6 NOVEMBER 2010. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 20 juli 2001 betreffende de inschrijving van voertuigen
Art. 1-20
Artikel 1. In artikel 1 van het koninklijk besluit van 20 juli 2001 betreffende de inschrijving van voertuigen, gewijzigd bij koninklijk besluit van 18 maart 2003, worden de volgende wijzigingen aangebracht :
1° in punt 22 worden de woorden " of veiligheidselementen " opgeheven;
2° het artikel wordt aangevuld met wat volgt :
" 28° concessionaris : particulier of publiekrechtelijk orgaan dat door de bevoegde overheid tijdelijk belast wordt, onder haar gezag overeenkomstig de bepaalde voorwaarden, met de productie en uitreiking van kentekenbewijzen en kentekenplaten. "
Art.2. In artikel 5, § 1 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht :
1° de bepalingen onder 1° wordt aangevuld met de woorden " en de personen die deel uitmaken van het personeel van een vaste inrichting in België van een internationale publiekrechtelijke instelling, overeenkomstig een akkoord afgesloten tussen de betrokken instelling en de Belgische regering ";
2° de bepalingen onder 2° worden vervangen als volgt :
" 2° de in België gevestigde organen en ambtenaren van de Europese Unie en de Europese organisatie voor de veiligheid van de luchtvaart die door bedoelde organisatie zijn aangewezen. ";
3° het tweede lid onder punt 3° wordt vervangen als volgt :
" De tijdelijke inschrijving van een persoon bedoeld in 1° en 3° van deze paragraaf is geldig voor de duur van hun mandaat met een maximum van drie jaar. De tijdelijke inschrijving van een persoon bedoeld in 2° van deze paragraaf is geldig voor de duur van hun functie. "
Art.3. Artikel 7 van hetzelfde besluit wordt aangevuld als volgt :
" 37° de referentiemassa;
38° de maximum toelaatbare massa. "
Art.4. In hetzelfde besluit wordt het opschrift van afdeling 3 van hoofdstuk II vervangen als volgt :
" Wijziging in de gegevens van de inschrijving ".
Art.5. In artikel 15, § 1, van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht :
1° in het eerste lid worden de woorden " met behoud evenwel van hetzelfde inschrijvingsnummer " opgeheven.
Art.6. In artikel 16 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht :
1° paragraaf 4 wordt vervangen als volgt :
" § 4. De uitreiking van het kentekenbewijs geschiedt door toedoen van een concessionaris op het adres van de hoofdverblijfplaats van de aanvrager.
Indien de aanvraag tot inschrijving werd ingegeven door elektronische overdracht van de gegevens overeenkomstig artikel 11, § 2 of afgegeven bij een kantoor van de directie verantwoordelijk voor de inschrijving van voertuigen bij het Directoraat-generaal Mobiliteit en Verkeersveiligheid, en het kentekenbewijs gelijktijdig met de kentekenplaat wordt uitgereikt, kan de uitreiking eveneens geschieden op een ander Belgisch adres dan de hoofdverblijfplaats van de aanvrager.
In afwijking van het eerste lid gebeurt de uitreiking voor de categorieën van personen bedoeld in artikel 5, § 1, 4° tot en met 11°, in handen van de aanvrager of de wettelijke vertegenwoordiger in het geval van een rechtspersoon, nadat de aanwezige persoon zijn identiteitskaart heeft vertoond. ";
2° het artikel wordt aangevuld met een paragraaf 7, luidende :
" Bij elke wijziging van de gegevens van een kentekenbewijs dat voldoet aan de bepalingen in uitvoering van artikel 18 en op naam van dezelfde houder voor hetzelfde voertuig, wordt een nieuw kentekenbewijs uitgereikt waarbij het kenteken wordt behouden.
Elke wijziging van de gegevens van een kentekenbewijs dat niet meer voldoet aan de bepalingen in uitvoering van artikel 18, geeft evenwel aanleiding tot een herinschrijving van het voertuig. "
Art.7. In artikel 19 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht :
1° in paragraaf 1, eerste lid, worden de woorden " nog geldig was " vervangen door de woorden " nog geldig was en beantwoordde aan de bepalingen getroffen in uitvoering van artikel 18 ";
2° in paragraaf 2, eerste lid, worden de woorden " nog geldig was " vervangen door de woorden " nog geldig was en beantwoordde aan de bepalingen getroffen in uitvoering van artikel 18 ";
3° in paragraaf 2, vierde lid, worden de woorden " tijdelijke inschrijving " vervangen door de woorden " tijdelijke inschrijving, een inschrijving " proefritten " of " handelaar " ".
