4 MAART 2010. - Koninklijk besluit tot uitvoering van artikel 6, 13° van de wetten betreffende de preventie van beroepsziekten en de vergoeding van de schade die uit die ziekten voortvloeit, gecoördineerd op 3 juni 1970(NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 24-03-2010 en tekstbijwerking tot 02-12-2021)
Art. 1-5
Artikel 1.Om de follow-up en de analyse van de verwijderingen van zwangere werkneemsters uit te voeren, bedoeld in artikel 6, 13° van de wetten betreffende de preventie van beroepsziekten en de vergoeding van de schade die uit die ziekten voortvloeit, gecoördineerd op 3 juni 1970, moet [1 Fedris]1 beschikken over de volgende door de werkgevers mee te delen inlichtingen :
1. identificatienummer bij de sociale zekerheid van de werkneemster;
2. beroep van de werkneemster;
3. beschrijving van de werkplek;
4. ondernemingsnummer van de werkgever;
5. aard van het risico dat de verwijdering rechtvaardigt;
6. datum van de verwijdering;
7. vermoedelijke datum van de bevalling;
8. adresgegevens van de [2 preventieadviseur-arbeidsarts]2.
----------
(1)<KB 2017-11-23/22, art. 81, 002; Inwerkingtreding : 01-01-2017>
(2)<KB 2021-11-07/05, art. 51, 003; Inwerkingtreding : 12-12-2021>
Art.2.Deze inlichtingen moeten verplicht [2 aan Fedris]2 worden bezorgd, via het formulier conform het model bepaald door het [1 beheerscomité voor de beroepsziekten]1.
----------
(1)<KB 2017-11-23/22, art. 82, 002; Inwerkingtreding : 01-01-2017>
(2)<KB 2017-11-23/22, art. 83, 002; Inwerkingtreding : 01-01-2017>
Art.3.Dit formulier moet [1 bij Fedris]1 toekomen binnen de tien werkdagen volgend op de effectieve datum van de verwijderingsmaatregel.
----------
(1)<KB 2017-11-23/22, art. 83, 002; Inwerkingtreding : 01-01-2017>
Art.4. Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2010.
Art. 5. De Minister van Sociale Zaken en de Minister van Werk zijn, ieder wat haar betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.