Details



Externe links:

Justel

Staatsblad pdf



Titel:

25 APRIL 2008. - Ministerieel besluit tot wijziging van het ministerieel besluit van 9 juli 2001 houdende de voorwaarden voor het organiseren van en de bepalingen over de toestemming voor en de subsidiëring van buitenschoolse opvang in aparte lokalen in kinderdagverblijven.



Inhoudstafel:


Art. 1-2



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:

2001035974 



Uitvoeringsbesluit(en):



Artikels:

Artikel 1. Artikel 8, § 2, van het ministerieel besluit van 9 juli 2001 houdende de voorwaarden voor het organiseren van en de bepalingen over de toestemming voor en de subsidiëring van buitenschoolse opvang in aparte lokalen in kinderdagverblijven, gewijzigd bij het ministerieel besluit van 13 juli 2007, wordt gewijzigd als volgt :
  "§ 2. De begeleider moet minstens achttien jaar oud zijn en moet beschikken over één van de volgende kwalificatiebewijzen :
  1° ofwel over een attest van de opleiding 'begeleider buitenschoolse opvang', gegeven door een door Kind en Gezin erkende opleidingsorganisatie;
  2° ofwel over een titel van beroepsbekwaamheid 'begeleider buitenschoolse opvang' als vermeld in het decreet van 30 april 2004 over het verwerven van een titel van beroepsbekwaamheid;
  3° ofwel over een attest van de cursus 'verantwoordelijke in de kinderopvang', tot 2004 'beheerder particuliere opvanginstelling' genoemd, die georganiseerd wordt door het Vlaams Instituut voor Zelfstandige Ondernemers in Syntra-centra, op voorwaarde dat de cursus 'begeleider buitenschoolse opvang' mee geïntegreerd is;
  4° ofwel over een diploma of attest van één van de hierna vermelde opleidingen :
  a) uit het beroepssecundair onderwijs : het derde jaar van de derde graad 'kinderzorg'; de opleiding 'kinderzorg' en de opleiding 'begeleider buitenschoolse opvang' van het volwassenenonderwijs; de opleiding 'kinderzorg/begeleider in de kinderopvang' van het volwassenenonderwijs; het derde jaar van de derde graad van een 'naamloos leerjaar' als bij dat eindstudiebewijs een door de bevoegde verificateur van Onderwijs voor waar en echt verklaard attest is gevoegd waarop vermeld is dat het leerplan 'kinderzorg' volledig gevolgd is; de opleiding 'begeleider in de kinderopvang' van het experimentele modulaire beroepssecundair onderwijs; het derde jaar van de vierde graad 'verpleegkunde';
  b) uit het technisch secundair onderwijs : het tweede jaar van de derde graad 'sociale en technische wetenschappen'; het tweede jaar van de derde graad
  'jeugd- en gehandicaptenzorg'; het tweede jaar van de derde graad 'gezondheids- en welzijnswetenschappen'; het derde jaar van de derde graad 'internaatswerking' of 'leefgroepenwerking'; de opleiding 'jeugd- en gehandicaptenzorg' van het volwassenenonderwijs;
  c) uit het hoger of universitair onderwijs : hoger onderwijs van één of meer cycli; hoger onderwijs van sociale promotie van het korte type; universitair onderwijs van één of meer cycli; bacheloropleiding; masteropleiding;
  5° ofwel over een van de hierna vermelde attesten, op voorwaarde dat voldaan is aan de voorwaarden vermeld in het tweede lid :
  a) een attest, meer bepaald een creditbewijs, dat bevestigt dat voor een van de volgende richtingen alle modules die behoren tot het eerste en tweede studiejaar, met vrucht beëindigd werden : bachelor in het onderwijs (kleuterschool of lagere school) of bachelor in de orthopedagogiek;
  b) een attest, meer bepaald een studiebewijs, dat bevestigt dat voor de volgende richting het eerste en tweede studiejaar met vrucht beëindigd werden : de opleiding orthopedagogiek van het volwassenenonderwijs;
  c) een attest, meer bepaald een studiebewijs, dat bevestigt dat voor een van de volgende richtingen het eerste en tweede leerjaar van de graduaatsopleiding met vrucht werden beëindigd : kleuterleider, leraar lager onderwijs of orthopedagogie.
  De volgende voorwaarden gelden voor de attesten vermeld in het eerste lid, 5° :
  1° het attest wordt opgesteld en voor waar en echt verklaard door de directeur van de onderwijsinstelling waar de opleiding gevolgd werd;
  2° het initiatief garandeert via selectie, screening en begeleiding dat de begeleiders die beschikken over een attest als vermeld in het eerste lid, voldoende competent zijn voor hun werk;
  3° het initiatief stelt per twee begeleiders maximaal één begeleider aan met een kwalificatiebewijs als vermeld in het eerste lid, 5° en garandeert dat die begeleider nooit alleen werkt en altijd samenwerkt met een begeleider met een kwalificatiebewijs als vermeld in het eerste lid, 1° tot en met 4°."

Art. 2. Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 mei 2008.
  Brussel, 25 april 2008.
  S. VANACKERE.