Details





Titel:

13 MAART 2011. - Koninklijk besluit betreffende de verplichte keuring van spuittoestellen en tot wijziging van het koninklijk besluit van 10 november 2005 betreffende retributies bepaald bij artikel 5 van de wet van 9 december 2004 houdende de financiering van het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen (NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 05-04-2011 en tekstbijwerking tot 16-03-2023)



Inhoudstafel:


Art. 1, 1/1, 2-22
BIJLAGEN.
Art. N1-N9



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:

2001022574  2004022681  2004022706  2005022820 



Uitvoeringsbesluit(en):

2011018405  2014018040  2017040227  2020043759 



Artikels:

Artikel 1.Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder :
  1° De Minister : de Minister die de Veiligheid van de Voedselketen onder zijn bevoegdheid heeft;
  2° Het Agentschap : het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen;
  3° De Keuringsoverheid : het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen of de door de Minister erkende keuringsdienst waaraan het Agentschap de met de keuring van spuittoestellen samenhangende taken heeft overgedragen;
  4° Spuittoestel : toestel dat [2 kan worden gebruikt]2 om gewasbeschermingsmiddelen [1 ...]1 toe te dienen.
  ----------
  (1)<KB 2011-11-07/14, art. 2, 002; Inwerkingtreding : 05-12-2011>
  (2)<KB 2023-02-28/03, art. 1, 006; Inwerkingtreding : 16-03-2023>

Art. 1/1. [1 Dit besluit voorziet in de gedeeltelijke omzetting van richtlijn 2009/128/EG van het Europees Parlement en de Raad van 21 oktober 2009 tot vaststelling van een kader voor communautaire actie ter verwezenlijking van een duurzaam gebruik van pesticiden.]1
  ----------
  (1)<Ingevoegd bij KB 2014-01-15/19, art. 1, 003; Inwerkingtreding : 12-02-2014>

Art.2.§ 1. De spuittoestellen moeten voldoen aan de voorschriften vermeld in bijlage 1, deel A.
  § 2. het is verboden een spuittoestel te gebruiken :
  1° dat niet onderworpen werd aan een keuring overeenkomstig artikel 3;
  2° dat tweemaal na elkaar werd afgewezen bij toepassing van artikel 4 § 2;
  3° na het verstrijken van de termijn van vier maanden vanaf de afgifte van een eerste keuringsverslag dat melding maakt van een non-conformiteit;
  4° dat aanleiding gaf tot twee opeenvolgende keuringsverslagen met non-conformiteit overeenkomstig artikel 6, § 1, tweede lid;
  5° dat buiten gebruik is gesteld.
  [1 § 3. [2 Een spuittoestel wordt geacht te voldoen aan de keuring zoals bedoeld in artikel 3 als het aan de volgende voorwaarden voldoet :
   1° het werd onderworpen aan een officiële controle in een lidstaat van de Europese Unie;
   2° het beschikt over een door de bevoegde autoriteit van die lidstaat of diens afgevaardigde afgeleverd gunstig keuringsverslag;
   3° het keuringsverslag bedoeld in punt 2° werd maximum drie jaar voorafgaand aan [3 de datum van gebruik]3 afgeleverd]2.]1
  ----------
  (1)<KB 2014-01-15/19, art. 2, 003; Inwerkingtreding : 12-02-2014>
  (2)<KB 2017-04-07/06, art. 3, 004; Inwerkingtreding : 05-05-2017>
  (3)<KB 2023-02-28/03, art. 2, 006; Inwerkingtreding : 16-03-2023>

