Details



Externe links:

Justel

Staatsblad pdf



Titel:

28 NOVEMBER 2007. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 8 oktober 1981 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen.



Inhoudstafel:


Art. 1-6



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:

1981001949 



Uitvoeringsbesluit(en):



Artikels:

Artikel 1. In artikel 45 van het koninklijk besluit van 8 oktober 1981 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen, vervangen bij het koninklijk besluit van 12 juni 1998 en gewijzigd bij het koninklijk besluit van 27 april 2007, worden de volgende wijzigingen aangebracht :
  1° een § 4bis wordt ingevoegd, luidende :
  " § 4bis. Wanneer de vestiging overeenkomstig § 3 geweigerd wordt door de burgemeester of zijn gemachtigde, maakt de EG-vreemdeling geen voorwerp uit van een bevel om het grondgebied te verlaten.
  De EG-vreemdeling wordt tezelfdertijd uitgenodigd om alsnog de in § 1, derde lid, bedoelde documenten over te maken binnen de maand.
  Voor het overige is het bepaalde in § 1, vijfde lid en volgende, en § 2 van toepassing. ";
  2° § 5 wordt vervangen als volgt :
  " § 5. Wanneer de vestiging geweigerd wordt, hetzij door de minister of zijn gemachtigde op het einde van de vijfde maand van de aanvraag, of in de in § 1, vierde lid, en § 4, derde lid, bedoelde gevallen, in de loop van de zesde maand, of in het geval van § 4bis, in de loop van de zevende maand, hetzij door de burgemeester of zijn gemachtigde op het einde van de zesde maand, maakt de EG-vreemdeling het voorwerp uit van een bevel om het grondgebied te verlaten binnen een termijn van dertig dagen. "

Art.2. In artikel 51 van hetzelfde besluit, vervangen bij het koninklijk besluit van 22 december 1992 en gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 12 juni 1998 en 27 april 2007, worden de volgende wijzigingen aangebracht :
  1° een § 5bis wordt ingevoegd, luidende :
  " § 5bis. Wanneer de vestiging overeenkomstig § 4 geweigerd wordt door de burgemeester of zijn gemachtigde, maakt de EG-vreemdeling geen voorwerp uit van een bevel om het grondgebied te verlaten.
  De EG-vreemdeling wordt tezelfdertijd uitgenodigd om alsnog de in § 1 bedoelde documenten over te maken binnen de maand.
  Voor het overige is het bepaalde in § 2, laatste lid, en § 3 van toepassing. ";
  2° § 6 wordt vervangen als volgt :
  " § 6. Wanneer de vestiging geweigerd wordt, hetzij door de minister of zijn gemachtigde op het einde van de vijfde maand van de aanvraag, of in de in § 2, vierde lid, en § 5, derde lid, bedoelde gevallen, in de loop van de zesde maand, of in het geval van § 5bis, in de loop van de zevende maand, hetzij door de burgemeester of zijn gemachtigde op het einde van de zesde maand, maakt de EG-vreemdeling het voorwerp uit van een bevel om het grondgebied te verlaten binnen een termijn van dertig dagen. "

Art.3. In artikel 53 van hetzelfde besluit, vervangen bij het koninklijk besluit van 22 december 1992 en gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 12 juni 1998 en 27 april 2007, worden de volgende wijzigingen aangebracht :
  1° § 1 wordt aangevuld met het volgende lid :
  " Zowel middelen waarover de EG-vreemdeling in eigen hoofde beschikt, als bestaansmiddelen die hij daadwerkelijk verkrijgt via een echtgenoot, partner waarmee een geregistreerd partnerschap werd afgesloten, ouder of kind, worden in aanmerking genomen voor de beoordeling van de toereikende bestaansmiddelen. ";
  2° een § 5bis wordt ingevoegd, luidende :
  " § 5bis. Wanneer de vestiging overeenkomstig § 4 geweigerd wordt door de burgemeester of zijn gemachtigde, maakt de EG-vreemdeling geen voorwerp uit van een bevel om het grondgebied te verlaten.
  De EG-vreemdeling wordt tezelfdertijd uitgenodigd om alsnog de in § 1, eerste lid, bedoelde documenten over te maken binnen de maand.
  Voor het overige is het bepaalde in § 2, laatste lid, en § 3 van toepassing. ";
  3° § 6 wordt vervangen als volgt :
  " § 6. Wanneer de vestiging geweigerd wordt, hetzij door de minister of zijn gemachtigde op het einde van de vijfde maand van de aanvraag, of in de in § 2, vierde lid, en § 5, derde lid, bedoelde gevallen, in de loop van de zesde maand, of in het geval van § 5bis, in de loop van de zevende maand, hetzij door de burgemeester of zijn gemachtigde op het einde van de zesde maand, maakt de EG-vreemdeling het voorwerp uit van een bevel om het grondgebied te verlaten binnen een termijn van dertig dagen. "

Art.4. In artikel 55 van hetzelfde besluit, vervangen bij het koninklijk besluit van 22 februari 1995 en gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 22 november 1995, 11 december 1996 en 27 april 2007, wordt § 3, vierde lid, vervangen als volgt :
  " Indien hij voor het verstrijken van de gestelde termijn geen enkel verantwoordingsstuk overlegt, geeft het gemeentebestuur hem een document af, overeenkomstig het model van bijlage 14, zonder bevel om het grondgebied te verlaten. De EG-vreemdeling wordt tezelfdertijd uitgenodigd om alsnog de in § 1, bedoelde documenten over te maken binnen de maand. "

Art.5. Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.

Art. 6. Onze Minister die de toegang tot het Grondgebied, het Verblijf, de Vestiging en de Verwijdering van vreemdelingen onder zijn bevoegdheid heeft, is belast met de uitvoering van dit besluit.
  Gegeven te Brussel, 28 november 2007.
  ALBERT
  Van Koningswege :
  De Vice-Eerste Minister en Minister van Binnenlandse Zaken,
  P. DEWAEL.