21 SEPTEMBER 2007. - Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van de regelgeving betreffende de bekwaamheidsbewijzen van de personeelsleden van de onderwijsinstellingen voor deeltijds kunstonderwijs.
HOOFDSTUK I. - Wijzigingen in het besluit van de Vlaamse Regering van 31 juli 1990 betreffende de bekwaamheidsbewijzen, de weddeschalen, het prestatiestelsel en de bezoldigingsregeling van de leden van het bestuurs- en onderwijzend personeel en van het opvoedend hulppersoneel van de onderwijsinstellingen voor deeltijds kunstonderwijs, studierichting
Art. 1-7
HOOFDSTUK II. - Wijzigingen in het besluit van de Vlaamse Regering van 31 juli 1990 betreffende de bekwaamheidsbewijzen, de weddeschalen, het prestatiestelsel en de bezoldigingsregeling van de leden van het bestuurs- en onderwijzend personeel en van het opvoedend hulppersoneel van de onderwijsinstellingen voor deeltijds kunstonderwijs, studierichtingen
Art. 8-14
HOOFDSTUK III. - Slotbepalingen.
Art. 15-16
BIJLAGEN.
Art. N1-N2
HOOFDSTUK I. - Wijzigingen in het besluit van de Vlaamse Regering van 31 juli 1990 betreffende de bekwaamheidsbewijzen, de weddeschalen, het prestatiestelsel en de bezoldigingsregeling van de leden van het bestuurs- en onderwijzend personeel en van het opvoedend hulppersoneel van de onderwijsinstellingen voor deeltijds kunstonderwijs, studierichting 'Beeldende kunst'.
Artikel 1. In artikel 1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 31 juli 1990 betreffende de bekwaamheidsbewijzen, de weddeschalen, het prestatiestelsel en de bezoldigingsregeling van de leden van het bestuurs- en onderwijzend personeel en van het opvoedend hulppersoneel van de onderwijsinstellingen voor deeltijds kunstonderwijs, studierichting 'Beeldende kunst', wordt § 1 opgeheven.
Art.2. Aan artikel 3, § 2, van hetzelfde besluit, vervangen bij het besluit van de Vlaamse Regering van 14 februari 2003, worden de volgende wijzigingen aangebracht :
1° punt 13° tot en met 15° worden toegevoegd, die luiden als volgt :
" 13° het diploma van bachelor in het onderwijs : secundair onderwijs;
14° het diploma van bachelor in het onderwijs : lager onderwijs;
15° het diploma van bachelor in het onderwijs : kleuteronderwijs;";
2° punt 16° tot en met 24° worden toegevoegd, die luiden als volgt :
" 16° het diploma van leraar, uitgereikt na een specifieke lerarenopleiding, zoals bepaald in het decreet van 15 december 2006 betreffende de lerarenopleidingen in Vlaanderen;
17° het diploma van de voortgezette lerarenopleiding zorgverbreding en remediërend leren;
18° het diploma van bachelor in het onderwijs : zorgverbreding en remediërend leren;
19° het diploma van de voortgezette studie van geaggregeerde voor het buitengewoon onderwijs;
20° het diploma van de voortgezette studie van geaggregeerde voor het buitengewoon onderwijs en remedial teaching.
21° het diploma van de voortgezette studie van remedial teacher;
22° het diploma van de voortgezette lerarenopleiding buitengewoon onderwijs;
23° het diploma van bachelor in het onderwijs : buitengewoon onderwijs;
24° het bekwaamheidsgetuigschrift tot het geven van buitengewoon onderwijs. "
Art.3. Artikel 3bis van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 14 februari 2003, wordt opgeheven.
