Details



Externe links:

Justel

Staatsblad pdf



Titel:

1 FEBRUARI 2008. - Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap betreffende de werking van de Beroepscommissie voor het onderwijs voor sociale promotie (VERTALING) (NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 01-04-2008 en tekstbijwerking tot 03-12-2008)



Inhoudstafel:

HOOFDSTUK I. - Installatie van de Beroepscommissie.
Art. 1
HOOFDSTUK II. - Werking van de Beroepscommissie.
Art. 2-10
HOOFDSTUK III. - Slotbepalingen.
Art. 11-12



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:



Uitvoeringsbesluit(en):

2008029591 



Artikels:

HOOFDSTUK I. - Installatie van de Beroepscommissie.
Artikel 1. De Commissie voor de beroepen tegen de beslissingen van de Studieraden vergaderd in het kader van een opleidingseenheid " geïntegreerde proef " of een bepalende opleidingseenheid ingericht in het kader van een afdeling van stelsel 1 en van de examencommissies vergaderd in het kader van de eindproef van een afdeling van stelsel 2 - hierna " de Beroepscommissie " - wordt ingericht bij het Algemeen bestuur onderwijs en wetenschappelijk onderzoek, algemene directie niet-verplicht onderwijs en wetenschappelijk onderzoek.

HOOFDSTUK II. - Werking van de Beroepscommissie.
Art.2. Bij geval van ontslagindiening of overlijden van een lid, wordt hij vervangen. Het aldus aangewezen lid voleindigt het mandaat van zijn voorganger.
  Een lid wordt als van ambtswege ontslagnemend beschouwd als hij de hoedanigheid verliest wegens dewelke hij aangewezen werd.

Art.3. De vergaderingen van de Beroepscommissie vinden plaats op de zetel van de algemene directie van het niet-verplicht onderwijs en wetenschappelijk onderzoek. Het secretariaat wordt waargenomen door het bestendig secretariaat van de Hoge raad en de Overlegcommissie van het onderwijs voor sociale promotie.

Art.4. De oproepingen voor de vergaderingen worden aan de leden gestuurd door de secretaris, minstens vijf werkdagen voor de datum van de vergadering, waarbij verondersteld wordt dat de zaterdag niet als een werkdag wordt beschouwd. De oproepingen vermelden de agenda.
  In geval van dringende noodzakelijkheid :
  1° kunnen de oproepingen overgezonden worden via een telekopie, een email, en langs de post bevestigd worden,
  2° kan de voorzitter de termijn tot 2 werkdagen terugbrengen.
  De Beroepscommissie kan enkel beraadslagen op de punten die vermeld staan op de agenda.

Art.5. De Voorzitter tracht tot een consensus te komen.
  De verhinderde werkende leden zorgen ervoor dat ze respectief vervangen worden door hun plaatsvervanger.
  Wanneer een lid het hoofd is van de inrichting betrokken bij het beroep of de echtgenote, een bloed- of aanverwante tot en met de vierde graad van de betrokken leerling, kan hij in de Beroepscommissie niet zetelen.

Art.6. Vanaf de ontvangst van het beroep, bepaalt de Voorzitter van de Commissie de datum van de vergadering gedurende dewelke het beroep onderzocht zal worden.

Art.7. De Beroepscommissie gaat voorafgaandelijk na of het beroep ontvankelijk is met betrekking tot de voorwaarden bepaald bij de artikelen 123ter en 123quater van het voormelde decreet van 16 april 1991.

Art.8.De beslissingen worden bij een meerderheid van tweederde van de stemmen uitgedrukt door [1 de voorzitter en]1 de aanwezige leden, genomen. Indien deze meerderheid niet bereikt wordt, wordt het beroep verworpen.
  ----------
  (1)<BFG 2008-10-02/38, art. 1, 002; Inwerkingtreding : 03-12-2008>

Art.9. De Beroepscommissie maakt haar met redenen omklede beslissing bekend via een aangetekende brief aan de leerling en aan het inrichtingshoofd binnen de dertig kalenderdagen buiten schoolvakanties die volgen op de verzending per aangetekende brief van het externe beroep.
  Nochtans, wat betreft de beroepen ingediend tussen 1 juni en 7 juli, zal de Commissie haar beslissingen mededelen ten laatste tegen 31 augustus van het betrokken jaar.

Art.10. De Beroepscommissie stelt elke jaar een activiteitenverslag op dat ze aan de algemene directie niet-verplicht onderwijs en wetenschappelijk onderzoek en aan de Minister tot wiens bevoegdheid het onderwijs voor sociale promotie behoort, overzendt.

HOOFDSTUK III. - Slotbepalingen.
Art.11. Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.

Art. 12. De Minister tot wiens bevoegdheid het Onderwijs voor sociale promotie behoort, is belast met de uitvoering van dit besluit.
  Brussel, 1 februari 2008.
  Vanwege de Regering van de Franse Gemeenschap :
  De Minister-Presidente, belast met het Leerplichtonderwijs,
  Mevr. M. ARENA
  De Vice-Presidente, Minister van Hoger Onderwijs, Wetenschappelijk Onderzoek en Internationale Betrekkingen,
  Mevr. M.-D. SIMONET
  De Vice-President, Minister van Begroting, Financiën, Ambtenarenzaken en Sport,
  M. DAERDEN
  De Minister van Cultuur en de Audiovisuele Sector,
  Mevr. F. LAANAN
  De Minister van Jeugd en Onderwijs voor Sociale Promotie,
  M. TARABELLA
  De Minister van Kinderwelzijn, Hulpverlening aan de Jeugd en Gezondheid,
  Mevr. C. FONCK.