Art.3.§ 1. De eigenaar van een spuittoestel moet het onderwerpen aan de driejaarlijkse keuring door de keuringsoverheid waarvan hij afhangt.
  De eerste keuring van een spuittoestel vindt plaats binnen drie jaar na aanschaf ervan.
  De volgende keuringen worden uitgevoerd vóór de vervaldatum die is vermeld op het zelfklevend vignet bedoeld in artikel 6, § 2.
  § 2. Evenwel heeft de keuring van een spuittoestel plaats binnen vier maand :
  1° na afgifte van een keuringsverslag als bedoeld in artikel 6, § 1, tweede lid, dat melding maakt van een non-conformiteit;
  2° na het weigeren van het spuittoestel tot de keuring, overeenkomstig artikel 4, § 2.
  § 3. Het ontbreken van de oproeping voor de keuring van de keuringsoverheid ontheft de eigenaar niet van de verplichting om zijn spuittoestel aan de keuring te onderwerpen.
  § 4. [1 Worden vrijgesteld van de keuring als bedoeld in paragraaf 1 :
   1° de rugspuittoestellen, dat wil zeggen de toestellen die bij normaal gebruik vanwege hun kenmerken door één enkele persoon gedragen kunnen worden;
   2° de lansspuittoestellen, dat wil zeggen de spuittoestellen die over ten hoogste twee op het einde van een lans gemonteerde spuitdophouders beschikken waarbij de richting en de oriëntatie van de straal worden bepaald door de bediener;]1
  [2 3° verneveltoestellen enkel gebruikt voor de toepassing van biociden buiten de landbouw;
   4° kunstmeststrooiers enkel gebruikt voor de toepassing van vaste kunstmest.]2
  [2 § 5. De eigenaar van een spuittoestel kan een aanvraag indienen bij het Agentschap voor een vrijstelling van de keuring op basis van de volgende gronden:
   a. Het spuittoestel wordt gebruikt buiten de landbouw en niet gebruikt voor irrigatie, fertigatie of toepassing van gewasbeschermingsmiddelen of biociden; of
   b. Het spuittoestel werd zodanig gewijzigd dat het niet meer geschikt is om gewasbeschermingsmiddelen toe te passen.
   De eigenaar van een spuittoestel ontvangt een vrijstellingscertificaat voor elk vrijgesteld spuittoestel. Dit certificaat is geldig voor twee keuringscycli, inclusief de lopende cyclus.
   De houder van het vrijstellingscertificaat is gebonden aan de voorwaarden zoals beschreven op het certificaat.
   De praktische modaliteiten worden bepaald door het Agentschap.]2
  ----------
  (1)<KB 2011-11-07/14, art. 3, 002; Inwerkingtreding : 05-12-2011>
  (2)<KB 2023-02-28/03, art. 3, 006; Inwerkingtreding : 16-03-2023>

Art.4.§ 1. De eigenaar moet zijn spuittoestel ter keuring aanbieden op het tijdstip en op de plaats die zijn vastgelegd door de keuringsoverheid waarvan hij afhangt met inachtneming van de volgende toegangscriteria :
  1° [1 het spuittoestel moet werkend zijn. De aanbieder moet het toestel in stationaire toestand kunnen laten spuiten en de druk kunnen laten variëren binnen het drukbereik van de spuitmachine (manueel spuiten);]1
  2° het spuittoestel moet goed uitgespoeld en gereinigd zijn; het verspoten water mag geen gewasbeschermingsmiddelen meer bevatten;
  3° [1 de spuittank dient voor 3/4 met zuiver water gevuld te zijn;]1
  4° het spuittoestel mag geen lekken vertonen;
  5° bewegende onderdelen (aftakas, ketting, aandrijfriem en ventilator) moeten voorzien zijn van een functionele beschermkap;
  6° de bevestigingspunten van het spuittoestel aan de trekker en van de spuitboom aan het chassis moeten in goede staat zijn;
  7° als een spuittoestel origineel uitgerust is met een ventilator, dient deze te kunnen worden uitgeschakeld bij de toestellen;
  [2 8° alle te keuren onderdelen van het spuittoestel of van de vaste spuitinstallatie moeten onder veilige omstandigheden toegankelijk zijn voor de keuringsdienst;
   9° bij verneveltoestellen is een doseertabel van de fabrikant van het toestel beschikbaar, waardoor de vernevelcapaciteit in liter per uur gekend is.]2
  § 2. Het spuittoestel dat niet voldoet aan de in de paragraaf 1 vermelde toegangscriteria wordt geweigerd tot de keuring.
  ----------
  (1)<KB 2014-01-15/19, art. 3, 003; Inwerkingtreding : 12-02-2014>
  (2)<KB 2023-02-28/03, art. 4, 006; Inwerkingtreding : 16-03-2023>