Art.8. In artikel 20 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht :
1° in paragraaf 1 worden de bepalingen onder 5° opgeheven;
2° paragraaf 1 wordt aangevuld met de bepalingen onder 7°, luidende :
" 7° De commerciële kentekenplaten toegekend overeenkomstig de bepalingen van het koninklijk besluit van 8 januari 1996 tot regeling van de inschrijving van de commerciële platen voor motorvoertuigen en aanhangwagens. ";
3° paragraaf 3 wordt opgeheven;
Art.9. Artikel 21 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt :
" De minister bepaalt afmetingen, vorm, kleur, opschrift en grafie van de kentekenplaten en de reproducties evenals de technische vereisten waaraan de reproducties dienen te voldoen. De minister kan een certificatieprocedure instellen waarvan hij de modaliteiten bepaalt. "
Art.10. Artikel 22 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt :
" Art. 22. § 1. De directie verantwoordelijk voor de inschrijving van voertuigen bij het Directoraat-generaal Mobiliteit en Verkeersveiligheid reikt voor elk ingeschreven voertuig één gewone of bijzondere kentekenplaat uit aan de aanvrager van de inschrijving of zijn lasthebber. Zij kan echter ook een bijkomende kentekenplaat met bijzonder opschrift uitreiken aan de personen of instellingen vermeld in artikel 20, § 2.
§ 2. Bij elke nieuwe inschrijving reikt de directie verantwoordelijk voor de inschrijving van voertuigen bij het Directoraat-generaal Mobiliteit en Verkeersveiligheid een nieuwe kentekenplaat uit, tenzij de aanvrager in zijn aanvraag heeft te kennen gegeven dat hij de kentekenplaat, die beantwoordt aan de bepalingen getroffen in uitvoering van artikel 21, van een ander voertuig dat reeds op zijn naam was ingeschreven, wil plaatsen op het nieuw in te schrijven voertuig, hetgeen echter niet mogelijk is indien hem een tijdelijke kentekenplaat van korte duur werd uitgereikt.
De persoon waaraan overeenkomstig artikel 23 een gereserveerd inschrijvingsnummer werd toegekend ingevolge de betaling van de desbetreffende retributie maar wiens kentekenplaat op het ogenblik van een nieuwe inschrijving niet meer voldoet aan de bepalingen getroffen in uitvoering van artikel 21, kan het oude inschrijvingsnummer behouden evenwel voorafgegaan door het (index-) cijfer " 9 ". Deze inschrijving geeft geen aanleiding tot het betalen van een retributie voor het reserveren van een gepersonaliseerd opschrift.
De persoon waaraan overeenkomstig artikel 23 een gereserveerd inschrijvingsnummer werd toegekend bestaande uit vijf tekens kan evenwel verzoeken om een inschrijvingsnummer bestaande uit zes tekens en voorafgegaan door het (index)cijfer " 9 ", voor zover dat nummer beschikbaar is. Deze inschrijving geeft geen aanleiding tot het betalen van een retributie voor het reserveren van een gepersonaliseerd opschrift.
In geval van betwisting omtrent de betaling van de desbetreffende retributie waarvan sprake in voorgaand lid, ligt de bewijslast bij de tenaamgestelde van het gereserveerd inschrijvingsnummer.
De persoon waaraan een niet-gereserveerd inschrijvingsnummer werd toegekend, maar wiens kentekenplaat op het ogenblik van een nieuwe inschrijving niet meer voldoet aan de bepalingen getroffen in uitvoering van artikel 21, kan het oude inschrijvingsnummer behouden voor zover dat nummer beschikbaar is, evenwel voorafgegaan door het (index)cijfer " 9 ". Deze inschrijving geeft aanleiding tot het betalen van een retributie voor het reserveren van een gepersonaliseerd opschrift zoals bedoeld in artikel 23.
§ 3. De bestaande kentekenplaat die niet beantwoordt aan de bepalingen getroffen in uitvoering van artikel 21, dient binnen vier maanden na de nieuwe inschrijving of herinschrijving terugbezorgd te worden aan de directie verantwoordelijk voor de inschrijving van voertuigen bij het Directoraat-generaal Mobiliteit en Verkeersveiligheid.
§ 4. Elke tenaamgestelde van een inschrijving mag ook om de toekenning van een nieuwe kentekenplaat met een ander inschrijvingsnummer voor een reeds op zijn naam ingeschreven voertuig verzoeken. Zulke herinschrijving kan slechts gebeuren tegen de inlevering van het vorige kentekenbewijs.
