16 JANUARI 2007. - Koninklijk besluit betreffende de jaarlijkse retributie voor een vergunning van spoorwegonderneming(NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 23-01-2007 en tekstbijwerking tot 14-01-2016)
Art. 1-4
Artikel 1.
<Opgeheven bij KB 2015-12-18/53, art. 1, 002; Inwerkingtreding : 24-01-2016>
Art.2.§ 1. Krachtens [1 artikel 19 van de Spoorcodex]1 stort de houder van een vergunning als deelname in de kosten voor administratie, controle en toezicht een jaarlijkse retributie van vijf honderd euro op rekening van [1 het Directoraat-generaal Duurzame Mobiliteit en Spoorbeleid van de FOD Mobiliteit en Vervoer]1.
§ 2. Het bedrag van de retributie te storten voor het jaar van de afgifte van de vergunning wordt berekend in verhouding tot het aantal volledige maanden tussen de datum van afgifte van de vergunning van spoorwegonderneming en 1 januari van het volgende jaar.
§ 3. De retributie wordt jaarlijks aangepast op basis van de waarde van de gezondheidsindex voor de maand november van het voorgaande jaar en moet worden voldaan binnen de dertig dagen na de verzending van de uitnodiging tot betaling.
De verwijzingsindex is de gezondheidsindex van november 2006, te weten 104,58 met 2004 als basisjaar.
----------
(1)<KB 2015-12-18/53, art. 2, 002; Inwerkingtreding : 24-01-2016>
Art.3. Artikel 14 van het koninklijk besluit van 17 november 2003 houdende de uitvoering van de hoofdstukken III, V en VI van het koninklijk besluit van 12 maart 2003 betreffende de voorwaarden voor het gebruik van de spoorweginfrastructuur wordt opgeheven.
Art. 4.[1 De minister bevoegd voor het spoorwegvervoer]1 is belast met de uitvoering van dit besluit.
----------
(1)<KB 2015-12-18/53, art. 3, 002; Inwerkingtreding : 24-01-2016>