1 SEPTEMBER 2008. - Koninklijk besluit waarbij de grensbedragen van de toegelaten beroepsinkomsten voor bepaalde gepensioneerden verhoogd worden.
Art. 1-5
Artikel 1. In artikel 4, § 1 van de wet van 5 april 1994 houdende regeling van de cumulatie van pensioenen van de openbare sector met inkomsten voortvloeiend uit de uitoefening van een beroepsactiviteit of met een vervangingsinkomen, vervangen bij het koninklijk besluit van 23 december 2002 en gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 31 juli 2004, 13 december 2006 en 26 juli 2007, worden de volgende wijzigingen aangebracht :
1° het bedrag van 17.149,20 EUR, zoals bepaald in het eerste lid, 1° en 4°, wordt vervangen door het bedrag van 21.436,50 EUR;
2° het bedrag van 13.719,36 EUR, zoals bepaald in het eerste lid, 2°, en in het tweede lid, wordt vervangen door het bedrag van 17.149,19 EUR.
Art.2. In artikel 7, § 1 van de voormelde wet van 5 april 1994, vervangen bij het koninklijk besluit van 23 december 2002 en gewijzigd bij het koninklijk besluit van 11 mei 2007, worden de volgende wijzigingen aangebracht :
1° het bedrag van 16.000,00 EUR, zoals bepaald in het eerste lid, 1° en 4°, wordt vervangen door het bedrag van 17.280,00 EUR;
2° het bedrag van 12.800,00 EUR, zoals bepaald in het eerste lid, 2°, en in het tweede lid, wordt vervangen door het bedrag van 13.824,00 EUR.
Art.3. Artikel 9 van dezelfde wet, vervangen bij het koninklijk besluit van 11 mei 2007 en gewijzigd bij het koninklijk besluit van 26 juli 2007, wordt vervangen als volgt :
" Art. 9. Indien de gerechtigde of zijn echtgenoot in de loop van een bepaald jaar kinderbijslag of een als zodanig geldende tegemoetkoming ontvangt voor ten minste één kind, wordt of worden voor datzelfde jaar :
- het bedrag van 21.436,50 EUR bepaald bij artikel 4, § 1, eerste lid, 1° en 4°, is met 4.638,50 EUR verhoogd;
- het bedrag van 7.421,57 EUR bepaald bij artikel 4, § 5, eerste lid, 1° en 4°, met 3.710,80 EUR verhoogd;
- het bedrag van 17.149,19 EUR bepaald bij artikel 4, § 1, eerste lid, 2° en tweede lid, met 3.710,79 EUR verhoogd;
- het bedrag van 5.937,26 EUR bepaald bij artikel 4, § 5, eerste lid, 2°, en tweede lid, met 2.968,63 EUR verhoogd;
- het bedrag van 17.280,00 EUR bepaald bij artikel 7, § 1, eerste lid, 1° en 4°, met 4.320,00 EUR verhoogd;
- het bedrag van 13.824,00 EUR bepaald bij artikel 7, § 1, eerste lid, 2°, en tweede lid, met 3.456,00 EUR verhoogd. ".
Art.4. Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2008
Art. 5. Onze Minister van Maatschappelijke Integratie, Pensioenen en Grote Steden is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 1 september 2008.
ALBERT
Van Koningswege :
De Minister van Maatschappelijke Integratie, Pensioenen en Grote Steden,
Mevr. M. ARENA.