Art.4. In artikel 6 van hetzelfde besluit, vervangen bij het besluit van de Vlaamse Regering van 14 februari 2003 en gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 8 september 2006, worden de volgende wijzigingen aangebracht :
1° in punt 6° worden de woorden "of van industrieel ingenieur" geschrapt;
2° er wordt een punt 6°bis ingevoegd, dat luidt als volgt :
" 6°bis het diploma van industrieel ingenieur;";
3° aan punt 10° worden punt g) en h) toegevoegd, die luiden als volgt :
" g) het diploma van binnenhuisontwerper, uitgereikt na een cyclus van ten minste drie studiejaren door het Provinciaal Hoger Instituut voor Architectuur en Toegepaste Kunsten in Hasselt, het Provinciaal Hoger Architectuurinstituut in Hasselt-Diepenbeek en het Stedelijk Hoger Architectuurinstituut De Bijloke in Gent;
h) het diploma van binnenhuisontwerper, behaald voor het academiejaar 1964-1965 en uitgereikt na een cyclus van ten minste drie studiejaren door het Nationaal Hoger Instituut voor Bouwkunst en Stedenbouw in Antwerpen;";
4° in punt 14° wordt k) vervangen door wat volgt :
" k) het diploma van geaggregeerde voor het secundair onderwijs-groep 1, samen met het diploma van de voortgezette lerarenopleiding voor de bijkomende uitdieping van een opleidingseenheid;";
5° aan punt 14° worden punt m) tot en met p) toegevoegd, die luiden als volgt :
" m) het diploma van bachelor in het onderwijs : lager onderwijs;
n) het diploma van bachelor in het onderwijs : kleuteronderwijs;
o) het diploma van bachelor in het onderwijs : secundair onderwijs;
p) het diploma van gegradueerde in de godsdienstwetenschappen. ";
6° er wordt een punt 14°bis ingevoegd, dat luidt als volgt :
" 14°bis a) de vergunning van lijnbestuurder, lijnvliegtuigbestuuder of lijnpiloot, uitgereikt of erkend door het Bestuur der Luchtvaart of door het Directoraat-generaal Luchtvaart, ongeacht de periodes waarvoor de vergunning geldt;
b) de vergunning van beroepsbestuurder of beroepsvliegtuigbestuurder, uitgereikt of erkend door het Bestuur der Luchtvaart of door het Directoraat-generaal Luchtvaart, met de bevoegdheidsverklaring instrumentvliegen, als de kandidaten geslaagd zijn voor de examens over de algemene kennis voor het verkrijgen van de vergunning van lijnbestuurder, lijnvliegtuigbestuurder of lijnpiloot, ongeacht de periodes waarvoor de vergunning geldt;";
7° aan punt 17° worden de volgende woorden toegevoegd : "of, vanaf 1 september 2007, het diploma van gegradueerde, uitgereikt in het hoger beroepsonderwijs door een centrum voor volwassenenonderwijs;".
Art.5. In artikel 7, § 1, van hetzelfde besluit, vervangen bij het besluit van de Vlaamse Regering van 14 februari 2003 en gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 8 september 2006, worden de volgende wijzigingen aangebracht :
1° punt 1° wordt vervangen door wat volgt :
" 1° een bekwaamheidsbewijs van ten minste master, afgekort ten minste master : een van de basisdiploma's, vermeld in artikel 6, punt 1° tot en met 6°bis;";
2° in punt 3° worden de woorden ", met uitzondering van het diploma van industrieel ingenieur" geschrapt;
3° in punt 4° worden de woorden "vermeld onder de punten 4° en 10°, van artikel 6 van dit besluit" vervangen door de woorden "vermeld in artikel 6, punt 4°, 6°, en 10°";
4° punt 6° wordt opgeheven;
5° in punt 7° worden de woorden "vermeld onder de punten 7°, 13°, 14°, 16° of 17°, van artikel 6 van dit besluit" vervangen door de woorden "vermeld in artikel 6, punt 7°, 13°, 14°, a) tot en met k), 15, c), 16° of 17°';
6° er wordt een punt 7°bis ingevoegd, dat luidt als volgt :
" 7°bis PBA : het diploma van professioneel gerichte bachelor, vermeld in artikel 6, punt 14°, l);";
7° punt 8° wordt vervangen door wat volgt :
" 8° een bekwaamheidsbewijs van ten minste professioneel gerichte bachelor, afgekort ten minste PBA : een van de basisdiploma's, vermeld in artikel 6, punt 1° tot en met 17°, met uitzondering van :
a) het diploma of het getuigschrift van het pedagogisch hoger onderwijs van het korte type voor sociale promotie of van het pedagogisch hoger onderwijs voor sociale promotie;
b) het pedagogisch getuigschrift, uitgereikt door een centrum voor volwassenenonderwijs;