Art.5.§ 1. De verkoper en de koper van een spuittoestel stellen samen binnen de dertig dagen de keuringsoverheid in kennis van de verkoop van het spuittoestel bij middel van het als bijlage 2 bijgevoegde formulier.
  [1 Wanneer een spuittoestel in een andere lidstaat van de Europese Unie aangekocht werd, wordt een kopie van het keuringsverslag uitgereikt in een Lidstaat van de Europese Unie aan het formulier bedoeld in het vorige lid toegevoegd.]1
  § 2. De eigenaar van een spuittoestel stelt de keuringsoverheid binnen dertig dagen in kennis van de buitengebruikstelling ervan bij middel van het als bijlage 3 bijgevoegde formulier.
  § 3. De eigenaar van een spuittoestel die vijftien werkdagen vóór de vervaldatum van het in artikel 6 bedoelde zelfklevende vignet geen oproeping van de keuringsoverheid heeft ontvangen, meldt dat vóór deze vervaldatum aan de keuringsoverheid waarvan hij afhangt.
  § 4. De eigenaar van een spuittoestel die zich niet ter keuring kan aanbieden op de plaats en de datum die zijn vermeld in de oproeping van de keuringsoverheid stelt de keuringsoverheid daarvan niet later dan vijf kalenderdagen voor de geplande keuringsdatum in kennis.
  § 5. De eigenaar van een spuittoestel stelt de keuringsoverheid waarvan hij afhangt onmiddellijk in kennis van het verlies, de beschadiging of de verdwijning van het in artikel 6 bedoelde zelfklevende vignet.
  ----------
  (1)<KB 2014-01-15/19, art. 4, 003; Inwerkingtreding : 12-02-2014>

Art.6.§ 1. [1 Aan het einde van de keuring en na betaling van de retributies, overhandigt]1 de keuringsoverheid aan de eigenaar een keuringsverslag met de details van de keuringsresultaten.
  Het in eerste lid bedoelde keuringsverslag vermeldt in een eerste deel de in bijlage 1, deel A, voorkomende non-conformiteiten die moeten worden rechtgezet binnen de vier maand na afgifte van dat verslag en die aanleiding geven tot een non-conformiteitsverslag.
  Het in eerste lid bedoelde keuringsverslag vermeldt in een tweede deel de in bijlage 1, deel B, voorkomende tekortkomingen die moeten worden rechtgezet voor de eerstvolgende driejaarlijkse keuring en die, als dat niet is gebeurd, bij die volgende driejaarlijkse keuring aanleiding zullen geven tot een non-conformiteitsverslag.
  Het in eerste lid bedoelde keuringsverslag vermeldt in een derde deel de in bijlage 1, deel C, voorkomende punten die moeten worden bewaakt.
  § 2. Als het spuittoestel in overeenstemming is met [1 de bepalingen die zijn vermeld in bijlage 1, deel A en na betaling van de retributies,]1 brengt de keuringsoverheid er een zelfklevend vignet op aan waarvan het model is weergegeven in bijlage 4, dat het gebruik van het spuittoestel tot de erop vermelde vervaldatum toestaat.
  De in het eerste lid bedoelde vervaldatum wordt berekend vanaf de in de eerste oproeping vermelde keuringsdatum.
  Het in het eerste lid bedoelde zelfklevende vignet draagt een uniek nummer en blijft eigendom van de keuringsoverheid. Het mag in geen geval opzettelijk worden verwijderd, op een andere plaats aangebracht of beschadigd.
  ----------
  (1)<KB 2023-02-28/03, art. 5, 006; Inwerkingtreding : 16-03-2023>

