19 SEPTEMBER 2008. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 27 november 1985 tot bepaling van de regels inzake de organisatie en de werking van de beroepsinstituten die voor de dienstverlenende intellectuele beroepen zijn opgericht.
Art. 1-3
Artikel 1. § 1. Aan het koninklijk besluit van 27 november 1985 tot bepaling van de regels inzake de organisatie en de werking van de beroepsinstituten die voor de dienstverlenende intellectuele beroepen zijn opgericht, wordt een artikel 41quater toegevoegd, luidende :
" Art. 41quater § 1. Voor de leden van het bureau van de Nationale Raad wordt de zitpenning voor een halve dag prestatie van minimum drie uur vastgelegd op 250 EUR, met een maximum van 6.000 EUR per maand voor de voorzitter, 5.000 EUR per maand voor de ondervoorzitter en 4.000 EUR per maand voor de penningmeester. Zij kunnen geen andere vergoedingen of zitpenningen ontvangen vanwege het beroepsinstituut.
§ 2. Voor de effectieve leden en de plaatsvervangers van de Nationale Raad, alsook voor alle leden of derden waarop het beroepsinstituut beroep zou doen in het kader van een commissie, een werkgroep of enige andere opdracht namens het beroepsinstituut, wordt de zitpenning voor een halve dag prestatie van minimum drie uur, vastgelegd op 150 EUR met een maximum van 1.500 EUR per maand. Zij kunnen geen andere vergoedingen of zitpenningen ontvangen vanwege het beroepsinstituut.
§ 3. Voor de voorzitters van de Uitvoerende Kamers, de Kamers van Beroep en de rechtskundige assessoren bij de Uitvoerende Kamers alsook hun plaatsvervangers, wordt de zitpenning voor een halve dag prestatie van minimum drie uur vastgelegd op 250 EUR. Zij kunnen geen andere vergoedingen of zitpenningen ontvangen vanwege het beroepsinstituut.
§ 4. Voor de effectieve leden en de plaatsvervangers van de Uitvoerende Kamers en de Kamers van Beroep wordt de zitpenning voor een halve dag prestatie van minimum drie uur vastgelegd op 150 EUR.
Zij kunnen geen andere vergoedingen of zitpenningen ontvangen vanwege het beroepsinstituut.
§ 5. Naast bovenvermelde zitpenningen ontvangen de hierboven genoemde personen in §§ 1 tot 4 nog een terugbetaling van hun werkelijk afgelegde verplaatsingskosten in opdracht van het beroepsinstituut en dit volgens de terugbetalingstarieven die gelden voor de federale ambtenaren.
§ 6. De in dit artikel bedoelde bedragen zijn gekoppeld aan de spilindex en worden jaarlijks geindexeerd op 1 januari. De indexering zal voor de eerste maal gebeuren op 1 januari van het jaar dat volgt op de inwerkingtreding van dit besluit met als referentieindex de spilindex van de maand voorafgaand aan de inwerkingtreding van dit besluit. "
Art.2. Dit besluit treedt in werking op de eerste dag van de maand na die waarin het is bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad.
Art. 3. Onze Minister bevoegd voor Middenstand is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 19 september 2008.
ALBERT
Van Koningswege :
De Minister van K.M.O.'s, Zelfstandigen, Landbouw en Wetenschapsbeleid,
Mevr. S. LARUELLE.