c) het getuigschrift van de middelbare technische normaalleergangen of van de pedagogische leergangen;
d) het getuigschrift van pedagogische bekwaamheid dans;
e) het diploma van eerste prijs notenleer;";
8° in punt 9° worden de woorden "met volledig leerplan" geschrapt;
9° in punt 9°bis worden de woorden "vermeld in artikel 6, 4°, 10° en 13°" vervangen door de woorden "vermeld in artikel 6, 4°, 6°, 10° en 13°";
10° er wordt een § 3 toegevoegd, die luidt als volgt :
" § 3. Voor de studiebewijzen 'certificaat van de opleiding' en 'diploma secundair onderwijs', uitgereikt in het secundair volwassenenonderwijs vanaf 1 september 2007, is de rangschikking zoals bedoeld in artikel 6, 20°, e), 23°, c) en 25°, c), en in § 1, 14°, f), 16°, g) en h), en 17°, g) en h), terug te vinden in bijlage II, gevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 14 juni 1989 betreffende de bekwaamheidsbewijzen, de salarisschalen, het prestatiestelsel en de bezoldigingsregeling in het secundair onderwijs. "
Art.6. In artikel 8 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 2 december 1992, 10 maart 1998, 14 februari 2003 en 8 september 2006, worden de volgende wijzigingen aangebracht :
1° § 4 wordt opgeheven;
2° in § 7 wordt een tweede lid toegevoegd, dat luidt als volgt :
" Voor de toepassing van dit besluit worden eveneens gelijkgesteld met een bekwaamheidsbewijs van het hoger kunstonderwijs van de eerste graad : de diploma's, vermeld in artikel 6, punt 14°, e), f), g), j), k) en o), als een van de volgende opleidingseenheden of onderwijsvakken vermeld is :
1° plastische kunsten;
2° plastische opvoeding;
3° muzikale opvoeding;
4° muzikale vorming;
5° muziekopvoeding. "
Art.7. In hetzelfde besluit worden bijlage I tot V, vervangen bij het besluit van de Vlaamse Regering van 8 september 2006, vervangen door bijlage I tot V, die als bijlage I bij dit besluit gevoegd zijn.
HOOFDSTUK II. - Wijzigingen in het besluit van de Vlaamse Regering van 31 juli 1990 betreffende de bekwaamheidsbewijzen, de weddeschalen, het prestatiestelsel en de bezoldigingsregeling van de leden van het bestuurs- en onderwijzend personeel en van het opvoedend hulppersoneel van de onderwijsinstellingen voor deeltijds kunstonderwijs, studierichtingen 'Muziek', 'Woordkunst' en 'Dans'.
Art.8. In artikel 1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 31 juli 1990 betreffende de bekwaamheidsbewijzen, de weddeschalen, het prestatiestelsel en de bezoldigingsregeling van de leden van het bestuurs- en onderwijzend personeel en van het opvoedend hulppersoneel van de onderwijsinstellingen voor deeltijds kunstonderwijs, studierichtingen 'Muziek', 'Woordkunst' en 'Dans', wordt § 1 opgeheven.
Art.9. Aan artikel 3, § 2, van hetzelfde besluit, vervangen bij het besluit van de Vlaamse Regering van 14 februari 2003, worden de volgende wijzigingen aangebracht :
1° punt 13° tot en met 15° worden toegevoegd, die luiden als volgt :
" 13° het diploma van bachelor in het onderwijs : secundair onderwijs;
14° het diploma van bachelor in het onderwijs : lager onderwijs;
15° het diploma van bachelor in het onderwijs : kleuteronderwijs;";
2° punt 16° tot en met 24° worden toegevoegd, die luiden als volgt :
" 16° het diploma van leraar, uitgereikt na een specifieke lerarenopleiding, zoals bepaald in het decreet van 15 december 2006 betreffende de lerarenopleidingen in Vlaanderen;
17° het diploma van de voortgezette lerarenopleiding zorgverbreding en remediërend leren;
18° het diploma van bachelor in het onderwijs : zorgverbreding en remediërend leren;
19° het diploma van de voortgezette studie van geaggregeerde voor het buitengewoon onderwijs;
20° het diploma van de voortgezette studie van geaggregeerde voor het buitengewoon onderwijs en remedial teaching;
21° het diploma van de voortgezette studie van remedial teacher;
22° het diploma van de voortgezette lerarenopleiding buitengewoon onderwijs;
23° het diploma van bachelor in het onderwijs : buitengewoon onderwijs;
24° het bekwaamheidsgetuigschrift tot het geven van buitengewoon onderwijs. "
Art.10. Artikel 3bis van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 14 februari 2003, wordt opgeheven.