Art.7. De eigenaar van een spuittoestel dat na een tweede opeenvolgend non-conformiteitsverslag niet in overeenstemming is met bijlage 1, deel A, kan binnen dertig dagen na de keuring een op technische elementen gebaseerd bezwaarschrift indienen bij de gedelegeerd bestuurder van het Agentschap.
  De gedelegeerd bestuurder van het Agentschap of zijn gemachtigde geeft binnen dertig dagen na het bezwaarschrift kennis van zijn beslissing, na de eigenaar van het spuittoestel of diens gevolmachtigde de mogelijkheid te hebben gegeven om gehoord te worden.

Art.8.[1 De eigenaar van een spuittoestel die zijn toestel buiten gebruik stelt, is verplicht het toestel onklaar te maken volgens de praktische modaliteiten bepaald door het Agentschap.]1
  ----------
  (1)<KB 2023-02-28/03, art. 6, 006; Inwerkingtreding : 16-03-2023>

Art.9. Het Agentschap kan de volgende taken in verband met de keuring van spuittoestellen overdragen aan door de Minister erkende keuringsdiensten :
  1° De oproeping van de eigenaars van spuittoestellen voor de keuring;
  2° Het up-to-date houden van de registers van de eigenaars van spuittoestellen;
  3° Het boekhoudkundig beheer betreffende de betaling van de keuringen;
  4° De uitvoering van de keuring op de spuittoestellen;
  5° De afgifte van het in artikel 6 bedoelde zelfklevende vignet en keuringsverslag.

Art.10.§ 1. Om erkend te worden voor de uitvoering van de in artikel 9 bedoelde taken moet de keuringsdienst aan de volgende voorwaarden voldoen :
  1° hij moet beschikken over een rechtspersoonlijkheid onder een niet-commerciële vorm;
  2° hij mag geen winst maken en mag geen winst nastreven;
  3° hij moet zich ertoe verbinden de in artikel 9 bedoelde taken uit te voeren conform de keuringsmethoden en -voorschriften die zijn vastgelegd in de bijlagen 5 en 6;
  4° hij moet beschikken over het bevoegde personeel, de logistiek, de infrastructuur, het materieel en de uitrusting die noodzakelijk zijn om de in artikel 9 bedoelde taken uit te voeren;
  5° hij moet een keuringscapaciteit hebben van ten minste [1 1.500]1 toestellen per jaar;
  6° hij moet zich onderwerpen aan het toezicht en de richtlijnen van het Agentschap, inzonderheid door :
  a) corrigerende acties uit te voeren bij tekortkomingen of onvolkomenheden in de uitvoering van de in artikel 9 bedoelde taken;
  b) na één enkel verzoek aan het Agentschap alle informatie beschikbaar te stellen die het noodzakelijk acht;
  c) een technisch verslag vóór 31 januari in te dienen over de activiteiten in het voorgaande kalenderjaar waarin ten minste de in bijlage 7 vermelde punten aan bod komen;
  d) een financieel verslag voor 15 mei in te dienen over de activiteiten in het voorgaande kalenderjaar waarin ten minste de in bijlage 8 vermelde punten aan bod komen;
  7° hij moet zich ertoe verbinden geregeld deel te nemen aan de werkzaamheden van de door het Agentschap opgerichte stuur- en coördinatiegroepen;
  8° hij moet houder zijn van een accreditatie volgens norm ISO 17020 [1 ...]1;
  9° hij mag geen enkel belang hebben in enige vereniging of beroepsvereniging die de sector vertegenwoordigt waar hij keuringen zou moeten uitvoeren en evenmin een commercieel belang in enige andere inrichting, bedrijf, maatschappij of vereniging die een handelsactiviteit uitoefent die verband houdt met spuittoestellen;
  10° zijn personeelsleden mogen geen privé- of commercieel belang hebben bij en evenmin verwante of aanverwante tot in de tweede graad zijn van de gekeurde personen.
  § 2. De Minister trekt, op voorstel van het Agentschap, de erkenning van de keuringsdienst in wanneer niet meer wordt voldaan aan één van de in paragraaf 1 bedoelde voorwaarden.
  § 3. Als zich tekortkomingen voordoen die de betrouwbaarheid of de doelmatigheid van de uitvoering van de toevertrouwde taken in het gedrang brengen, kan de Minister, op voorstel van het Agentschap, bevelen dat de erkenning wordt geschorst of ingetrokken.
  § 4. Wanneer het Agentschap van oordeel is dat er redenen bestaan om de bepalingen van paragraaf 2 of 3 toe te passen, deelt het deze redenen, samen met de voorgenomen maatregelen mee aan de keuringsdienst per aangetekend schrijven met ontvangstbewijs.
  De keuringsdienst beschikt over een periode van vijftien dagen om per aangetekende brief zijn bezwaren aan het Agentschap mee te delen en, in voorkomend geval, te verzoeken door deze gehoord te worden. Bij gebrek aan een antwoord binnen de vastgelegde termijn wordt de overwogen maatregel aan de Minister voorgesteld.
  Het Agentschap onderzoekt de bezwaren en wanneer zij vaststelt dat er nog steeds redenen bestaan om paragraaf 2 of 3 toe te passen, bezorgt zij een advies, vergezeld van het dossier, aan de Minister.
  ----------
  (1)<KB 2023-02-28/03, art. 7, 006; Inwerkingtreding : 16-03-2023>

