10 SEPTEMBER 2010. - Besluit van de Vlaamse Regering tot opmaak van het Mobiliteitsplan Vlaanderen en betreffende de gewestelijke planningscommissie(NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 01-10-2010 en tekstbijwerking tot 28-03-2017)
HOOFDSTUK 1. - Het ontwerp van het Mobiliteitsplan Vlaanderen
Art. 1-8
HOOFDSTUK 2. - De gewestelijke planningscommissie
Art. 9-12
HOOFDSTUK 1. - Het ontwerp van het Mobiliteitsplan Vlaanderen
Artikel 1. In dit besluit wordt verstaan onder :
1° ambtelijk coördinatieteam : een ambtelijk coördinatieteam als vermeld in artikel 11, § 1, tweede lid, 3°, van het decreet van 20 maart 2009;
2° decreet van 20 maart 2009 : het decreet van 20 maart 2009 betreffende het mobiliteitsbeleid;
3° gewestelijke planningscommissie : de gewestelijke planningscommissie, vermeld in artikel 11, § 2, van het decreet van 20 maart 2009;
4° minister : de Vlaamse minister, bevoegd voor de openbare werken, en de Vlaamse minister, bevoegd voor het mobiliteitsbeleid en het vervoer.
Art.2. Met toepassing van artikel 11, § 1, eerste lid, van het decreet van 20 maart 2009, besluit de Vlaamse Regering tot de opmaak van het Mobiliteitsplan Vlaanderen.
Art.3. De leidend ambtenaar van het Departement Mobiliteit en Openbare Werken wijst binnen het Departement Mobiliteit en Openbare Werken het ambtelijk coördinatieteam aan dat minstens bestaat uit een communicatieverantwoordelijke en een projectverantwoordelijke.
Art.4. Het ambtelijke coördinatieteam is ermee belast :
1° de publieke consultatie en het openbaar onderzoek, met inbegrip van de communicatie erover, te organiseren;
2° de resultaten van de publieke consultatie te verwerken en te analyseren;
3° voorstellen te formuleren tot aanpassing van het Mobiliteitsplan Vlaanderen, op basis van de resultaten van de publieke consultatie, voor de gewestelijke planningscommissie.
Art.5. Met het oog op de publieke consultatie wordt de niet-technische samenvatting, vermeld in artikel 12, eerste lid, van het decreet van 20 maart 2009, via de website Mobiel Vlaanderen voorgelegd aan het brede publiek.
De publieke consultatie verloopt aan de hand van een vragenlijst, die ter beschikking wordt gesteld op de website Mobiel Vlaanderen.
De niet-technische samenvatting, vermeld in het eerste lid, en de vragenlijst kunnen ook worden opgevraagd bij het Contactpunt Vlaamse Infolijn.
De vragenlijst wordt bij voorkeur ingevuld via de website Mobiel Vlaanderen. Ze kan ook met de post naar het Departement Mobiliteit en Openbare Werken worden gestuurd.
Alleen de antwoorden op de vragen uit de vragenlijst worden in het kader van de publieke consultatie verwerkt.
Art.6. De inspraaktermijn voor de publieke consultatie bedraagt zestig dagen. Daarvan mogen ten hoogste dertig dagen in juli of augustus vallen, anders wordt de termijn met twintig dagen verlengd.
De inspraaktermijn gaat in op de werkdag die volgt op de dag waarop de bekendmaking van de inspraak gepubliceerd wordt in dagbladen.
Art.7. Het ambtelijke coördinatieteam maakt, binnen veertien dagen na de beslissing van de Vlaamse Regering tot voorlopige vaststelling van het Mobiliteitsplan Vlaanderen, bekend via dagbladen dat de termijn voor het openbaar onderzoek voor de bevolking ingaat op de eerstvolgende werkdag.
Het ontwerp van het Mobiliteitsplan Vlaanderen, alsook een samenvattende brochure ervan, is downloadbaar op de website Mobiel Vlaanderen of kan worden opgevraagd bij het Contactpunt Vlaamse Infolijn.
De termijn voor het verlenen van het advies door de Milieu- en Natuurraad van Vlaanderen en de SARO gaat in op de eerste werkdag nadat de minister het verzoek om advies naar die adviesraden heeft verstuurd.