Art.11. In artikel 6 van hetzelfde besluit, vervangen bij het besluit van de Vlaamse Regering van 14 februari 2003 en gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 8 september 2006, worden de volgende wijzigingen aangebracht :
1° in punt 6° worden de woorden "of van industrieel ingenieur" geschrapt;
2° er wordt een punt 6°bis ingevoegd, dat luidt als volgt :
" 6°bis het diploma van industrieel ingenieur;";
3° aan punt 10° worden punt g) en h) toegevoegd, die luiden als volgt :
" g) het diploma van binnenhuisontwerper, uitgereikt na een cyclus van ten minste drie studiejaren door het Provinciaal Hoger Instituut voor Architectuur en Toegepaste Kunsten in Hasselt, het Provinciaal Hoger Architectuurinstituut in Hasselt-Diepenbeek en het Stedelijk Hoger Architectuurinstituut De Bijloke in Gent;
h) het diploma van binnenhuisontwerper, behaald voor het academiejaar 1964-1965 en uitgereikt na een cyclus van ten minste drie studiejaren door het Nationaal Hoger Instituut voor Bouwkunst en Stedenbouw in Antwerpen;";
4° in punt 14 wordt k) vervangen door wat volgt :
" k) het diploma van geaggregeerde voor het secundair onderwijs-groep 1, samen met het diploma van de voortgezette lerarenopleiding voor de bijkomende uitdieping van een opleidingseenheid;";
5° aan punt 14° worden punt m) tot en met p) toegevoegd, die luiden als volgt :
" m) het diploma van bachelor in het onderwijs : lager onderwijs;
n) het diploma van bachelor in het onderwijs : kleuteronderwijs;
o) het diploma van bachelor in het onderwijs : secundair onderwijs;
p) het diploma van gegradueerde in de godsdienstwetenschappen. ";
6° er wordt een punt 14°bis ingevoegd, dat luidt als volgt :
" 14°bis a) de vergunning van lijnbestuurder, lijnvliegtuigbestuuder of lijnpiloot, uitgereikt of erkend door het Bestuur der Luchtvaart of door het Directoraat-generaal Luchtvaart, ongeacht de periodes waarvoor de vergunning geldt;
b) de vergunning van beroepsbestuurder of beroepsvliegtuigbestuurder, uitgereikt of erkend door het Bestuur der Luchtvaart of door het Directoraat-generaal Luchtvaart, met de bevoegdheidsverklaring instrumentvliegen, als de kandidaten geslaagd zijn voor de examens over de algemene kennis voor het verkrijgen van de vergunning van lijnbestuurder, lijnvliegtuigbestuurder of lijnpiloot, ongeacht de periodes waarvoor de vergunning geldt;";
7° aan punt 17° worden de volgende woorden toegevoegd : "of, vanaf 1 september 2007, het diploma van gegradueerde, uitgereikt in het hoger beroepsonderwijs door een centrum voor volwassenenonderwijs;".
Art.12. In artikel 7 van hetzelfde besluit, vervangen bij het besluit van de Vlaamse Regering van 14 februari 2003 en gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 8 september 2006, worden de volgende wijzigingen aangebracht :
1° punt 1° wordt vervangen door wat volgt :
" 1° een bekwaamheidsbewijs van ten minste master, afgekort ten minste master : een van de basisdiploma's, vermeld in artikel 6, punt 1° tot en met 6°bis;";
2° in punt 3° worden de woorden ", met uitzondering van het diploma van industrieel ingenieur" geschrapt;
3° in punt 4° worden de woorden "vermeld onder de punten 4° en 10°, van artikel 6 van dit besluit" vervangen door de woorden "vermeld in artikel 6, punt 4°, 6°, en 10°";
4° punt 6° wordt opgeheven;
5° in punt 7° worden de woorden "vermeld onder de punten 7°, 13°, 14°, 16° of 17°, van artikel 6 van dit besluit" vervangen door de woorden "vermeld in artikel 6, punt 7°, 13°, 14°, a) tot en met k), 15, c), 16° of 17°";
6° er wordt een punt 7°bis ingevoegd, dat luidt als volgt :
" 7°bis PBA : het diploma van professioneel gerichte bachelor, vermeld in artikel 6, punt 14°, "; l);";
7° punt 8° wordt vervangen door wat volgt :
" 8° een bekwaamheidsbewijs van ten minste professioneel gerichte bachelor, afgekort ten minste PBA : een van de basisdiploma's, vermeld in artikel 6, punt 1° tot en met 17°, met uitzondering van :
