1 APRIL 2007. - [Koninklijk besluit van 1 april 2007 houdende diverse uitvoeringsmaatregelen betreffende de detachering van werknemers in België.] <KB2017-12-05/05, art. 3, 002; Inwerkingtreding : 01-02-2018>(NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 12-04-2007 en tekstbijwerking tot 10-11-2022)
Art. 1-4, 4bis, 4ter, 5-7
Artikel 1.[1 De duur van de periode bedoeld in artikel 8, eerste lid, van de wet van 5 maart 2002 betreffende de arbeids-, loon- en tewerkstellingsvoorwaarden in geval van detachering van werknemers in België en de naleving ervan, in de artikelen 6quater en 6quinquies van het koninklijk besluit nr. 5 van 23 oktober 1978 betreffende het bijhouden van sociale documenten, en in artikel 15bis, § 2, van de wet van 12 april 1965 betreffende de bescherming van het loon der werknemers, is vastgesteld op twaalf maanden.]1
----------
(1)<KB 2017-12-05/05, art. 4, 002; Inwerkingtreding : 01-02-2018>
Art.2.[1 De werkgevers bedoeld in artikel 15bis, § 2, van de wet van 12 april 1965 betreffende de bescherming van het loon der werknemers en in artikel 6quinquies van het koninklijk besluit nr. 5 van 23 oktober 1978 betreffende het bijhouden van sociale documenten, zijn vrijgesteld van het bezorgen van de vergelijkbare documenten en vertalingen bedoeld in deze artikelen voor de werknemers bedoeld in artikel 1, 4° tot 11°, van het koninklijk besluit van 20 maart 2007 tot uitvoering van hoofdstuk 8 van Titel IV van de programmawet van 27 december 2006.
De werkgevers bedoeld in artikel 7/1, § 3, van de wet van 5 maart 2002 betreffende de arbeids-, loon- en tewerkstellingsvoorwaarden in geval van detachering van werknemers in België en de naleving ervan, zijn vrijgesteld, gedurende een periode van één jaar, van het bezorgen van de documenten bedoeld in artikel 7/1, §§ 1 en 2, voor de werknemers bedoeld in artikel 1, 4° tot 11°, van het koninklijk besluit van 20 maart 2007 tot uitvoering van hoofdstuk 8 van Titel IV van de programmawet van 27 december 2006.]1
----------
(1)<KB 2017-12-05/05, art. 5, 002; Inwerkingtreding : 01-02-2018>
Art.3.[1 De ambtenaren bedoeld in artikel 15bis, § 2 en § 3, en artikel 15ter, § 3, van de wet van 12 april 1965 betreffende de bescherming van het loon der werknemers, in artikel 6quinquies en 6sexies van het koninklijk besluit nr. 5 van 23 oktober 1978 betreffende het bijhouden van sociale documenten, en in de artikelen 7/1, 7/1/1, 7/1/2, 7/2, § 2, van de wet van 5 maart 2002 betreffende de arbeids-, loon- en tewerkstellingsvoorwaarden in geval van detachering van werknemers in België en de naleving ervan, zijn de sociaal inspecteurs van de Algemene Directie Toezicht op de Sociale Wetten van de Federale Overheidsdienst Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg.]1
----------
(1)<KB 2022-10-02/01, art. 2, 004; Inwerkingtreding : 10-11-2022>
Art.4.De activiteiten in de bouwsector bedoeld in artikel 6, § 2, van [1 de wet van 5 maart 2002 betreffende de arbeids-, loon- en tewerkstellingsvoorwaarden in geval van detachering van werknemers in België en de naleving ervan]1, omvatten alle activiteiten in de bouwsector die betrekking hebben op van nature onroerende goederen of op onroerende goederen door incorporatie en die de verwezenlijking, het herstel, het onderhoud, de wijziging of de vernietiging van bouwwerken beogen, en met name de volgende werkzaamheden :
- uitgravingswerk
- grondwerk
- opbouw
- montage en demontage van geprefabriceerde elementen
- inrichting of uitrusting
- verbouwing
- renovatie
- herstelling
- ontmanteling
- afbraak
- onderhoud
- onderhoud - schilder- en schoonmaakwerken
- sanering.
----------
(1)<KB 2017-12-05/05, art. 7, 002; Inwerkingtreding : 01-02-2018>
Art. 4bis.[1 Om te kunnen overgaan tot de melding van de aanwijzing van de verbindingspersoon [2 bedoeld in artikel 7/2, § 1, eerste lid,]2 van de wet van 5 maart 2002 betreffende de arbeids-, loon- en tewerkstellingsvoorwaarden in geval van detachering van werknemers in België en de naleving ervan, delen de werkgevers bedoeld in artikel 2, 3°, van deze wet van 5 maart 2002 en die in België werknemers tewerkstellen, in het kader van de activiteiten gedefinieerd in het tweede lid van dit artikel, de volgende identificatie- en adresgegevens mee, overeenkomstig het derde lid van dit artikel, aan de ambtenaren bedoeld in het vierde lid van dit artikel :
- namen, voornamen en geboortedatum van de verbindingspersoon;
in het geval de verbindingspersoon over een Belgisch identificatienummer bij de sociale zekerheid beschikt, volstaat dit nummer;
- de hoedanigheid waarin deze verbindingspersoon optreedt;
- zijn fysiek en elektronisch adres en een telefoonnummer waar hij bereikbaar is.