Art.11. De keuringsdienst dient met het oog op erkenning een aanvraag in bij het Agentschap bij een ter post aangetekend schrijven en verstrekt de bewijsstukken in verband met het naleven van de in artikel 10, § 1 bedoelde voorwaarden.

Art.12. Overtredingen van de bepalingen van dit besluit worden opgespoord en vastgesteld overeenkomstig het koninklijk besluit van 22 februari 2001 houdende organisatie van de controles die worden verricht door het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen en bestraft overeenkomstig de bepalingen van de wet van 21 december 1998 betreffende de productnormen ter bevordering van duurzame productie- en consumptiepatronen en ter bescherming van het leefmilieu en de volksgezondheid.

Art.13. Artikel 2 van het koninklijk besluit van 10 november 2005 betreffende retributies bepaald bij artikel 5 van de wet van 9 december 2004 houdende de financiering van het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen wordt aangevuld met een 11° dat luidt als volgt :
  " 11° Voor de verplichte keuring van spuittoestellen. "

Art.14. Artikel 5 van hetzelfde besluit wordt aangevuld met een lid dat luidt als volgt :
  " De retributies voor de verplichte keuring van spuittoestellen kunnen worden geïnd door de erkende keuringsdiensten waaraan de taken in verband met de keuring van spuittoestellen zijn overgedragen en waarvoor zij ook bestemd zijn. "

Art.15. Artikel 6 van hetzelfde besluit wordt aangevuld met een lid dat luidt als volgt :
  " Evenwel worden de retributies voor de verplichte keuring van spuittoestellen bedoeld in bijlage 5 geïnd :
  1° voordat de volgende keuring plaatsvindt als de keuring niet kan plaatsvinden wegens niet-naleving van de door de keuringsoverheid vastgestelde datum, tijdstip en plaats of wegens niet-naleving van de criteria voor toegang tot de keuring;
  2° voordat de keuring plaatsvindt in de andere gevallen. "

Art.16. In hetzelfde besluit wordt een bijlage 5 ingevoegd die als bijlage 9 bij dit besluit is gevoegd.