a) het diploma of het getuigschrift van het pedagogisch hoger onderwijs van het korte type voor sociale promotie of van het pedagogisch hoger onderwijs voor sociale promotie;
b) het pedagogisch getuigschrift, uitgereikt door een centrum voor volwassenenonderwijs;
c) het getuigschrift van de middelbare technische normaalleergangen of van de pedagogische leergangen;
d) het getuigschrift van pedagogische bekwaamheid dans;
e) het diploma van eerste prijs notenleer;";
8° in punt 9° worden de woorden "met volledig leerplan" geschrapt;
9° in punt 9°bis worden de woorden "vermeld in artikel 6, 4°, 10° en 13°" vervangen door de woorden "vermeld in artikel 6, 4°, 6°, 10° en 13°";
10° er wordt na de bestaande tekst, die § 1 wordt, een § 2 toegevoegd, die luidt als volgt :
" § 2. Voor de studiebewijzen 'certificaat van de opleiding' en 'diploma secundair onderwijs', uitgereikt in het secundair volwassenenonderwijs vanaf 1 september 2007, is de rangschikking zoals bedoeld in artikel 6, 20°, e), 23°, c) en 25°, c), en in § 1, 14°, f), 16°, g) en h), en 17°, g) en h), terug te vinden in bijlage II, gevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 14 juni 1989 betreffende de bekwaamheidsbewijzen, de salarisschalen, het prestatiestelsel en de bezoldigingsregeling in het secundair onderwijs. "
Art.13. Aan artikel 8, § 9, van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 8 september 2006, wordt een tweede lid toegevoegd, dat luidt als volgt : "Voor de toepassing van dit besluit worden eveneens gelijkgesteld met een bekwaamheidsbewijs van het hoger kunstonderwijs van de eerste graad : de diploma's, vermeld in artikel 6, punt 14°, e), f), g), j), k) en o), als een van de volgende opleidingseenheden of onderwijsvakken vermeld is :
1° plastische kunsten;
2° plastische opvoeding;
3° muzikale opvoeding;
4° muzikale vorming;
5° muziekopvoeding. "
Art.14. In hetzelfde besluit worden bijlage I tot IV, vervangen bij het besluit van de Vlaamse Regering van 8 september 2006, vervangen door bijlage I tot IV, die als bijlage 2 bij dit besluit gevoegd zijn.
HOOFDSTUK III. - Slotbepalingen.
Art.15. Dit besluit treedt in werking op 1 september 2007, met uitzondering van artikel 2, punt 1°, artikel 4, punt 5°, artikel 7, uitsluitend voor de diploma's van bachelor in het onderwijs, artikel 9, punt 1°, artikel 11, punt 5°, en artikel 14, uitsluitend voor de diploma's van bachelor in het onderwijs, die uitwerking hebben met ingang van 1 september 2006.
Art.16. De Vlaamse minister, bevoegd voor het Onderwijs, is belast met de uitvoering van dit besluit.
Brussel, 21 september 2007.
De minister-president van de Vlaamse Regering,
K. PEETERS
De Vlaamse minister van Werk, Onderwijs en Vorming,
F. VANDENBROUCKE
BIJLAGEN.
Art. N1. BIJLAGE 1. - Beeldende Kunst.
(Bijlage niet opgenomen om technische redenen. Zie B.S. 23-10-2007, p. 54789-54875).
Gezien om gevoegd te worden bij het besluit van de Vlaamse Regering van 21 september 2007 tot wijziging van de regelgeving betreffende de bekwaamheidsbewijzen van de personeelsleden van de onderwijsinstellingen voor deeltijds kunstonderwijs.
Brussel, 21 september 2007.
De minister-president van de Vlaamse Regering,
K. PEETERS
De Vlaamse minister van Onderwijs en Vorming,
F. VANDENBROUCKE
Art. N2. BIJLAGE 2. - Muziek, Woordkunst en Dans.
(Bijlage niet opgenomen om technische redenen. Zie B.S. 23-10-2007, p. 54876-54940).
Gezien om gevoegd te worden bij het besluit van de Vlaamse Regering van 21 september 2007 tot wijziging van de regelgeving betreffende de bekwaamheidsbewijzen van de personeelsleden van de onderwijsinstellingen voor deeltijds kunstonderwijs.
Brussel, 21 september 2007.
De minister-president van de Vlaamse Regering,
K. PEETERS
De Vlaamse minister van Onderwijs en Vorming,
F. VANDENBROUCKE.