22 MAART 2011. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 1 april 2007 tot vaststelling van de voorwaarden voor de toekenning van de verhoogde verzekeringstegemoetkoming, bedoeld in artikel 37, §§ 1 en 19, van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, en tot invoering van het OMNIO-statuut
Art. 1-9
Artikel 1. In artikel 1 van het koninklijk besluit van 1 april 2007 tot vaststelling van de voorwaarden voor de toekenning van de verhoogde verzekeringstegemoetkoming, bedoeld in artikel 37, §§ 1 en 19, van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, en tot invoering van het OMNIO-statuut, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 11 maart 2008 en 9 juli 2010, wordt de bepaling onder 9quater ingevoegd, luidende:
" 9quater. " de rechthebbende op een verwarmingstoelage ": de rechthebbende op een verwarmingstoelage toegekend door de openbare centra voor maatschappelijk welzijn, behorende tot de categorieën bedoeld in artikel 251, § 1, 2° en 3°, van de programmawet van 22 december 2008. "
Art.2. In artikel 2, 2°, van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 11 maart 2008 en 9 juli 2010, worden de woorden " en 7° " vervangen door de woorden " , 7° en 8° ".
Art.3. In hetzelfde besluit wordt een artikel 16bis ingevoegd, luidende :
" Art. 16bis. De rechthebbende op een verwarmingstoelage geniet de verhoogde tegemoetkoming onder de voorwaarden die zijn vastgesteld in dit hoofdstuk. "
Art.4. Artikel 20 van hetzelfde besluit wordt aangevuld met een lid, luidende :
" Voor de rechthebbenden op een verwarmingstoelage wordt het gezin in voorkomend geval samengesteld ten opzichte van elke rechthebbende van die verwarmingstoelage. "
Art.5. Artikel 25 van hetzelfde besluit wordt aangevuld met een lid, luidende :
" De rechthebbenden op een verwarmingstoelage dienen de verklaring op erewoord in bij de verzekeringsinstelling binnen de zes maanden vanaf de dag waarop deze de beslissing tot toekenning van de verwarmingstoelage heeft ontvangen. "
Art.6. In artikel 29 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 11 maart 2008 en 9 juli 2010, wordt tussen het tweede en het derde lid een lid ingevoegd, luidende :
" Zo ook wordt, indien die verklaring op erewoord is ingediend binnen de drie maanden vanaf de dag waarop de verzekeringsinstelling de beslissing tot toekenning van de verwarmingstoelage heeft ontvangen, de verhoogde tegemoetkoming toegekend aan de rechthebbende op een verwarmingstoelage vanaf de dag van die beslissing. "
Art.7. In artikel 32 van hetzelfde besluit wordt het derde lid aangevuld met de woorden " of, wat de rechthebbenden op een verwarmingstoelage betreft, op het eerste jaar na dat waarin de beslissing tot toekenning van de verwarmingstoelage werd genomen ".
Art.8. Dit besluit is van toepassing op de beslissingen tot toekenning van een verwarmingstoelage die worden genomen vanaf 1 juli 2011.
Art. 9. De minister bevoegd voor Sociale Zaken is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 22 maart 2011.
ALBERT
Van Koningswege :
De Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, belast met Maatschappelijke Integratie,
Mevr. L. ONKELINX