking tussen het Vlaamse woon- en welzijnsbeleid staat centraal in het project en krijgt vorm in een formeel engagement van ten minste één actor uit elk van beide betrokken beleidsvelden;
  4° het project is vernieuwend en kan moeilijk of niet gerealiseerd worden binnen de toepasselijke regelgeving;
  5° de methodiek van en de samenwerking binnen het project moet overdraagbaar zijn naar andere regio's of samenwerkingsverbanden in het Vlaamse Gewest;
  6° in het project wordt rekening gehouden met de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten, vermeld in [1 artikel 3.1 van de Vlaamse Codex Wonen van 2021]1.
  In de projectaanvraag wordt aangetoond op welke manier en onder welke voorwaarden het project kan worden verdergezet na afloop van het experimenteel woonproject.
  ----------
  (1)<BVR 2020-07-17/73, art. 23, 003; Inwerkingtreding : 01-01-2021>

Art.4.Om de samenwerking tussen het Vlaamse woon- en welzijnsbeleid te bevorderen kan de Vlaamse Regering, binnen de perken van de kredieten die daarvoor op de begroting van de Vlaamse Gemeenschap zijn uitgetrokken, de kosten van de aanleg of de aanpassing van wooninfrastructuur geheel of gedeeltelijk ten laste nemen, of een financiering of een subsidie toekennen aan de initiatiefnemers die overgaan tot een of meer van de volgende verrichtingen die betrekking hebben op experimentele woonprojecten :
  1° de verwerving van de eigendom van onroerende goederen, de vestiging van een recht van erfpacht of een recht van opstal erop;
  2° de aanleg of de aanpassing van wooninfrastructuur;
  3° de nieuwbouw of vervangingsbouw van huurwoningen;
  4° de renovatie van huurwoningen of de omvorming van panden tot huurwoningen;
  5° de verbetering of aanpassing van huurwoningen.
  Een financiering wordt toegekend volgens de reglementering voor de financiering van de sociale huisvestingsmaatschappijen voor de realisatie van sociale huurwoningen, zoals bepaald krachtens [1 artikel 5.20 van de Vlaamse Codex Wonen van 2021]1.
  De kosten van de aanleg of de aanpassing van wooninfrastructuur worden ten laste genomen volgens de reglementering voor de tenlasteneming van verrichtingen in het kader van sociale woonprojecten, zoals bepaald krachtens artikel 80 van de Huisvestings code, gevoegd bij het koninklijk besluit van 10 december 1970 en bekrachtigd door de wet van 2 juli 1971, of krachtens [1 hoofdstuk 1 van boek 5, deel 2, titel 3, van de Vlaamse Codex Wonen van 2021]1.
  Een subsidie wordt toegekend volgens de reglementering voor de subsidiëring van verrichtingen in het kader van sociale woonprojecten, zoals bepaald krachtens artikel 80, 94, 95 en 96, § 3, van de Huisvestingscode, gevoegd bij het koninklijk besluit van 10 december 1970 en bekrachtigd door de wet van 2 juli 1971, of krachtens [1 boek 5, deel 2, titel 3, 4, 5 of 6, van de Vlaamse Codex Wonen van 2021]1.
  ----------
  (1)<BVR 2020-07-17/73, art. 24, 003; Inwerkingtreding : 01-01-2021>

Art.5.De financiering, vermeld in artikel 4, tweede lid, kan worden toegekend aan de erkende sociale huisvestingsmaatschappijen, vermeld [1 artikel 4.36 van de Vlaamse Codex Wonen van 2021]1.
  De tenlasteneming en de subsidie, vermeld in artikel 4, derde en vierde lid, kunnen worden toegekend aan de initiatiefnemers, vermeld in het eerste lid, en aan elk van de volgende initiatiefnemers :
  1° gemeenten en openbare centra voor maatschappelijk welzijn;
  2° sociale verhuurkantoren, erkend als huurdienst overeenkomstig [1 artikel 4.54, eerste lid, van de Vlaamse Codex Wonen van 2021]1;
  3° initiatiefnemers van intergemeentelijke projecten ter ondersteuning van het lokaal woonbeleid.
  ----------
  (1)<BVR 2020-07-17/73, art. 25, 003; Inwerkingtreding : 01-01-2021>

Art.6.Om in aanmerking te komen voor een financiering, een tenlasteneming of een subsidie als vermeld in artikel 4, moet de verrichting worden opgenomen in het uitvoeringsprogramma, vermeld in [1 artikel 4.13, § 2, van de Vlaamse Codex Wonen van 2021]1.
  Op gemotiveerd verzoek van de initiatiefnemer kan de Vlaamse Regering afwijkingen toestaan op technische normen waaraan sociale woningen moeten voldoen.
  ----------
  (1)<BVR 2020-07-17/73, art. 26, 003; Inwerkingtreding : 01-01-2021>

Art.7.Tijdens de duurtijd van het experimenteel woonproject zijn de bepalingen van [1 boek 6 van de Vlaamse Codex Wonen van 2021]1, met uitzondering van de voorwaarden inzake onroerend bezit en inkomen die krachtens die titel voor de kandidaat-huurders en de huurders worden vastgesteld, niet van toepassing op de sociale huurwoningen in dat experimenteel woonproject.
  ----------
  (1)<BVR 2020-07-17/73, art. 27, 003; Inwerkingtreding : 01-01-2021>

Art.8.De huurwoningen in een experimenteel woonproject waarvoor de huurprijsberekening gebeurt overeenkomstig de bepalingen van [1 artikel 6.23 van de Vlaamse Codex Wonen van 2021]1, worden beschouwd als sociaal woonaanbod als vermeld in artikel 1.2, eerste lid, 16°, van het decreet Grond- en Pandenbeleid.
  ----------
  (1)<BVR 2020-07-17/73, art. 28, 003; Inwerkingtreding : 01-01-2021>

Art.9.Experimentele woonprojecten zijn niet onderworpen aan een norm inzake sociaal woonaanbod als bepaald [2 hoofdstuk 1, 2 en 3 van boek 5, deel 9, titel 1, van de Vlaamse Codex Wonen van 2021]2 [1 ...]1.
  ----------
  (1)<Ingetrokken bij DVR 2014-04-04/05, art. 99, 002; Inwerkingtreding : 18-10-2010>
  (2)<BVR 2020-07-17/73, art. 29, 003; Inwerkingtreding : 01-01-2021>

Art. 10.Dit decreet heeft uitwerking met ingang van 18 oktober 2010.