24 NOVEMBER 2006. - Ministerieel besluit tot aanwijzing van de hiërarchische meerderen die bevoegd zijn om een voorlopig voorstel tot tuchtstraf op te maken.
Art. 1-3
BIJLAGE.
Art. N
Artikel 1. De personeelsleden van de Hulpkas voor Werkloosheidsuitkeringen vermeld in kolom 2 van de bij dit besluit gevoegde lijst, worden aangeduid als hiërarchische meerderen bevoegd om een voorlopig voorstel tot tuchtstraf op te maken ten overstaan van de personeelsleden vermeld in kolom 1.
Art.2. In afwijking van artikel 1 worden de voorlopige voorstellen die volgen uit de tuchtprocedures opgestart voor de inwerkingtreding van dit besluit en opgeschort door een strafvordering krachtens artikel 81, § 3, van het koninklijk besluit van 2 oktober 1937 houdende het statuut van het Rijkspersoneel, opgemaakt door de hiërarchische meerdere waarvan het betrokken personeelslid afhing op het ogenblik dat de verweten feiten vastgesteld werden.
Art.3. Dit besluit treedt in werking op de dag van zijn ondertekening.
Brussel, 24 november 2006.
P. VANVELTHOVEN
BIJLAGE.
Art. N. Aanwijzing van de hiërarchische meerderen. Personeelsleden Personeelsleden die als hierarchische meerderen aan wie een tuchtstraf bevoegd zijn om een voorlopig voorstel kan worden opgelegd tot tuchtstraf op te maken - - Klasse 3 (niveau A) De administrateur-generaal en de adjunct-administrateur-generaal Klassen 2 en 1 (niveau A) - die hun functie op het - De administrateur-generaal en de Hoofdbestuur uitoefenen adjunct-administrateur-generaal; - Het hoofd van de afdeling waarbinnen het personeelslid bedoeld in kolom 1 zijn functie uitoefent, of diens adjunct (minstens houders van een functie van klasse A3 of een managementfunctie); - die hun functie in de - De administrateur-generaal en de buitendiensten adjunct-administrateur-generaal; uitoefenen - Het hoofd van de afdeling "coordinatie van de buitendiensten"of het hoofd van de afdeling" reglementering en werkmethoden " (minstens houders van een functie van klasse A3). Niveau B Het hoofd van de afdeling waarbinnen het personeelslid bedoeld in kolom 1 zijn functie uitoefent, of de adjunct van deze afdeling (minstens houders van een functie van klasse A1). Niveau C - die hun functie op het Het hoofd van de afdeling waarbinnen het Hoofdbestuur uitoefenen personeelslid bedoeld in kolom 1 zijn functie uitoefent, of de adjunct van deze afdeling (minstens houders van een functie van klasse A1). - die hun functie in de buitendiensten uitoefenen a) chefs die Het hoofd van de afdeling " coordinatie van de verantwoordelijk zijn buitendiensten " of de adjunct van deze voor een kantoor en afdeling (minstens houders van een functie van hun adjuncten klasse A1.) b) andere personeelsleden Het hoofd van de afdeling " coordinatie van de buitendiensten " of de adjunct van deze afdeling, in samenspraak met de chef die verantwoordelijk is voor het uitbetalingsbureau waar het personeelslid bedoeld in kolom 1 zijn functie uitoefent, of de adjunct van de verantwoordelijke chef. Niveau D - die hun functie op het Het hoofd van de afdeling waarbinnen het Hoofdbestuur uitoefenen personeelslid bedoeld in kolom 1 zijn functie uitoefent, of diens adjunct, (minstens houders van een functie van niveau B). - die hun functie in de Het hoofd van de afdeling " coordinatie van de buitendiensten buitendiensten " of de adjunct van deze uitoefenen afdeling, in samenspraak met de chef die verantwoordelijk is voor het uitbetalingsbureau waar het personeelslid bedoeld in kolom 1 zijn functie uitoefent, of de adjunct van de verantwoordelijke chef.