De activiteiten bedoeld in het eerste lid, zijn de activiteiten van :
1° [2 ...]2
2° [2 ...]2
3° initiële assemblage en/of eerste installatie van een goed, die een wezenlijk bestanddeel uitmaken van een overeenkomst voor de levering van goederen en die noodzakelijk zijn voor het in werking stellen van het geleverde goed en die uitgevoerd worden door gekwalificeerde en/of gespecialiseerde werknemers van de leverende onderneming, wanneer de duur van de bedoelde werken niet meer dan acht dagen bedraagt, met uitsluiting van de activiteiten in de bouwsector, zoals gedefinieerd in artikel 4 van dit besluit.
De werkgevers bedoeld in het eerste lid delen de in dit eerste lid vermelde identificatie- en adresgegevens mee :
- ofwel via e-mail verzonden naar het elektronisch adres SPOC.LabourInspection@employment.belgium.be;
- ofwel via postzending verzonden naar het volgend adres :
FOD Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg
Algemene Directie Toezicht op de Sociale Wetten
Centrale Administratie
Ernest Blerotstraat 1
1070 Brussel.
De ambtenaren aan wie de in het eerste lid bedoelde werkgevers de aanwijzing moeten melden van de verbindingspersoon [2 bedoeld in artikel 7/2, § 1, eerste lid,]2 van de wet van 5 maart 2002, zijn de sociaal inspecteurs van de Algemene Directie Toezicht op de Sociale Wetten van de Federale Overheidsdienst Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg.]1
----------
(1)<Ingevoegd bij KB 2017-12-05/05, art. 8, 002; Inwerkingtreding : 01-02-2018>
(2)<KB 2022-10-02/01, art. 3, 004; Inwerkingtreding : 10-11-2022>
Art.4ter. [1 § 1. In de kennisgeving, zoals bedoeld in artikel 5, paragraaf 2, lid 4, van de wet van 5 maart 2002 betreffende de arbeids-, loon- en tewerkstellingsvoorwaarden in geval van detachering van werknemers in België en de naleving ervan, deelt de werkgever, zoals bedoeld in artikel 2, 3°, van dezelfde wet, die de melding bedoeld in artikel 139 van de programmawet (I) van 27 december 2006 moet doen, of zijn lasthebber, de volgende gegevens mee:
1° de identificatiegegevens van de werkgever op wie de kennisgeving betrekking heeft en zijn lasthebber indien deze laatste de kennisgeving verstrekt namens de werkgever.
Deze identificatiegegevens zijn de volgende:
- indien de werkgever een rechtspersoon is, de naam van de onderneming;
- indien de werkgever een natuurlijke persoon is, zijn naam en voornaam;
- indien de lasthebber een rechtspersoon is en de melding, zoals bedoeld in 2° van ditzelfde lid, heeft gedaan, de naam van de onderneming die lasthebber is;
- indien de lasthebber een rechtspersoon is, maar de melding, zoals bedoeld in 2° van ditzelfde lid, niet heeft gedaan, de naam van de onderneming die lasthebber is en het adres van de maatschappelijke zetel;
- indien de lasthebber een natuurlijke persoon is en de melding, zoals bedoeld in 2° van ditzelfde lid, heeft gedaan, zijn naam en voornaam;
- indien de lasthebber een natuurlijke persoon is, maar de melding, zoals bedoeld in 2° van ditzelfde lid, niet heeft gedaan, zijn naam en voornaam, zijn geboortedatum en zijn adres.
Indien de werkgever en zijn lasthebber reeds een Belgisch ondernemingsnummer hebben of bij gebrek hieraan een Belgisch sociaal zekerheidsnummer, is de vermelding daarvan voldoende;
2° het nummer van de laatste melding, gedaan in toepassing van artikel 139 van de Programmawet (I) van 27 december 2006 en die betrekking heeft op de gedetacheerde werknemer waarvoor de niet-toepassing van artikel 5, paragraaf 2, eerste lid, van dezelfde wet van 5 maart 2002 betreffende de arbeids-, loon- en tewerkstellingsvoorwaarden in geval van detachering van werknemers in België en de naleving ervan, ter kennis werd gebracht. Het nummer van de voornoemde melding is het nummer dat verschijnt op de ontvangstbevestiging, zoals bedoeld in hetzelfde artikel 139 van de Programmawet (I) van 27 december 2006;
3° de redenen waarom de niet-toepassing van artikel 5, paragraaf 2, eerste lid, van de wet van 5 maart 2002 betreffende de arbeids-, loon- en tewerkstellingsvoorwaarden in geval van detachering van werknemers in België en de naleving ervan, is meegedeeld.
