21 FEBRUARI 2011. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 15 maart 1966 betreffende de vlaggenbrieven en de uitrusting van de pleziervaartuigen en van het koninklijk besluit van 4 augustus 1981 houdende politie- en scheepvaartreglement voor de Belgische territoriale zee, de havens en de stranden van de Belgische kust
Art. 1-7
Artikel 1. In artikel 17, § 2, van het koninklijk besluit van 15 maart 1966 betreffende de vlaggenbrieven en de uitrusting van de pleziervaartuigen, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 4 augustus 1981, worden de woorden " met uitzondering van de zeilplanken " vervangen door de woorden " met uitzondering van de zeilplanken en vliegerplanken ".
Art.2. In artikel 17 van hetzelfde besluit wordt paragraaf 3, ingevoegd bij het koninklijk besluit van 4 mei 1999, vervangen als volgt :
" § 3. Plankzeilers en plankvliegers moeten een isothermisch pak in goede staat dragen en twee waterdicht verpakte handstakellichten bij zich hebben. "
Art.3. In artikel 37, § 4, van het koninklijk besluit van 4 augustus 1981 houdende politie- en scheepvaartreglement voor de Belgische territoriale zee, de havens en de stranden van de Belgische kust, vernummerd bij het koninklijk besluit van 9 februari 1996, worden de woorden " in artikel 32 " vervangen door de woorden " in artikel 39 ".
Art.4. Artikel 37bis van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het koninklijk besluit van 4 mei 1999 en gewijzigd bij het koninklijk besluit van 31 mei 2001, wordt vervangen als volgt :
" Art. 37bis. Plankzeilers en plankvliegers mogen geen zee kiezen bij windkracht 7 of meer op de schaal van Beaufort. Plankzeilen en plankvliegeren is verboden tussen zonsondergang en zonsopgang. "
Art.5. In artikel 38, § 2, van hetzelfde besluit, vernummerd bij het koninklijk besluit van 9 februari 1996, worden de woorden " waterski of plankzeilen " vervangen door de woorden " waterski, plankzeilen of plankvliegeren ".
Art.6. In artikel 39, § 1, van hetzelfde besluit, vernummerd bij het koninklijk besluit van 9 februari 1996 en gewijzigd bij het koninklijk besluit van 4 mei 1999, wordt het woord " Zeilplanken " vervangen door de woorden " Plankzeilers en plankvliegers ".
Art. 7. De Minister bevoegd voor de Pleziervaart is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 21 februari 2011.
ALBERT
Van Koningswege :
De Eerste Minister,
Y. LETERME
De Staatssecretaris voor Mobiliteit,
E. SCHOUPPE