1 SEPTEMBER 2006. - Koninklijk besluit tot wijziging van sommige bepalingen inzake toekenning van betaald educatief verlof in uitvoering van artikel 111, § 7, van de herstelwet van 22 januari 1985, houdende sociale bepalingen. (NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 07-09-2006 en tekstbijwerking tot 12-12-2006)
Art. 1, 1bis, 2-3
Artikel 1. In uitvoering van artikel 111, § 7, van de herstelwet van 22 januari 1985 houdende sociale bepalingen, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 28 maart 1995 worden voor de opleidingen gevolgd vanaf 1 september 2006, de maxima voorzien in :
- artikel 111, § 1, derde lid, gebracht op 100 uur indien de werknemer een beroepsopleiding volgt, op 80 uur indien hij een algemene opleiding volgt en op 100 uur indien de hij tijdens éénzelfde jaar, een algemene en een beroepsopleiding volgt;
- artikel 111, § 2, tweede lid op 100 uur gebracht;
- artikel 111, § 3, voor beroepsopleidingen gebracht op 105 uur, voor algemene opleidingen op 85 uur en bij het volgen van meerdere cursussen van verschillende aard op 105 uur;
- artikel 111, § 4, op 100 uur gebracht;
- artikel 111, § 5, op 120 uur gebracht.
Art. 1bis. <ingevoegd bij KB 2006-12-04/33, art. 1 ; Inwerkingtreding : 01-09-2006> In afwijking van artikel 1 worden de maxima voorzien in artikel 1 11 van voornoemde wet behouden indien cumulatief voldaan is aan de volgende voorwaarden :
1° het betreft een opleiding die deel uitmaakt van een meerjarige cyclus;
2° die opleidingscyclus is ten laatste aangevat in het schooljaar 2006-2007;
3° het betreft:
a) ofwel een opleiding in het secundair onderwijs of in sociale promotie die leidt, voor wat betreft de Vlaamse gemeenschap, tot een diploma van hoger secundair onderwijs, voor zover de werknemer nog geen diploma of getuigschrift van hoger secundair onderwijs heeft;
b) ofwel een opleiding in het secundair onderwijs of in sociale promotie die leidt,voor wat betreft de Franse gemeenschap, tot een getuigschrift van hoger secundair onderwijs,voor zover de werknemer nog geen diploma of getuigschrift van hoger secundair onderwijs heeft;
c) ofwel een opleiding basiseducatie, erkend door de erkenningscommissie, voor zover de werknemer nog geen diploma of getuigschrift van hoger secundair onderwijs heeft;
(d) - ofwel een opleiding in het hoger onderwijs die leidt tot de graad van bachelor of master of tot een diploma of getuigschrift van het hoger onderwijs voor sociale promotie,
- ofwel een opleiding georganiseerd door een Hoger Instituut voor permanente vorming en erkend door de erkenningscommissie, voor zover de werknemer nog geen gelijkwaardig diploma van hoger onderwijs heeft.) <Erratum, zie B.St. 12-01-2007, p. 1385>
Art.2. Dit besluit treedt in werking op 1 september 2006.
Art. 3. Onze Minister van Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 1 september 2006.
ALBERT
Van Koningswege :
De Minister van Werk,
P. VANVELTHOVEN.