25 FEBRUARI 2009. - Ministerieel besluit betreffende de controle op de bepaling van de samenstelling van melk en de betaling door de kopers van de melk aan de producenten(NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 08-04-2009 en tekstbijwerking tot 28-12-2022)
Hoofdstuk I. - Definities
Art. 1
Hoofdstuk II. - Controle op de bepaling van de samenstelling van de melk
Art. 2-7
Hoofdstuk III. - Betaling van de melk
Art. 8-10
Hoofdstuk IV. - Melkafrekening
Art. 11-15
Hoofdstuk V. - Slotbepalingen
Art. 16-17
BIJLAGE.
Art. N
2012206385 2013036087 2014036469 2015035284 2015035625 2019012890
Hoofdstuk I. - Definities
Artikel 1.Voor de toepassing van dit besluit, wordt verstaan onder :
1° het besluit van de Vlaamse Regering : het besluit van de Vlaamse Regering van 7 september 2007 houdende de organisatie van de vaststelling van en de controle op de samenstelling van rauwe koemelk;
2° het koninklijk besluit : [6 het koninklijk besluit van 29 augustus 2021 betreffende de controle van de kwaliteit van rauwe melk en de erkenning van de interprofessionele organismen]6;
3° [6 ...]6;
4° [4 bevoegde entiteit : het Departement Landbouw en Visserij van het Vlaams Ministerie van Landbouw en Visserij;]4;
5° [4 ...]4;
6° vetgehalte : de hoeveelheid melkvet, uitgedrukt in gram per liter melk, tot op een tiende nauwkeurig;
7° [2 gemiddeld vetgehalte : het gewogen gemiddelde van alle vetgehaltes, verkregen in een bepaalde maand;]2
8° eiwitgehalte : de hoeveelheid totale stikstofhoudende bestanddelen, verkregen door het stikstofgehalte te vermenigvuldigen met de factor 6,38, uitgedrukt in gram per liter melk, tot op een tiende nauwkeurig;
9° [2 gemiddeld eiwitgehalte : het gewogen gemiddelde van alle eiwitgehaltes, verkregen in een bepaalde maand;]2
10° [3 standaardmelk: melk, diepgekoeld, zonder strafpunten en afhoudingen voor remstoffen, met een vetgehalte van 42,00 gram per liter en een eiwitgehalte van 34,00 gram per liter;]3
11° [5 standaardprijs]5 : prijs per 100 liter standaardmelk af-hoeve, [3 inclusief eventueel andere prijsbepalende melkcomponenten andere dan vet en eiwit,]3 exclusief BTW en zonder premies en afhoudingen.
----------
(2)<MB 2013-10-28/02, art. 1, 003; Inwerkingtreding : 01-01-2014>
(3)<MB 2014-07-10/04, art. 1, 004; Inwerkingtreding : 01-01-2015>
(4)<MB 2015-02-24/04, art. 40, 005; Inwerkingtreding : 01-01-2015>
(5)<MB 2015-04-20/15, art. 1, 006; Inwerkingtreding : 01-01-2015>
(6)<MB 2022-10-26/13, art. 1, 008; Inwerkingtreding : 07-01-2023>
Hoofdstuk II. - Controle op de bepaling van de samenstelling van de melk
Art.2. De criteria voor de bepaling van de samenstelling van de melk, vermeld in artikel 3, § 4, van het besluit van de Vlaamse Regering, zijn :
1° het vetgehalte;
2° het eiwitgehalte;
3° het vriespunt.
Art.3.In uitvoering van artikel 4, § 1, 4°, van het besluit van de Vlaamse Regering, moeten bij de bemonstering de volgende voorschriften in acht genomen worden :
1° [1 het monster moet onmiddellijk na de bemonstering voorzien worden van een unieke elektronische identificatiecode;]1
2° [1 alleen goedgekeurde bemonsteringsapparaten mogen worden gebruikt;]1
3° de bewaring en het transport van de monsters moet gebeuren tussen 0 en 4°C.