De werkgever of zijn lasthebber verstrekt de kennisgeving, bedoeld in het eerste lid, aan de sociale inspecteurs van de Algemene Directie Toezicht op de Sociale Wetten van de Federale Overheidsdienst Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal overleg door middel van het elektronisch formulier toegankelijk via de website van de Federale Overheidsdienst Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal overleg.
§ 2. In de kennisgeving, zoals bedoeld in artikel 5, paragraaf 2, lid 4, van de wet van 5 maart 2002 betreffende de arbeids-, loon- en tewerkstellingsvoorwaarden in geval van detachering van werknemers in België en de naleving ervan, deelt de werkgever, zoals bedoeld in artikel 2, 3°, van dezelfde wet, die op basis van de programmawet (I) van 27 december 2006 uitgezonderd is van de verplichting om de melding bedoeld in artikel 139 van deze laatste wet, te doen of zijn lasthebber, de volgende gegevens mee:
1° de identificatiegegevens van de werkgever op wie de kennisgeving betrekking heeft en zijn lasthebber indien deze laatste de kennisgeving verstrekt namens de werkgever.
Deze identificatiegegevens zijn de volgende:
- indien de werkgever een rechtspersoon is, de naam van de onderneming en het adres van de maatschappelijke zetel;
- indien de werkgever een natuurlijke persoon is, zijn naam en voornaam, zijn geboortedatum en zijn adres;
- indien de lasthebber een rechtspersoon is, de naam van de onderneming die lasthebber is en het adres van de maatschappelijke zetel;
- indien de lasthebber een natuurlijke persoon is, zijn naam en voornaam, zijn geboortedatum en zijn adres.
Indien de werkgever en zijn lasthebber reeds een Belgisch ondernemingsnummer hebben of bij gebrek hieraan een Belgisch sociaal zekerheidsnummer, is de vermelding daarvan voldoende;
2° de naam, de voornaam en de geboortedatum van de gedetacheerde werknemer voor wie de niet-toepassing van artikel 5, paragraaf 2, eerste lid, van de wet van 5 maart 2002 betreffende de arbeids-, loon- en tewerkstellingsvoorwaarden in geval van detachering van werknemers in België en de naleving ervan, is meegedeeld.
Wanneer de werknemer over een identificatienummer van het rijksregister beschikt of een identificatienummer van de Kruispuntbank, zoals bedoeld in artikel 8 van de wet van 15 januari 1990 houdende de oprichting en organisatie van een Kruispuntbank van de sociale zekerheid, is de vermelding daarvan voldoende;
3° de datum, uitgedrukt in dag, maand en jaar waarop de detachering van de werknemer, bedoeld in 2°, twaalf maanden overschrijdt;
4° de redenen waarom de niet-toepassing van artikel 5, paragraaf 2, eerste lid, van de wet van 5 maart 2002 betreffende de arbeids-, loon- en tewerkstellingsvoorwaarden in geval van detachering van werknemers in België en de naleving ervan, is meegedeeld.
De werkgever of zijn lasthebber verstrekt de kennisgeving, bedoeld in het eerste lid, aan de sociale inspecteurs van de Algemene Directie Toezicht op de Sociale Wetten van de Federale Overheidsdienst Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal overleg door een e-mail te versturen naar het e-mailadres, zoals aangegeven op de website van dezelfde Federale Overheidsdienst Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal overleg.]1
----------
(1)<Ingevoegd bij KB 2020-07-15/04, art. 2, 003; Inwerkingtreding : 30-07-2020>
Art.5. Het koninklijk besluit van 29 maart 2002 tot vaststelling van de uitvoeringsmodaliteiten van het vereenvoudigd stelsel betreffende het opmaken en bijhouden van sociale documenten voor de ondernemingen die in België werknemers ter beschikking stellen en tot bepaling van de activiteiten in de bouwsector bedoeld in artikel 6, § 2, van de wet van 5 maart 2002 tot omzetting van de richtlijn 96/71/EG van het Europees Parlement en de Raad van 16 december 1996 betreffende de terbeschikkingstelling van werknemers met het oog op het verrichten van diensten, en tot invoering van een vereenvoudigd stelsel betreffende het bijhouden van sociale documenten door ondernemingen die in België werknemers ter beschikking stellen, wordt opgeheven.
Evenwel blijven de bepalingen van voormeld koninklijk besluit, met uitzondering van hoofdstuk VI, van toepassing voor de meldingen bedoeld in artikel 164 van de programmawet van 27 december 2006.
Art.6. Dit besluit treedt in werking op 1 april 2007.
Art. 7. Onze Minister van Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.