§ 5. De uitreiking van de kentekenplaten geschiedt overeenkomstig artikel 16, § 4. Indien de aanvraag tot inschrijving werd ingegeven door elektronische overdracht van de gegevens overeenkomstig artikel 11, § 2 of afgegeven bij een kantoor van de directie verantwoordelijk voor de inschrijving van voertuigen bij het Directoraat-generaal Mobiliteit en Verkeersveiligheid, kan de uitreiking eveneens geschieden op een ander Belgisch adres dan de hoofdverblijfplaats van de aanvrager. "
Art.11. In artikel 23 van hetzelfde besluit wordt het eerste lid vervangen als volgt :
" Wat de gewone kentekenplaten betreft, reserveert de leidend ambtenaar of zijn gemachtigde het inschrijvingsnummer beginnende met het (index-) cijfer " 9 ", vervolledigd met 6 tekens naar keuze van de persoon die er vooraf om verzocht heeft, voor zover dat nummer beschikbaar is. Het inschrijvingsnummer gereserveerd voor 15 november 2010 dat niet voldoet aan de bepalingen van dit besluit, wordt bij de inschrijving eveneens voorafgegaan door het (index)cijfer " 9 ". "
Art.12. In artikel 24 van hetzelfde besluit wordt paragraaf 1 vervangen als volgt :
" § 1. De directie verantwoordelijk voor de inschrijving van voertuigen bij het Directoraat-generaal Mobiliteit en Verkeersveiligheid reikt een duplicaat uit voor de vervanging van een versleten, beschadigde of onleesbaar geworden kentekenplaat. Indien deze kentekenplaat echter niet voldoet aan de bepalingen getroffen in uitvoering van artikel 21, wordt het voertuig heringeschreven.
De uitreiking van het duplicaat geschiedt door toedoen van een concessionaris of in handen van de aanvrager of zijn gemachtigde.
Indien de aanvraag tot duplicaat werd afgegeven bij een kantoor van de directie verantwoordelijk voor de inschrijving van voertuigen bij het Directoraat-generaal Mobiliteit en Verkeersveiligheid, kan de uitreiking eveneens geschieden op een ander Belgisch adres dan de hoofdverblijfplaats van de aanvrager.
De vervangen kentekenplaat verliest haar geldigheid door de vervanging. Geen duplicaat wordt uitgereikt dan tegen inlevering van de vorige kentekenplaat. "
Art.13. In artikel 25 van hetzelfde besluit wordt paragraaf 1 vervangen als volgt :
" § 1. Een gewone kentekenplaat die voldoet aan de bepalingen getroffen in uitvoering van artikel 21 mag met instemming van de houder ervan worden overgedragen op naam van de echtgenoot, van de wettelijke samenwonende, of van één van de kinderen van de houder, indien het voertuig van de houder of een ander voertuig tegelijkertijd wordt ingeschreven onder het nummer van die kentekenplaat.
Indien de houder overleden is mag diens gewone kentekenplaat, die voldoet aan de bepalingen getroffen in uitvoering van artikel 21, eveneens worden overgedragen op naam van de overlevende echtgenoot, van de wettelijke samenwonende of van één van zijn kinderen indien het voertuig van de houder of een ander voertuig tegelijkertijd wordt ingeschreven onder het nummer van die kentekenplaat.
In beide gevallen vervalt de inschrijving op naam van de oorspronkelijke houder van zodra het voertuig op een andere persoon wordt ingeschreven. "
Art.14. In hoofdstuk II van hetzelfde besluit wordt afdeling 7, die de artikelen 26 en 27 bevat, opgeheven.
Art.15. Artikel 29 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt :
" Art. 29. Indien het voertuig beschikt over een plaats voor het aanbrengen van een kentekenplaat, in de zin van de bovengenoemde Richtlijn 70/222/EEG of 74/151/EEG of 2009/62/EG, dient de kentekenplaat op deze plaats vastgemaakt te worden.
Indien het voertuig niet beschikt over een specifieke plaats voor het aanbrengen van een kentekenplaat, dient de kentekenplaat aangebracht te worden overeenkomstig de bepalingen van :
paragraaf 2 van de bijlage van bovengenoemde Richtlijn 70/222/EEG voor de voertuigen van categorieën M, N en O;
paragraaf 2 van bijlage II van bovengenoemde Richtlijn 74/151/EEG voor de voertuigen van categorieën T, R en S;
paragraaf 2 tot en met paragraaf 6 van de bijlage van bovengenoemde Richtlijn 2009/62/EG voor de voertuigen van categorieën L,
overeenkomstig de begripsomschrijvingen van artikel 1 van het koninklijk besluit van 15 maart 1968 houdende algemeen reglement op de technische eisen waaraan de auto's, hun aanhangwagens, hun onderdelen en hun veiligheidstoebehoren moeten voldoen.
De kentekenplaat en haar reproductie worden stevig aan het voertuig vastgemaakt. "
Art.16. In artikel 30 wordt het laatste lid opgeheven.
Art.17. In artikel 31, § 1, wordt het laatste lid vervangen als volgt :
" Het boren van bijkomende gaten in de kentekenplaat of in haar reproductie is verboden. "
Art.18. In artikel 32, § 2 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht :
1° het tweede lid wordt opgeheven;
2° het derde lid wordt vervangen als volgt :
" Vanaf één maand na de datum van inschrijving wordt het onbestelbare kentekenbewijs vernietigd en de onbestelbare kentekenplaat van ambtswege geschrapt. "
Art.19. Dit besluit treedt in werking op 15 november 2010.
Art. 20. De Minister bevoegd voor het Wegverkeer is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Nice, 6 november 2010.
ALBERT
Van Koningswege :
De Eerste Minister,
Y. LETERME
De Staatssecretaris voor Mobiliteit,
E. SCHOUPPE