De koper bewaart de monsters in een speciaal daartoe bestemde koelruimte, die alleen toegankelijk is voor bevoegde personen. De toegang tot deze koelruimte moet worden geregistreerd;
4° [1 de tijd tussen de bemonstering en de start van de analyse bedraagt maximaal 84 uur.]1
----------
(1)<MB 2013-10-28/02, art. 2, 003; Inwerkingtreding : 01-01-2014>
Art.4.In uitvoering van artikel 4, § 2, van het besluit van de Vlaamse Regering, en met toepassing van de criteria, vermeld in artikel 2 :
1° wordt de samenstelling van de melk bepaald voor elk monster;
2° wordt de samenstelling van de melk bepaald volgens de methoden, vermeld in de bijlage, die bij dit besluit is gevoegd;
3° deelt [2 het interprofessioneel organisme]2 alle analyseresultaten en de navolgende maandbeoordeling mee aan de betrokken producenten en kopers, op de manier die [3 de bevoegde entitei]3 bepaalt. [3 Personeelsleden van de bevoegde entiteit]3 krijgen, op hun verzoek, eveneens inzage in de resultaten.
----------
(2)<MB 2013-10-28/02, art. 3, 003; Inwerkingtreding : 01-01-2014>
(3)<MB 2015-02-24/04, art. 41, 005; Inwerkingtreding : 01-01-2015>
Art.5.In uitvoering van artikel 5, § 1, eerste lid, van het besluit van de Vlaamse Regering moet een nieuw type [1 bemonsteringsapparaat]1 voldoen aan volgende voorwaarden :
1° het percentage restmelk moet lager liggen dan 0,1 %;
2° uit vergelijking met een reeks van minstens vijftig manuele monsternames moet blijken dat het gemiddelde verschil voor het vet- en het eiwitgehalte tussen de monsters, genomen met het [1 bemonsteringsapparaat]1, en de manueel genomen monsters niet groter is dan 0,2 gram per liter; de standaardafwijking mag niet groter zijn dan 0,4 gram per liter.
----------
(1)<MB 2013-10-28/02, art. 4, 003; Inwerkingtreding : 01-01-2014>
Art.6.In uitvoering van artikel 5, § 1, derde lid, van het besluit van de Vlaamse Regering moeten goedgekeurde bemonsteringsapparaten [2 een ]2 keer per jaar herkeurd worden door een [1 interprofessioneel organisme]1, erkend met toepassing van artikel 6 van het besluit van de Vlaamse Regering.
[2 ...]2
----------
(1)<MB 2013-10-28/02, art. 5, 003; Inwerkingtreding : 01-01-2014>
(2)<MB 2022-10-26/13, art. 2, 008; Inwerkingtreding : 07-01-2023>
Art.7.[2 Ter uitvoering van artikel 6, § 1, eerste lid, 6°, van het besluit van de Vlaamse Regering wordt de wetenschappelijke begeleiding georganiseerd en uitgevoerd door het Instituut voor Landbouw en Visserijonderzoek.]2
Het Instituut voor Landbouw- en Visserijonderzoek, legt de technische procedure van de wetenschappelijke begeleiding vast in een schriftelijk document.
Elke wijziging aan dat document moet vooraf aan [3 de bevoegde entiteit]3 voorgelegd [2 en goedgekeurd]2 worden. [2 Het hoofd van [3 de bevoegde entiteit]3 verleent de goedkeuring, en kan die beslissingsbevoegdheid subdelegeren aan personeelsleden die onder zijn hiërarchisch gezag staan, tot op het meest functionele niveau.]2
----------
(2)<MB 2014-07-10/04, art. 2, 004; Inwerkingtreding : 01-01-2015>
(3)<MB 2015-02-24/04, art. 42, 005; Inwerkingtreding : 01-01-2015>
Hoofdstuk III. - Betaling van de melk
Art.8.
<Opgeheven bij MB 2014-07-10/04, art. 3, 004; Inwerkingtreding : 01-01-2015>
Art.9.[1 Bij de betaling van de melk kan de koper premies toepassen op basis van criteria die uitsluitend gebonden zijn aan de kwaliteit van de melk, als vermeld in het koninklijk besluit.