De inspraaktermijn voor het openbaar onderzoek wordt met twintig dagen verlengd als er meer dan dertig dagen in juli of augustus vallen.
Art.8. Het ambtelijke coördinatieteam stelt binnen zes maanden na de definitieve goedkeuring van het Mobiliteitsplan Vlaanderen een evaluatierapport op over de organisatie en het procesverloop van de participatie, alsook over de wijze waarop er rekening werd gehouden met de resultaten van de participatie.
Het ambtelijke coördinatieteam bezorgt het evaluatierapport aan de gewestelijke planningscommissie.
HOOFDSTUK 2. - De gewestelijke planningscommissie
Art.9.De gewestelijke planningscommissie is samengesteld uit :
1° een leidinggevende ambtenaar van elke beleidsafdeling van het Departement Mobiliteit en Openbare Werken en van het Verkeerscentrum Vlaanderen;
2° een leidinggevende ambtenaar van het intern verzelfstandigd agentschap Wegen en Verkeer;
3° een leidinggevende ambtenaar van het intern verzelfstandigd agentschap Maritieme Dienstverlening en Kust en van de afdeling Maritieme Toegang;
4° een leidinggevende ambtenaar van het extern verzelfstandigd agentschap Waterwegen en Zeekanaal;
5° een leidinggevende ambtenaar van het extern verzelfstandigd agentschap De Scheepvaart;
6° een leidinggevende ambtenaar van het extern verzelfstandigd agentschap Vlaamse Vervoermaatschappij - De Lijn;
7° [1 ...]1
8° [1 twee leidinggevende ambtenaren van het Departement Omgeving;]1
9° een leidinggevende ambtenaar van het Departement Financiën en Begroting;
10° een leidinggevende ambtenaar van het intern verzelfstandigd agentschap Studiedienst van de Vlaamse Regering van de Diensten voor het Algemeen Regeringsbeleid;
11° twee afgevaardigden van de minister.
De secretaris-generaal van het Departement Mobiliteit en Openbare Werken is de stemgerechtigde voorzitter van de gewestelijke planningscommissie.
Er wordt voor elk lid van de gewestelijke planningscommissie een plaatsvervanger aangewezen.
De gewestelijke planningscommissie wordt bijgestaan door het coördinatieteam. Dat team, dat niet stemgerechtigd is, neemt ook het secretariaat van de gewestelijke planningscommissie waar.
De gewestelijke planningscommissie kan zich laten adviseren door externe deskundigen.
----------
(1)<BVR 2017-02-24/16, art. 167, 002; Inwerkingtreding : 01-04-2017>
Art.10. De gewestelijke planningscommissie komt een eerste keer samen binnen dertig dagen na de bekendmaking van dit besluit in het Belgisch Staatsblad.
De gewestelijke planningscommissie stelt een huishoudelijk reglement op en keurt dat goed op haar eerstvolgende vergadering.
De gewestelijke planningscommissie vergadert minstens viermaal per jaar.
De gewestelijke planningscommissie kan beslissingen nemen als de meerderheid van de leden aanwezig is.
De gewestelijke planningscommissie beslist bij consensus. Als er geen consensus kan worden bereikt, wordt er overgegaan tot stemming en wordt er beslist als twee derde van de aanwezige leden akkoord gaat.
Art.11. De gewestelijke planningscommissie :
1° stelt de vragenlijst op, vermeld in artikel 5;
2° motiveert de wijze waarop rekening gehouden is met de resultaten van de publieke consultatie bij de opmaak van het ontwerp van het Mobiliteitsplan Vlaanderen;
3° bewaakt het inhoudelijke verloop en het verloop van het planningsproces om het ontwerp van het Mobiliteitsplan Vlaanderen vast te stellen;
4° stelt een samenvattende brochure op over het ontwerp van het Mobiliteitsplan Vlaanderen;
5° bezorgt uiterlijk voor de termijn voor het openbaar onderzoek verstreken is, de resultaten van de publieke consultatie aan de MORA;
6° rapporteert over haar werkzaamheden aan de minister.
Art. 12. De Vlaamse minister, bevoegd voor de openbare werken, en de Vlaamse minister, bevoegd voor het mobiliteitsbeleid en het vervoer, zijn, ieder wat hem of haar betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.