23 DECEMBER 2009. - Ministerieel besluit tot vaststelling van de subsidiëringswijze van de dagverzorgingscentra
Art. 1-6
Artikel 1. Om voor subsidiëring in aanmerking te komen, moet een dagverzorgingscentrum erkend zijn gedurende het werkingsjaar of het gedeelte ervan waarvoor de subsidies worden toegekend. De datum van het erkenningsbesluit wordt daarvoor in aanmerking genomen.
Art.2. Het dagverzorgingscentrum moet het formulier dat beschikbaar wordt gesteld op de website van het Vlaams Agentschap Zorg en Gezondheid jaarlijks voor 15 april bij het agentschap indienen.
Dit formulier bevat onder meer een overzicht van de gefactureerde aanwezigheidsdagen en de berekening van de gemiddelde bezettinggraad.
Art.3. § 1. De jaarlijkse subsidie-enveloppe wordt toegekend op basis van de erkenning op 1 januari van het werkingsjaar in kwestie.
§ 2. Voor de dagverzorgingscentra waarvoor na 1 december van het voorgaande werkingsjaar een eerste erkenning werd aangevraagd en waaraan een erkenning wordt gegeven met als uiterlijke ingangsdatum 1 januari van het werkingsjaar in kwestie, wordt de jaarlijkse subsidie-enveloppe toegekend op basis van de erkenning op 1 januari van het werkingsjaar in kwestie.
§ 3. Het centrum ontvangt de eerste drie werkingsjaren (of jaren van de erkenning) dat het in aanmerking komt voor subsidiëring, de maximale subsidie-enveloppe, ongeacht de gemiddelde bezetting die gerealiseerd wordt.
§ 4. Om de continue werking van de centra te garanderen, wordt de subsidie-enveloppe die toegekend wordt steeds uitbetaald in een voorschot dat hoogstens 90 % van de totale subsidie kan bedragen. Dit voorschot wordt uitbetaald voor 1 juli van het jaar waarop ze betrekking heeft.
§ 5. Vanaf het vierde werkingsjaar (of jaar van erkenning) dat het centrum in aanmerking komt voor subsidiëring wordt het voorschot berekend op basis van de gemiddelde bezettingsgraad die gerealiseerd werd tijdens het voorgaande werkingsjaar. Indien de gemiddelde bezettingsgraad kleiner is dan zeven, dan wordt er geen voorschot uitbetaald voor het werkjaar dat volgt op dat werkingsjaar.
§ 6. Als gedurende drie opeenvolgende werkjaren de uitbetaalde voorschotten werden teruggevorderd wegens het niet voldoen aan de subsidiëringsvoorwaarden, vermeld in artikelen 1 en 2, worden er geen voorschotten uitbetaald voor het werkjaar dat volgt op die drie werkingsjaren.
Art.4. Het saldo wordt vereffend in de loop van het kalenderjaar, volgend op het jaar van uitbetaling van het voorschot, na goedkeuring door het Vlaams Agentschap Zorg en Gezondheid van het formulier.
Art.5. Het ministerieel besluit van 4 mei 2006 tot vaststelling van de subsidiëringswijze van de dagverzorgingscentra wordt opgeheven.
Art. 6. Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2010.
Brussel, 23 december 2009.
De Vlaamse minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin,
J. VANDEURZEN