Om de premies, vermeld in het eerste lid, te mogen toepassen moet aan de volgende drie cumulatieve voorwaarden voldaan zijn:
1° er is geen afhouding gedaan als gevolg van strafpunten of als gevolg van de aanwezigheid van remstoffen;
2° de melklevering is gekoppeld aan een door de Vlaamse overheid erkende voedselkwaliteitsregeling, met toepassing van het ministerieel besluit van 26 maart 2007 houdende de erkenning van voedselkwaliteitsregelingen;
3° [2 ...]2
Het bedrag van de premie, vermeld in eerste lid, [2 mag niet hoger zijn dan 2 euro per 100 liter]2.
[2 De premie, vermeld in het eerste lid, wordt op een niet-discriminerende wijze toegepast voor elke melklevering die voldoet aan dezelfde criteria.]2
Er kunnen andere premies worden toegepast, die echter geen verband mogen houden met de kwaliteitscriteria, vermeld in het koninklijk besluit.]1
----------
(1)<MB 2014-07-10/04, art. 4, 004; Inwerkingtreding : 01-01-2015>
(2)<MB 2019-04-15/01, art. 1, 007; Inwerkingtreding : 01-09-2019>
Art.10.[3 § 1. In dit artikel wordt verstaan onder protocol: het protocol van 15 november 2021 betreffende de ophaling en de controle van de kwaliteit en de samenstelling van rauwe koemelk geleverd aan kopers, dat is opgesteld door het Melkcontrolecentrum - Vlaanderen VZW. Dit protocol geldt als "het document betreffende de modaliteiten van de controle van de kwaliteit van de rauwe koemelk, dat bindend is voor de kopers die rauwe melk ophalen of laten leveren en de producenten", vermeld in artikel 13, § 2, 5° van het koninklijk besluit.]3
[1 [3 § 1/1.]3 Bij de betaling van de melk past de koper afhoudingen toe op basis van het vriespunt en de criteria die verbonden zijn aan de kwaliteit van de melk als gedefinieerd in het koninklijk besluit. Per strafpunt, toegekend overeenkomstig paragraaf 2, [2 past de koper een afhouding toe van minimaal 0,75 euro per 100 liter melk en maximaal 2 euro per 100 liter melk]2.
[2 De afhouding per strafpunt, vermeld in het eerste lid, wordt op een niet-discriminerende wijze toegepast voor elke melklevering die niet voldoet aan de criteria, vermeld in paragraaf 2. Een strafpunt krijgt een unieke waarde binnen de vork, vermeld in het eerste lid, telkens voor de periode, vermeld in artikel 11. Die unieke waarde wordt gebruikt voor elk van de afhoudingen, vermeld in paragraaf 2.]2
§ 2. [2 De bacteriologische kwaliteit wordt via de kiemgetalbepaling vastgesteld conform [3 de bijlage bij het protocol met als titel "Bepaling van het kiemgetal met de BACTOSCAN ]3. Het maandresultaat dat bepalend is voor de betaling van de melk, is het geometrische gemiddelde van minstens vier resultaten over een periode van maximaal twee maanden. De bepaling van de effectieve resultaten wordt vastgelegd in de procedure tussen kopers en het interprofessionele orgaan. Die effectieve resultaten zijn evenwichtig verspreid in de tijd. De berekening van het maandresultaat wordt voor alle producenten bij dezelfde koper binnen dezelfde periode en op een identieke manier uitgevoerd.]2 De strafpunten worden toegekend volgens de onderstaande tabel :
Resultaat (kiemen/ml) | Strafpunten |
1° minder dan of gelijk aan 100 000 | 0; |
2° eenmaal meer dan 100 000 | 1; |
3° twee opeenvolgende keren meer dan 100 000 | 2; |
4° drie opeenvolgende keren meer dan 100 000 | 4; |
5° vier opeenvolgende keren meer dan 100 000 | 6; |
6° meer dan vier opeenvolgende keren meer dan 100 000 | 8. |
Resultaat (cellen/ml) | Strafpunten |
1° minder dan of gelijk aan 400 000 | 0; |
2° eenmaal meer dan 400 000 | 1; |
3° twee opeenvolgende keren meer dan 400 000 | 2; |
4° drie opeenvolgende keren meer dan 400 000 | 4; |
5° vier opeenvolgende keren meer dan 400 000 | 6; |
6° meer dan vier opeenvolgende keren meer dan 400 000 | 8. |