Art.17. De bijlagen 1 tot 8 bij dit besluit mogen door de Minister gewijzigd worden.

Art.18. Het koninklijk besluit van 10 augustus 2004 betreffende de uitvoering van de verplichte keuringen op spuittoestellen en de betaling ervan wordt opgeheven.

Art.19. § 1. Worden opgeheven :
  1° Het ministerieel besluit van 23 augustus 2001 betreffende de verplichte keuring van spuittoestellen;
  2° Het ministerieel besluit van 25 augustus 2004 betreffende de verplichte keuring van spuittoestellen.

Art.20. De bij toepassing van het koninklijk besluit van 10 augustus 2004 betreffende de uitvoering van de verplichte keuringen op spuittoestellen en de betaling ervan uitgevoerde keuringen blijven geldig tot de vervaldatum van de daarbij afgegeven zelfklever.

Art.21. Dit besluit treedt in werking op de eerste dag van de maand volgend op de bekendmaking ervan in het Belgisch Staatsblad, met uitzondering van de artikelen 9 tot 11, die in werking treden op de dag waarop ze in het Belgisch Staatsblad worden bekendgemaakt.

Art.22. De Minister bevoegd voor de Veiligheid van de Voedselketen is belast met de uitvoering van dit besluit.

BIJLAGEN.
Art. N1.[1 Bijlage 1. - Voorschriften waaraan de spuittoestellen dienen te voldoen]1

   (Beeld niet opgenomen om technische redenen, zie B.St. van 16-03-2023, p. 31855)
  ----------
  (1)<KB 2023-02-28/03, art. 8, 006; Inwerkingtreding : 16-03-2023>

Art. N2.[1 Bijlage 2. - Formulier voor aankoop - Verkoop van een spuittoestel]1

   (Beeld niet opgenomen om technische redenen, zie B.St. van 16-03-2023, p. 31855)
  ----------
  (1)<KB 2023-02-28/03, art. 9, 006; Inwerkingtreding : 16-03-2023>

Art. N3.[1 Bijlage 3. - Formulier voor buiten gebruik stellen van een spuittoestel]1

   (Beeld niet opgenomen om technische redenen, zie B.St. van 16-03-2023, p. 31855)
  ----------
  (1)<KB 2023-02-28/03, art. 10, 006; Inwerkingtreding : 16-03-2023>

Art. N4. Bijlage 4. - Model van zelfklevend vignet afgeleverde overeenkomstig artikel 6 van dit besluit
  (Model niet opgenomen om technische redenen, zie B.St. van 05-04-2011, p. 22245)

Art. N5.[1 Bijlage 5. - Keuringsmethoden]1

   (Beeld niet opgenomen om technische redenen, zie B.St. van 16-03-2023, p. 31855)
  ----------
  (1)<KB 2023-02-28/03, art. 11, 006; Inwerkingtreding : 16-03-2023>

Art. N6.[1 Bijlage 6. - Keuringsbepalingen]1

   (Beeld niet opgenomen om technische redenen, zie B.St. van 16-03-2023, p. 31855)
  ----------
  (1)<KB 2023-02-28/03, art. 12, 006; Inwerkingtreding : 16-03-2023>

Art. N7. Bijlage 7. - Technische activiteit verslag
  (Bijlage niet opgenomen om technische redenen, zie B.St. van 05-04-2011, p. 22271)

Art. N8. Bijlage 8. - Financieel activiteitenverslag
  (Bijlage niet opgenomen om technische redenen, zie B.St. van 05-04-2011, p. 22273)

Art. N9. Bijlage 9. - " Bijlage 5 : Retributies verbonden aan de keuring van spuittoestellen
  (Bijlage niet opgenomen om technische redenen, zie B.St. van 05-04-2011, p. 22277-22279)